# 245 Wie de hel verdient zal er niet aan ontsnappen
Ik zoekt Rambo, die schurfterige herder uit het witte huisje aan de bosrand.
O, dat is waar ook. Hij is er niet. Iets met een dierenarts, vertelde hij gisteren. Dan maar in mijn eentje op zoek naar een hapje eten. Rambo kent de hele buurt op zijn duimpje. Wat zei hij ook alweer? In het bos wooont een geit met jonkies. Daar mocht ik van hem niet naar toe. Ach, nu hij er toch niet is... .
Bij iedere ademhaling draai ik mijn neus meer en meer in de richting van het lekkers: 'Hebbes', daar zijn de geitjes!
Ik kan net wegduiken, moeder geit loopt met twee lege Jumbotassen voorbij. Dìt is mijn kans.
Hup, de pas erin, al snel zie ik een hutje. Die geiten nemen overal genoegen mee, wat een gammel zooitje.
Ik klop aan de deur en vraag met mijn liefste stem: ‘Ik ben het, jullie mama, ik ben mijn portemonnee vergeten, willen jullie opendoen?’
De geitjes, zie ik, kijken op hun smartphone. Ik hoor hen schreeuwen tegen elkaar: ‘Niet opendoen hoor, het is de wolf, net zoals mama zei.’
Dat schiet niet op. Wie had dat gedacht, zulke simpele geiten met een smartphone.
Langs de kapper, daar laat ik mijn haar wit verven en zal vragen om kamillethee met honing, je stem schijnt er zachter van te worden.
Het loopt op rolletjes, bij de kapper zijn ze wel verbaasd, maar er is een leerlinge, die graag op mijn haar wil oefenen, geen kosten. Dubbel geluk.
‘Ik heb zo’n last van mijn keel, hebben jullie kamillethee met honing,’ vraag ik aan de leerlinge. Het meisje kijkt steeds banger naar mij, geeft het me meteen.
In een drafje naar het geitenhuisje. Want straks komt moeder geit eraan met die volle tassen. Ze zag er nogal potig uit.
Eerst blokkeer ik met mijn smartphone de mobiel van de geitjes. Ik klop nu op de achterdeur, zeg met zachte stem: ‘Mijn lieve kinderen, willen jullie voor mij opendoen, ik heb twee zware tassen met lekkers voor jullie.’
Dat laten de geitjes zich geen twee keer zeggen, ze openen de deur.
‘Weg, verstop je gauw, het is de wolf in schaapskleren,’ zegt het jongste geitje.
Ik vind zijn broertjes, eet ze in een keer allemaal op.
Dan strek ik me uit op het gras, laat de zon en mijn darmen het werk doen. Ik klop zachtjes op mijn buik en lach mezelf in slaap.
Met een gortdroge mond word ik wakker, pff die geitjes zijn behoorlijk zout. Ik kijk waar ik water kan vinden. Als ik het niet dacht, die achterlijke geiten hebben nog een waterput in de tuin. ‘Zet hem in de versnelling,’ moedig ik mezelf aan. Ze liggen zwaar op mijn maag, ik strompel naar de put. Wat schuift dat pijnlijk in mijn buik.
‘Waar is potdorie die rotemmer,’ vraag ik hardop. Ik kijk in de put, probeer hem te grijpen… . Na een enorme smak sta ik oog in oog met die rotboxer Gerda. Ze grauwt naar mijn pijnlijke buik. Is het dan nog niet afgelopen.
Katja, ik refereer aan:
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol
@Marie: geweldig leuk
Lid sinds
10 jaar 10 maandenRol
mw.Marie, … weer lees ik zo'n
Lid sinds
11 jaar 7 maandenRol
Hoi Mw.Marie, Wat een leuk
Lid sinds
7 jaarRol
Leuk verhaal(d). Een
Lid sinds
12 jaar 1 maandRol
Hoi Marie, wat een heerlijk
Lid sinds
13 jaar 9 maandenRol
N.D.D. schreef: @Marie:
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol
Riny schreef: mw.Marie, …
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol
Anke Kessels schreef: Hoi
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol
Hadeke schreef: Leuk
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol
schreef Hoi Marie, wat een
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol
Ik ben onder de indruk! Een
Lid sinds
5 jaar 11 maandenRol
Rambo heb ik inmiddels al
Lid sinds
5 jaar 11 maandenRol
Schrijfcoach Katja de Vries
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol
excuses 3 maal geplaatst
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol
excuses 3 maal geplaatst
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol
Wat een belachelijk leuk
Lid sinds
15 jaar 6 maandenRol
Tja schreef: Wat een
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol
mw.Marie schreef: 4.
Lid sinds
5 jaar 11 maandenRol
Schrijfcoach Katja de Vries
Lid sinds
8 jaar 8 maandenRol