Lid sinds

13 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#120 - drieluik

1 Hé, daar is-ie al, mét beschuitreclame. Ha, doet me altijd weer denken aan die keer dat Jan en ik bij die bed-and-breakfast ... Nee, de bus van 7:23 haal ik niet meer. Rennen in mijn kokerrok? Dacht het niet. Geeft me mooi de gelegenheid een testsetje te halen. Het werk moet maar even wachten. Ik weet zeker dat het dit keer is gelukt. Heel zeker. O, wat zal Jan blij zijn! Dat geklungel met die thermometer vindt hij onromantisch, de lieverd. Behoedzaam stap ik over een versgelegde drol heen. De honden kunnen het niet helpen; het is hun natuur. Maar de baasjes behoren die uitwerpselen op te ruimen, maar dat zal wel niet veranderen. Zal ik appels meenemen? Ze zien er mooi glanzend uit. Nee, dat is te veel gesjouw in dit miezerige weer. Ik neem ze wel mee op de terugweg. Een oudere man met zo’n lieve Jack Russel aan een riem staat te rommelen in een rek met kleding. Ik grinnik. Zou dat beest zojuist ...? 2 Ik sjok richting de ronkende bus van 7:23. Ik zal hem wel niet halen. Maar ach, wat maakt het allemaal uit? Jan en ik waren zo blij geweest dat het eindelijk was gelukt. Maar de Voorzienigheid besloot anders en jankt ook nog met ons mee alsof zij sympathiek wil overkomen, op deze manier troost probeert bieden. Nou, dat werkt zo niet, God! De kisten van de groenteman zijn grauw in tegenstelling tot de opgepoetste appels. Denkt die man nou echt dat hij ze zo perfect aanprijst? Ik zucht. Waar maak ik me druk om. De bus knippert links en stoot een zwarte wolk uit. Ik neem de volgende wel. Een paar meter verder staat een oudere man kleding uit te zoeken. Van die overdreven vrolijke shirts. Een hondje zit in elkaar gedoken aan zijn voeten. Twee halen, één betalen - Alles moet weg, blèrt het bord dat erboven hangt. Moet weg? Alles [i]is[\i] al weg. Foetsie. “Het is er geen weer voor,” zeg ik tegen de man. Waarom ik dat tegen een wildvreemde zeg, weet ik niet. Dom ook. Hij gaat vast iets zeggen als: na regen komt zonneschijn. Als ik dan maar niet begin te peeuwen. Dat is zó gênant. “Zonder regen geen groei.” Zijn blik verraadt niet wat hij denkt. Hij wijst naar mijn voeten. “U hebt trouwens poep aan uw schoen.” Ik slik en kan de dam niet dichthouden. 3 Nee, hè, daar is die stomme bus al. Is het al zeven voor half acht? Veel sneller kan ik niet lopen in mijn kokerrok. Ik ben als de dood dat ik op mijn plaat ga in dit druilerige weer. Als ik weer te laat kom, word ik ontslagen, zei meneer De Bont gisteren nog. Waarom heeft-ie geen oog voor mijn problemen? Er moet gewoon een collega bij, zo eenvoudig is het. Ik zwaai als een malle. Verdomme, waarom zet die groenteboer zijn fruitkisten buiten? De idioot blokkeert de hele stoep. Gadver, glij ik ook nog uit over een drol. Shit, shit, shit! Ze moesten die kutbeesten verbieden. De bus braakt een walm uit. “Stop! Wacht op mij!” Een oudere man met zo’n irritant keffertje aan een riem zwaait en roept wat naar de bus. O, de remlichten van de bus lichten op! Sissend gaan de deuren open. “Dank u, meneer,” zeg ik zonder hem aan te kijken. Ik klim naar binnen. Natuurlijk weer geen zitplaats. Shit. Zo kan een hardwerkend mens toch nooit tot rust komen?

Lid sinds

11 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
Leonardo, Ik kan het niet geloofwaardig vinden, alleen een kokerrok maakt van het personage nog geen vrouw. even over formuleren, dit is geen juiste constructie: 'De kisten van de groenteman zijn grauw in contrast tot de opgepoetste appels' het is: Een contrast vormen met, of: in contrast staan met Het gebruik van contrast kan wel zo: 'De grauwe kisten van de groenteman vormen een contrast met de opgepoetste appels' In jouw zin is het geen contrast maar een vergelijking.

Lid sinds

13 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Dank je, @janp. contrast aangepast - was een contaminatie inderdaad. De opmerking betreffende ongeloofwaardigheid vind ik te vaag om er verder wat mee te kunnen. Kun je specifieker duiden wat het volgens jou ongeloofwaardig maakt?

Lid sinds

11 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
Leonardo, Specifiek vanwege die rok: 'Rennen in mijn kokerrok? Dacht het niet.' Dat niet rennen lijkt me voor een vrouw een vanzelfsprekendheid - en daarom geen overweging/gedachte. idem bij deze passage: 'Veel sneller kan ik niet lopen in mijn kokerrok. Ik ben als de dood dat ik op mijn plaat ga in dit druilerige weer.' en ook bij: het in de bus klimmen en 'een hardwerkend mens toch nooit tot rust komen?' - dat zegt/denkt een vrouw eerder over haar echtgenoot dan over zichzelf. Maar misschien is het alleen mijn perceptie omdat het door een man geschreven is, die discussie is hier al eens gevoerd. :)

Lid sinds

13 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
@janp #3 - bedankt voor je toelichting. Ik heb zo'n schuifelrennende dame op het perron op mijn netvlies. Een soort gemodificeerd snelwandelen. Of een vrouw dat niet over zichzelf zegt/denkt, weet ik niet. Ze is ook niet bepaald in een rustige state of mind. Op zichzelf beschouwd lijkt het me geen onlogische gedachte. Wellicht kunnen onze vrouwelijke collega's hier hun licht over laten schijnen ...

