Afbeelding

'The end' gestempeld op papier

Foto: Ann H via Pexels

Hoe schrijf je een ‘happy ending’?

“En ze leefden nog lang en gelukkig.” Het sprookjeseinde. Veel lezers zijn dol op een happy end. Hoe erger de hoofdpersoon het voor de kiezen heeft gekregen, hoe bevredigender het is als hij of zij ein-de-lijk de ellende overwint, de slechterik verslaat, de wereld redt, de liefde verovert, of op een andere manier domweg gelukkig wordt. Zodat je, als je rozig van welbehagen het boek dichtslaat of de aftiteling van de film over het scherm ziet rollen, gesterkt bent in je vertrouwen dat uiteindelijk alles goed komt.


Clichés liggen hierbij op de loer. Denk bijvoorbeeld aan de ondergaande zon, waartegen zich het beeld aftekent van de eenzame held, of de geliefden die hand-in-hand naar de roodgekleurde horizon staren. Met haar hoofd rustend op zijn schouder, als kers op de clichétaart. 

Met clichés kun je spelen. Laat bijvoorbeeld het stel-dat-elkaar-eindelijk-heeft-gekregen zoenen onder neonreclame met een ondergaande zon. Als die neonreclame in een beetje aggenebisj-buurt hangt, met louche drugsdealers, straatkatten die vuilnisbakken afschuimen en wegwaaiende kranten, voegt dat een extra knipoog toe.

Waar zit de happiness in?

Als je als schrijver kiest voor een happy end, hoeft die happiness niet per se verwezenlijkt te worden doordat de hoofdpersoon krijgt wat hij wil. Je hoofdpersoon kan een ontwikkeling doormaken, waardoor zijn doelen en wensen tegen het einde veranderd zijn.

Als voorbeeld:

Bij het happy end ‘jongen krijgt meisje’ (andere combinaties zoals ‘meisje krijgt meisje’ mogen ook) loopt het verhaal van het probleem (jongen wil meisje, meisje wil jongen niet) naar de door de hoofdpersoon gewenste uitkomst (via allerlei misverstanden, obstakels en andere narigheid, uiteraard). Maar zo voor de hand liggend hoeft het happy end niet te zijn. Misschien heeft de hoofdpersoon een stille aanbidder en is hij bij het einde tot het inzicht gekomen dat die stille aanbidder de ware is: You don’t always get what you want, but sometimes you get what you need. 

Iets dergelijks is natuurlijk ook toe te passen op een ander thema dan ‘ze krijgen elkaar’. 

Uitgesteld geluk

Om nog maar even in de ‘jongen krijgt meisje’-metafoor te blijven: stel, je hebt je lezers door alle strubbelingen heen naar dat happy end geleid, de jongen staat op een brug over de rivier te staren (met ondergaande zon), en op basis van wat eraan voorafging is het ieders verwachting dat het meisje op hem af komt rennen. In slow motion, om het helemaal af te maken.

En dan komt ze niet! De zon is ondergegaan, het kille zwart neemt het over.

Dat is nogal een desillusie. Niet alleen voor de jongen, maar vooral voor je lezers. Ze zien de jongen gebroken naar huis sloffen, de trap opklimmen als een oude man, en dan… staat ze hem daarop te wachten.

Nou ja, of zoiets. ;-)

Om in gedachten te houden

Hou er rekening mee dat niet alleen het happy end, maar elk einde, de ontknoping moet zijn van het hele verhaal. Alle verhaallijnen moeten zijn afgerond en elke vraag die is opgeroepen beantwoord. Er mogen geen losse draden meer zijn. Want als dat niet zo is gaat dat knagen bij je lezer en maakt dat je verhaal alsnog ongeloofwaardig – alle suspension of disbelief met terugwerkende kracht opgeschort.

Om af te sluiten…

… een quote van een van mijn favoriete schrijvers, Stephen King:

“And will I tell you that these three lived happily ever after? I will not, for no one ever does. But there was happiness. And they did live.”
The Dark Tower