#145- Gevallen
Gevallen
' KUT! '
De klap op de stoep vervaagt mijn verwondering over het gemak waarmee ik het verboden woord gebruik. Ik hap naar adem, sluit mijn ogen en blijf liggen. De pijn beperkt zich tot mijn voet.
Twee grote handen omvatten mijn gezicht. 'Hallo, hoort u mij?' Zijn gezicht kleurt goudbruin in de lage zonnestralen die mij net nog verblindden. Ik probeer een glimlach.
Witte tanden stralen mij toe. 'Lukt het om rechtop te zitten?' Hij steekt zijn hand uit. Zonder bril dansen de letters van zijn tatoeage op zijn onderarm voor mijn ogen. Mijn vingers trillen en aarzelend grijp ik zijn hand vast. In één ruk zit ik overeind.
Hij hurkt wijdbeens naast me, de pijp van zijn korte broek spant om zijn behaarde bovenbenen. Hij trekt zijn T-shirt uit. Ik ervaar een mix van Musk en mannelijk zweet. Ademloos kijk ik hem aan.
Hij dept mijn jukbeen met zijn shirt. Het wit kleurt rood.
Op zijn gladde borst staan onsamenhangende tatoeages. Waar zouden ze symbool voor staan?
Voorzichtig betast hij mijn enkel. Ik zie geen ring. 'Da’s niet best. Ik breng je naar de EHBO-post verder op.' De zon blinkt in zijn ogen. Hij is vast een liefdevolle minnaar.
Ik zweef door de lucht en mijn armen glijden om zijn nek. Jarenlang protest tegen afhankelijk zijn geef ik op. Ik kreun en zoek over zijn schouder.
Net op tijd.
'Oma, wat is er gebeurd?' Mijn kleindochters stem klinkt verontrust. Ze heeft slechts oog voor mijn redder.
Hallo Marietje, De oma is als