Afbeelding

Beeld Pexels

Ik zie sterretjes

Ik zie sterretjes Een boek uitbrengen als debutante kan soms lastig zijn als sommige recensies niet uitmuntend zijn. Volgens schrijfster Aline van Wijnen moet je je daardoor niet laten weerhouden om nieuwe verhalen te vertellen.

Begin vorig jaar behoorde ik nog tot een kwart miljoen Nederlanders met een droom van een eigen uitgegeven boek. Nu zijn we een jaar verder, is mijn tweede feelgood roman bijna onderweg naar de drukker en ik... Ik zie sterretjes.

Die sterretjes... Een boek valt natuurlijk wel of niet in de smaak en iemand heeft het ooit uitgevonden dat die smaak in ‘sterren’ wordt uitgedrukt. Naïef als ik was had ik het pas door toen mijn debuutroman Halsoverkop uitkwam.

Negatieve en positieve recensies

‘Heerlijke zomerroman’ luidde de titel van mijn allereerste review ooit − naast drie sterretjes. Drie sterretjes? Voor een heerlijk boek? Hoe heerlijk moet het dan niet zijn om vier sterren te verdienen, dacht ik verbluft.

Dat je ook twee sterren kunt krijgen kwam niet eens in me op: toch niet voor mijn boek? De volgende dag al werd ik uit die illusie geholpen. Twee magere sterretjes pronkten naast een vernietigend review. Een lezeres wiens naam sindsdien in mijn geheugen is geprent, had zo veel op Halsoverkop aan te merken dat het het slechte boek in de geschiedenis van feelgood leek te zijn. Het genre trouwens dat die lezeres normaal gesproken nooit las, schreef ze erbij. Arme Halsoverkop. Ik had het gevoel dat mijn kind door een kwade geest ontvoerd was en gewurgd. Erger nog, ik begon er zelf in te geloven dat het een heel slecht boek was. Dat ik sowieso beter per direct met het schrijven kon stoppen in plaats van de lezers lastig te vallen met een waardeloos boek.

De dag erna kwamen er vier recensies tegelijk: mensen die Halsoverkop wél leuk hadden gevonden. De sterretjes wisselden van drie tot vijf en ik zweefde op een roze wolk toen ook nog een paar lezeressen mij een privéberichtje hadden gestuurd om te zeggen dat ze van mijn boek hadden genoten.

En toen weer die twee sterretjes online. De ene opmerking sneed als een mes in mijn ziel, de andere als een decoupeerzaag. Zelfs over één scène konden de meningen zo wisselvallig zijn als het weer in april. De ene recensent vond die scène geweldig, de andere overbodig. Het verhaal zelf was voorspelbaar of met een verrassende wending. Het einde ‘raar’, ‘typisch’ of ‘fantastisch’.

Verder met het tweede boek

Waarom zou ik het allemaal weer willen doormaken, dacht ik toen het contract voor mijn tweede roman voor mijn neus lag. Kan ik me niet beter terugtrekken in mijn verhalenwereld, me lekker laten meeslepen door de levens van mijn personages, in alle rust genieten van hun verhaal zonder dat iemand daar iets over zegt?

Nee dus. Ik houd te veel van mijn personages om ze verborgen te houden in mijn eigen verhalenwereld. Ze hebben me tijdens het schrijven aan het lachen en aan het huilen gemaakt en net als de eerste keer wil ik hun verhaal delen met de lezers. Dit verhaal is anders dan mijn eerste maar ook meeslepend en leuk. En ook daarover zullen de meningen verschillen, dat weet ik nu al. Ik zal een scala aan sterretjes zien, reacties die me zullen kwetsen of opvrolijken. En ongetwijfeld zullen genoeg lezers mijn personages in hun hart sluiten of op z'n minst van hun verhaal genieten − voor mij genoeg reden om dat sterretjesavontuur opnieuw aan te gaan.

Mijn tweede feelgood roman Liefde met gebruiksaanwijzing komt in augustus uit. Leuk boek, ontroerend verhaal. En ik ga niemand mij laten overtuigen dat het niet zo is. Zeg ik nu.

Aline van Wijnen won de schrijfwedstrijd van het tijdschrift Vriendin en uitgeverij Zomer & Keuning in 2016. Haar debuutroman 'Halsoverkop' is afgelopen zomer uitgegeven. Haar tweede feelgood roman ‘Liefde met gebruiksaanwijzing’ komt in augustus uit. Nu werkt Aline aan haar nieuwe roman, schrijft columns over alles wat haar opvalt en ze houdt een schrijfdagboek bij. Haar schrijfnieuwtjes zijn te volgen op Facebook.com/AlinevanWijnen

Uitgeven

Techniek