De aparte schrijver

Als manuscriptbeoordelaar krijg ik de meest uiteenlopende teksten binnen. Een tijd terug fragmenten van een roman van een allochtone vrouw, vol avonturen die zich in haar geboorteland afspeelden. Haar Nederlands is onvolmaakt, de opzet van haar verhaal is slordig. Maar haar landschapsbeschrijvingen, haar tekening van hoe mensen met elkaar omgaan, het gedoe tussen de seksen, de rituelen, de alledaagse materiële beslommeringen, de ongezouten dialogen, het is allemaal even schitterend.  

Dan de hoofdpijnman. In een uitgebreid manuscript probeert hij boven te krijgen waar zijn hoofdpijn en bijkomende complicaties vandaan komen, en vertelt hij bovendien over zijn dagelijkse bestaan. Ik heb dit manuscript meerdere keren onder handen gehad.

Hij redeneert eindeloos door over alles wat er vroeger gebeurd is, alles wat er nu gebeurt, waarom bepaalde mensen zich zo gedragen, waarom bepaalde vogels zich zo gedragen (hij schrijft veel over vogels). Hij spot met ieder show don’t tell-principe, met het idee dat je oordelen aan de lezer over moet laten, hij spot met iedere regel die zegt dat een schrijver dingen beknopt moet houden, dat schrijven schrappen is.

Maar dat is nu juist wat zijn tekst interessant maakt. Door dat eindeloze doordenken krijgt hij al dan niet absurde ideeën waar een ander nooit op zou zijn gekomen. Bovendien maken ze het hoofdonderwerp van het verhaal: de manier waarop de hersens van de schrijver/verteller in elkaar zitten, wel heel indringend aanschouwelijk.

Wat doe je als schrijfcoach met zulke schrijvers? Ook voor schrijvers die experimenteren of afwijkende dingen doen, is het de moeite waard om een paar basisregels te kennen, al is het maar om daar van af te kunnen wijken. Maar in dit soort gevallen gaan die basisregels niet op. Het verhaal van de allochtone vrouw zou haar verhaal niet zijn als het precies volgens de regeltjes opgezet, in keurig Nederlands zou zijn weergegeven. Het is zinloos om de hoofdpijnman te vertellen dat hij al die uitweidingen moet weglaten, want die vormen de essentie van zijn tekst.

Dat wil niet zeggen dat ik helemaal niets hoef te doen. Echte taalfouten kunnen bij de vrouw best verbeterd worden, en ook voor de plot kan ik tips geven. De ellenlange beschouwingen van de hoofdpijnman zullen uiteindelijk toch bekort moeten worden. En ook hij kan hier en daar iets meer orde gebruiken. Maar vroeg of laat stuit je op een grens: waar tast je het unieke karakter van deze tekst aan?

In feite zal iedere goede schrijver zo naar zijn eigen tekst kijken. Je weet dat er beproefde middelen zijn om een tekst kwaliteit te geven, en het is onzin om die links te laten liggen. Anderzijds ga je ervan uit dat wat jij schrijft enigszins uniek is. Wat tolereer je van jezelf? Wat durf je? En omgekeerd: wanneer schik je je in het feit dat experimenteren in rotzooien ontaardt, en je maar beter gewoon kunt doen?

De kwaliteit van een tekst is niet meetbaar zoals de stevigheid van een tafel. Sterker nog: zodra er een lijstje zou bestaan aan de hand waarvan je een goed boek kon schrijven, zou elke zichzelf respecterende schrijver zijn best doen daar deels van af te wijken. Maar dat mag nooit een excuus zijn voor een houding als: ik doe maar wat en dat is juist leuk want het is doorbrekend. En het is belangrijk om met argumenten te kunnen komen als je een verhaal goed of minder goed vindt, zeker als je coach of beoordelaar bent. En dat is dan weer het spannende van dit vak.

Eisso Post heeft ruim een kwarteeuw ervaring als schrijfdocent en -coach, onder andere bij de Volksuniversiteit en de Schrijversvakschool Groningen, en op Schrijven Online (Ontdek je eigen stijl). Hij beoordeelt manuscripten en begeleidt schrijvers op www.bureaupterodactylus.nl

Techniek

Service

Comments

Ik werd tijdens het lezen van dit artikel met name benieuwd naar waar het dan uiteindelijk op uitkomt met de gegeven voorbeelden: hoe ver ga je met adviseren en waar stop je, wat zijn de resultaten? Wat gebeurt er met deze verhalen? Worden ze gepubliceerd? Of schrijven deze schrijvers niet om te publiceren, maar om andere redenen?

Het advies is afhankelijk van het stadium waarin de tekst zich bevindt. Bij deze twee voorbeelden is het tot nu toe zaak om op een aantal hoofdlijnen bij te sturen, pas als dat gebeurd is, kun je kijken of en hoe er geperfectioneerd kan worden. Daarbij is het belangrijk om 1. de schrijver niet te ontmoedigen en 2. te voorkomen dat je op eenheidsworst aanstuurt. In beide gevallen betekent dat: veranderingen mogen nooit betekenen dat je de schrijver een compleet ander boek wilt laten schrijven dan hij/zij van plan was. Wat publiceren betreft: de hoofdpijnman schreef vooral om zijn artsen iets duidelijk te maken. In het andere geval zou ik publicatie bij een reguliere uitgeverij niet kunnen garanderen, maar zelfs met de beste coaching van de meest talentvolle klanten kun je dat niet. Dit is misschien iets voor een kleine, themagerichte uitgeverij, maar dat zou uitgezocht moeten worden, en het boek is nog lang niet af. Eisso.