Sinterklaas - wekelijke schrijfopdracht #33

Bakker Krijn Kok stond in het midden van zijn bakkerij. Het was 6 uur in de ochtend en het meeste werk zat erop. Zijn werkplaats geurde heerlijk naar vers brood. De vroege voorbijgangers genoten van de geur, maar de bakker zelf kon er niet meer van genieten. Hij was aan de geur gewend. Bruine broden en witte broden lagen broederlijk naast elkaar op de bakplaten. Ze stonden af te koelen.Manden vol verse, kleine broodjes stonden naast manden gevuld met krentenbollen en stokbroden. Krijn Kok was een goede bakker, een beetje ouderwets misschien maar de winkel draaide goed. Hij had veel trouwe klanten en mevrouw Betsie was een uitstekende hulp. Ze was vriendelijk, beleefd en zo eerlijk als goud. Toch was de bakker misnoegd. Hij had geen voldoening meer in zijn werk. Hij zag eruit zoals een bakker er hoort uit te zien. Rond, welvarend en met een prettig gezicht waarin kleine, blauwe oogjes pienter de wereld in keken. De blauwe oogjes stonden waterig. Zuchtend klom Krijn de trap op. Het was tijd om een paar uurtjes te gaan slapen. Hij kroop in het grote tweepersoonsbed. Het voelde leeg en kil aan. Hij miste Rosa, zijn vrouw. Rosa had de hele dag in de bakkerij gewerkt en voor het avondmaal gezorgd. Ze was wat stuurs en zwijgzaam geworden sinds Krijn Jr. naar het buitenland was vertrokken. Krijn Sr. kon dat verstaan. Het had hem ook veel verdriet gedaan. Op een avond was Rosa in haar fauteuil gaan zitten om televisie te kijken. Ze gaf geen antwoord toen Krijn haar vroeg mee naar bed te gaan. Hij had haar een duwtje gegeven en tot zijn ontzetting viel ze slap voorover. De in allerijl geroepen arts kon alleen nog maar de dood vaststellen. Bakker Krijn had een hobby. Hij hield ervan om tijdens de Sinterklaas-periode zijn etalage te versieren met chocoladefiguren. Van heinde en ver kwamen de mensen kijken. Krijn vond het prettig om ieder jaar met zijn chocolade-figuren te pronken. Hij kon er dag en nacht mee bezig zijn.