#304 Zomerwende
De ronde zwart geteerde huisjes van het dorp meanderen als druppels gemorste inkt langs de rivier. Vanaf hier, op het hoogste punt van het smalle geitenpad richting het woud, is nog juist de halfronde kalkstenen brug te zien die ooit, tezamen met de spitse kerktoren, het begin van een nederzetting had gevormd.
De zon staat, schaduwloos, loodrecht boven de glooiende vallei.
Hoeveel jaren heb ik op deze dag op deze plek gezeten?
Hoe vaak heb ik tijdens de zomerwende s’ochtends vroeg de kruiden geplukt waarvan de dorpsbewoners nog slechts een vage herinnering hebben over de juiste toepassingen?
Langzaam regel ik de druk op mijn verrekijkers tot de mensen scherp in beeld komen.
Vrijwel zonder bewustzijn, slaapwandelend, voeren ze op het eerste gezicht logische handelingen uit. De bewegingen en gezichten zijn, gevoed door negatieve gedachten en emoties, hoekig en lelijk.
Pullen bier worden al proostend tegen elkaar geslagen en gulzig leeg gedronken.
Een enkeling heeft al moeite zijn evenwicht te bewaren.
Velen slepen met stukken hout en boomstronken richting de brandstapels in wording.
Gevoelens van weerzin, medelijden en mededogen volgen elkaar in snel tempo op.
Dan zie ik de man, of eigenlijk eerder een jongen. Nou, vooruit dan, een jongeman. Hij kijkt verbaasd om zich heen. Alsof hij verdwaald is, hier niet thuis hoort. Een fijnbesneden knap gezicht. Blonde krullen. Een gespierd, atletisch lichaam. Lenig, met vloeiende bewegingen, verdwijnt hij uit beeld achter een van de huisjes.
Een zeldzame gewaarwording, nog het best te omschrijven als een zacht vibreren rond een energieknooppunt vlak onder mijn navel, overvalt me.
Nieuwe gedachten rijgen zich aaneen tot een plan dat steeds vastere vormen begint aan te nemen. Onontkoombaar. Uit ervaring weet ik dat nu stoppen geen optie is, zou leiden tot een onuitroeibare obsessie.
Ik sta op en loop het woud in. Mijn voeten raken nauwelijks het donzige donkere mos. Eeuwenoude eiken. Oneindige schakeringen van bruin en groentinten. Geuren van vermolmd hout en hars. Geritsel tussen de bijna manshoge adelaarsvarens.
Dan ben ik thuis.
En begin me voor te bereiden.
De kristallen spiegel weerkaatst al snel het resultaat. Mijn gladde haast doorzichtige ivoorwitte huid. Heldere blauwe ogen. Wangen met kuiltjes en guitige kleine sproetjes. Volle lippen. De oren verstopt onder een bos roodkoperen krullen. Een eenvoudige witte jurk die nauwelijks mijn welvingen verbergt.
Ik denk aan de woorden van de oudsten. Vuur staat gelijk aan gevaar, verbranding, vernietiging, de hel.
De horizon begint het avondrood te verkleuren van scharlaken en vermiljoen naar brons en kopertinten. De laatste zonnestralen werpen lange schaduwen van de naderende duisternis vooruit.
Vreugdevuren worden aangestoken. Iedereen is nu dronken, of beter gezegd stomdronken. Behendig ontwijk ik grijpgrage handen tot ik de jongeman zie. Voor hij iets kan zeggen leg ik een vinger op zijn lippen en trek hem zachtjes mee uit de kring, weg van het hypnotiserende flakkerende licht het donker in.
Hij is geduldig en liefdevol tot hij alsnog wordt overmand door dierlijke hartstocht.
Hijgend, maar half bij zinnen door de ervaring van zo even, staan we voor de brandende vonkenregen. Het meisje voor ons springt dronken, lachend, door de vuurzee naar de overkant. Hij houdt mijn hand stevig vast. We nemen een aanloop. Steeds sneller en sneller tot het moment van de afzet. Ik zweef en probeer hoger te komen maar zijn hand trekt mij omlaag. Een tong van vuur springt op en likt aan de zoom van mijn jurk. Geschrokken laat hij mijn hand los maar het is al te laat. Halverwege de rotswand omhoog uit het ravijn voel ik de stekende pijnscheuten wanneer mijn vliesvleugels beginnen te verschroeien.
Hoi Novus, wat een mooi…
Lid sinds
5 jaar 7 maandenRol
Hoi Novus, wat een mooi verhaal. Je hebt de omgeving en de personages prachtig beschreven en me meteen al in het verhaal getrokken.
Met plezier gelezen.
tot ik jongeman zie --- hier moet, denk ik, nog "de" vóór jongeman.
groetjes, Fief
Hoi Fief, bedankt voor je…
Lid sinds
5 jaarRol
Hoi Fief, bedankt voor je complimenten. Inmiddels de ontbrekende "de" voor jongeman aangepast en nog het een en ander geschaafd.
Een mooi verhaal Novus,…
Lid sinds
6 jaar 7 maandenRol
Een mooi verhaal Novus, sfeervol en broeierig. Als lezer blijf ik in het verhaal omdat ik voel dat er iets gaat gebeuren. Je schrijft fijn beeldend, en in geur en kleur. Mooi gevonden ook, die meanderende zwart geteerde huisjes als inktdruppels langs de rivier - het is een beeld dat me na lezing bij blijft. Een vraag die me bezig houdt; wie is je hp? Want zij/hij gebruikt een verrekijker, dus is modern, terwijl ik eerder zou denken dat je hp tot een 'oudere groep' behoort, of een magische groep, die de oude regels nog respecteert. Misschien kun je daarover iets meer duidelijkheid geven, zodat die vraag me als lezer niet teveel bezig houdt.
Hoi Lizette, bedankt voor je…
Lid sinds
5 jaarRol
Hoi Lizette, bedankt voor je complimenten. Eigenlijk staat er niet 'verrekijker' maar 'verrekijkers' waarbij dan door 'langzaam de druk te regelen' - wat er ook al op wijst dat het geen moderne verrekijker betreft - de mensen scherp in beeld komen. Ik denk dat het verder aan de lezer is om in te vullen wie of wat de hp zou kunnen zijn op basis van de hints in het verhaal.