#63 essay-verteller
Wekelijkse schrijfopdracht 363 - essay-verteller
Het liep tegen het einde van de zomer en de lucht lag 's avonds zwaar en warm op de velden, waar goudgele stoppels na het maaien bleven ritselen en fluisteren zonder ooit hun geheimen volledig prijs te geven. Uiteraard had de wind deel in hun spel, maar ook diverse vogels, muizen en andere kleine knagers droegen bij aan het gerucht waar onze hoofdpersoon zo klakkeloos doorheen stapte. De roze wolken en de vage slierten paars en oranje die menigeen in bewondering naar de lucht zouden doen opkijken, ontgingen hem. Hij liep met grote passen, zijn schouders breed, maar iets hangend, zijn blik schijnbaar gericht op het droge zand van het pad voor hem.
Ze noemden hem Jurre. Dat hadden zijn ouders lang geleden zo verzonnen en dat deden ze in het dorp nog steeds. Iedereen kende Jurre en noemde hem Jurre. Nooit eens meneer, want dat was hij niet. Hij was een man, uiteraard, en van respectabele leeftijd, maar niet van het soort dat ooit een meneer werd.
Deze Jurre nu, liep met flinke tred door de velden en als iemand hem die avond gezien had, had die er verder waarschijnlijk geen aandacht aan besteed, zo paste hij in het landschap, zo ging hij op in de omgeving waarin hij geboren was en die hij zelf niet meer leek waar te nemen. Maar er was weldegelijk iets opmerkelijks aan de hand met onze Jurre. Dat wil zeggen, hij was op weg naar een opmerkelijke ontmoeting.
Aan het eind van het pad stak hij de weide over naar het bos waar men weldra weer paddenstoelen en kreupelhout zou oogsten. Takken kraakten onder zijn voeten toen hij de duisternis van de begroeiing binnentrad en zijn grote handen baanden de weg voor zijn gezicht, blad en twijg naar weerszijden wegbuigend. Na een klein half uur bereikte hij reeds het ven dat galmde van de kikkers en rook naar het vocht dat het land ontbeerde. Langzaamaan waren zijn passen behoedzamer geworden en de laatste meters legde hij uiterst voorzichtig af, daar waar de grond steeds zachter werd en schuin afliep naar het laagstaande water. Hij stapte uit zijn schoenen en wiebelde even toen hij zijn sokken erin stopte, voordat hij verderliep.
Het ven was niet diep, maar kende nabij zijn midden een plek waar het water hoger reikte dan een volwassen mens lang is. Daar nu ontmoette deze Jurre van eenvoudige boerenafkomst Creüsa en liet zich door Gaia's dochter bij de hand nemen als een oude bekende.
Het begin van een sprookje,
Lid sinds
10 jaar 10 maandenRol
Tja, ik had wel een
Lid sinds
10 jaar 8 maandenRol
schrijvenmaar schreef: Ik
Lid sinds
10 jaar 10 maandenRol
Hoi Schrijven maar, je bent
Lid sinds
9 jaar 6 maandenRol
Volgens John Gardner heeft de
Lid sinds
18 jaar 3 maandenRol
schrijvenmaar, Heel mooie
Lid sinds
11 jaar 8 maandenRol
Dag Schrijvenmaar, Dit soort
Lid sinds
9 jaar 5 maandenRol
Wat ontzettend goed
Lid sinds
15 jaar 6 maandenRol
Dank voor jullie
Lid sinds
10 jaar 8 maandenRol
Dan is mijn missie geslaagd,
Lid sinds
18 jaar 3 maandenRol
daarom zie ik je ook graag
Lid sinds
10 jaar 8 maandenRol
Schrijfcoach Odile Schmidt
Lid sinds
12 jaar 8 maandenRol
It's life Jim, but not as we
Lid sinds
11 jaar 10 maandenRol
Je hebt een mooie sfeer in je
Lid sinds
10 jaar 9 maandenRol