#155 - Donderkoppen
Getroffen door jouw bliksem val ik stil. Tellen (eenentwintig, tweeëntwintig, drieëntwintig), wachten op de slag hoeft niet meer. Reddeloos verloren ben ik, overgeleverd aan jou.
Jij bijt me toe: dacht je nu werkelijk dat je me van het lijf kunt houden door het opdreunen van getallen?
Ik val uiteen in vele stukken: mijn voeten zoeken een vluchtweg, mijn armen grijpen naar een boomtak, mijn ogen dwalen rusteloos rond, mijn oren fluisteren, mijn neus ruikt zwavel.
Gespannen snaren breken op het slagveld.
Mijn ziel doolt rusteloos rond, tevergeefs wachtend op verlossing.
Dan plotseling een fel licht: donderkoppen grijnslachen en grimassen.
Intrigerend stukje met veel
Lid sinds
10 jaar 10 maandenRol
Dag Nel, Wat knap dat je
Lid sinds
16 jaar 5 maandenRol
Mili schreef: @Nel, er
Lid sinds
7 jaar 8 maandenRol
Pindarots schreef: Gespannen
Lid sinds
7 jaar 8 maandenRol
Marietje schreef: Intrigerend
Lid sinds
7 jaar 8 maandenRol
Schrijfcoach Blavatski
Lid sinds
7 jaar 8 maandenRol
Gered door het onweer. Dat is
Lid sinds
15 jaar 6 maandenRol