Lid sinds

8 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
:D Knap bedacht en geschreven, Leonardo! ''Rennen in mijn kokerrok? Dacht het niet.' Wat Janp schrijft, het is eerder iets vanzelfsprekends. Rennen in die kokerrok zie ik niet zitten/is gewoonweg onmogelijk/maak ik me ronduit belachelijk (wat voor ons logisch denken is) 'Veel sneller kan ik niet lopen in mijn kokerrok. Ik ben als de dood dat ik op mijn plaat ga in dit druilerige weer. ' Ik persoonlijk zou terugdenken, en 'Verdomme, waarom moest ik vandaag per sé die kokerrok aan? Straks ga ik nog op mijn plaat." (weeral iets bij geleerd met deze uitdrukking ;) , net zoals ik peeuwen ook niet kende) 'op deze manier troost probeert bieden. ' ... troost probeert TE bieden? (waag ik) uitglijden over een drol, hm, dus ze hervindt haar evenwicht, of valt ze er met haar billen in? ;)

Lid sinds

8 jaar 9 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Rennen op hoge hakken is niet onmogelijk. Rennen met een kokerrok is ook niet onmogelijk. Daar kan ik al professioneel laatkomer over meepraten. Het klopt wel dat wij vrouwen liever niet rennen, de nood dient dan erg hoog te zijn. Overigens vind hp, ondanks de rok, niet overdreven vrouwelijk. Of misschien is het een hele degelijke vrouw, dat zou kunnen. Leuk weer wat van je te lezen hier.

Lid sinds

11 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Hoi Leonardo. De stemmingen zijn duidelijk. In 1 komt de reactie op de hondendrol wat vreemd over. Eerst zo'n uitgebreide overweging over de honden en hun baasjes, en dan dat grinniken. In 2 twee keer 'maar' in de de eerste alinea. Alle drie de stukjes zijn mij iets te zwaar aangezet. Regisserende bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden zijn jou zelf ook niet vreemd: 'geeft me mooi de gelegenheid' 'overdreven vrolijke shirts' 'dit druilerige weer' Graag gelezen.

Lid sinds

13 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Alle drie de stukjes zijn mij iets te zwaar aangezet.
Enigszins, ja.
Regisserende bijvoeglijke naamwoorden en bijwoorden zijn jou zelf ook niet vreemd: 'geeft me mooi de gelegenheid' 'overdreven vrolijke shirts' 'dit druilerige weer'
Bij schrijversregie is sprake van instructie van de lezer; instructie wat hij moet vinden, een opgedrongen mening zonder ruimte voor conclusie door de lezer. Dat is hier toch niet het geval, dunkt me. De eerste twee van de aangehaalde voorbeelden zijn gedachten die de stemming van het vertelperspectief kleuren. Naar objectieve maatstaven hoeft "overdreven vrolijk" helemaal niet het geval te zijn. "Druilerig" is een feitelijke vaststelling, een neutrale beschrijving.

Lid sinds

7 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
De verschillende emoties zijn goed duidelijk in je teksten. Toch ontbreekt er iets, ik zie de emoties maar ik voel ze niet terwijl ik lees. Misschien gebeurt er net iets te veel in de korte teksten. Ik moest wel een beetje grinniken om je woordkeuze bij: 'Gadver, glij ik ook nog uit over een drol. Shit, shit, shit!' Ik vind dat je kozen hebt voor goede details (de hondenpoep, de oude man, de bus) maar misschien kun je proberen ietsjes minder informatie in de tekst te verwerken. Nu spring je steeds van de hak-op-de-tak en voelde elke tekst onrustig, in plaats van alleen de gestreste tekst.

Lid sinds

10 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
Rennen in een kokerrok is goed mogelijk. Hakken maken het lastiger. Maar het is sowieso onwenselijk, ongeacht kledij. Zeg ik dan. Maar bovenal ben ik geneigd te denken dat kokerrok dragende vrouwen daarover nooit in termen van kokerrok denken. Die rok in nu eenmaal hun rok. De rok die ze aanhebben. Koker of niet. Hooguit wanneer uit de tekst blijkt dat het een vanuit het werk opgelegde keus is, waar de hp toch al niet blij mee is -en, nou mis ik ook nog de bus door dat ouderwetse kreng waarin die smeerkees van een baas me altijd moet zien- vind ik het sowieso bevreemdend iemand over haar eigen rok kokerrok te zien denken. Zoiets als zeggen dat je bij dertig graden een zomerjurkje aantrekt. Doet een normaal mens niet, alleen een schrijver die in zijn kop nog bezig is het beeld compleet te krijgen. Tuurlijk is een jurkje in de zomer een zomerjurkje, het is pas het vermelden waard wanneer het dat niet is. Ik vebaasde me ook over het grinniken om de hond, na het betoog tegen de hondenbezitters. En als ik dan toch aan het zeuren ga: ik heb nog nooit iemand het over een testsetje horen hebben, ik ken ze enkel als 'test.' En het 'o' voor 'wat zal Jan blij zijn' wat pathetisch. De tweede versie had van mij ook na 'foetsie' mogen stoppen. Verder zijn de emoties wel duidelijk aanwezig. Mooie details aan de bus; allemaal herkenbaar en allemaal functioneel in de illustratie van de gemoedstoestand. Ik denk alleen dat een gestrest iemand niet een bus in 'klimt'. Dat suggereert voor mij een trage, stroperige beweging. Ik denk dat ze springt. (Ja, op hakken en in kokerrok; het kan allemaal, het is daadwerkelijk niet iets waar iemand die het regelmatig draagt een gedachte aan zal wijden.)