Niks engs aan?
Met zijn met Dixan afgeborstelde jas, staart hij voor zich uit.
Hij is netjes gekleed tot en met zijn das.
Zijn blik verraadt niets.
Toch lijkt het of hij net een misdaad heeft begaan.
Neen, er zijn geen bloedvlekken te bespeuren.
Misschien zijn het zijn handen die beheerst in z’n zakken hangen, ruwe werktuigen, klaar
om elk moment op te schieten.
Ik bedenk me dat ik niet met hem in één kamer zou willen zijn, gelukkig zit ik op de trein.
De volgende halte stap ik af. Zie ik hem nooit meer.
Om mijn ongemak te verbergen, speel ik in gedachte een spelletje.
Ik gis hoe hij heet. Gust, is de eerste naam die bij me opkomt.
Spontaan denk ik aan de beruchte mensenaap in de Antwerpse Zoo, ik grinnik zachtjes
en ook zijn mondhoeken krullen even omhoog.
Hoe zou hij reageren moest hij weten dat ik hem met ‘een beest’ vergelijk ?
Station Brussel, haastig snel ik hem voorbij, al kan ik het niet nalaten nog een laatste blik op hem te werpen : Mijn oog valt op de zorgvuldig geborduurde letters op zijn witte overjas – SLAGERIJ HAAK.
Mysterie opgelost!
Beschaamd mompel ik hem beleefd nog een goeiedag toe.
Ik die niet van vooroordelen hou, had ik maar iets meer tegen hem gezegd.
Dat had hij misschien graag gehad ?
Al praat hij in zijn winkel waarschijnlijk al genoeg over koetjes en kalfjes,
maar ook dat weet ik niet.
De mensenkennis die ik geloofde te hebben is in realiteit dan toch niet onfeilbaar.
Ik neem me voor dat wanneer ik zo dadelijk bij de slager stop, ik deze aardig zal begroeten. En dat ik een extra stukje vlees bestel, met op mijn netvlies weliswaar het beeld nog gebrand, van Gust de gorilla - waar iedereen zo dol op was.
- Lies Wullaert -
Beste Lies, In je titel geef
Lid sinds
18 jaar 2 maandenRol