Afbeelding

Beeld Pexels

Het schrijven van je eerste boek: de do’s en don’ts

Het schrijven van je eerste boek: de do’s en don’tsDebuteren bij een grote uitgeverij is knap lastig. Soms voelt het alsof alleen BN’ers of mensen met goede connecties binnenkomen. Niets is minder waar: ook als onbekende Nederlander is het mogelijk een contract te tekenen bij de reuzen uit de boekenwereld. Samantha Stroombergen debuteert in 2018 bij Uitgeverij Boekerij met een thriller en deelt haar do’s and don’ts.

Do’s - zeker doen!

1. Lees in andere genres. Het voelt veilig in je eigen bubbel te blijven. Toch is dat niet verstandig. Romans bijvoorbeeld hebben andere sterke punten dan thrillers en waarom zou je niet van beide werelden leren? 

2. Hierop volgend: sla een boek dat je niet goed vindt niet meteen dicht. Lees in plaats daarvan verder met je schrijversblik. Welke valkuilen zie je? Wat stoort je? Hierdoor leer je het best wat je in je eigen tekst moet vermijden.

3. Zoek proeflezers die ook verschillende genres lezen. Zij kijken allemaal met een andere blik naar je tekst en dat zorgt voor diverse feedback.

4. Verdiep je in de kunst van het weglaten. Veel (beginnende) schrijvers hebben de neiging meteen het antwoord op de vraag te geven, maar laat je lezer eens wat langer in het ongewisse. Bijvoorbeeld: iemand krijgt een pakje opgestuurd en is geschokt door de inhoud hiervan. Einde hoofdstuk! Je wilt sneller doorlezen als je met vraagtekens achterblijft.

5. Schrijf in de actieve vorm: dialogen en handelingen lezen een stuk vlotter dan terugkoppelingen en beschrijvingen.

6. Gebruik synoniemen. Een valkuil voor veel mensen is dat ze bepaalde woorden vaak achter elkaar gebruiken, soms zelfs meerdere keren in dezelfde zin. Je maakt je verhaal een stuk vlotter door dit te vermijden. Een praktijkoefening: schrijf een kortverhaal over een stel dat gaat trouwen, zónder dat je huwelijk-gerelateerde woorden dubbel gebruikt.

7. Lees je tekst in een andere vorm/opmaak. Je wilt je tekst het liefst kunnen lezen alsof het een echt boek is. Dat is lastig te doen als je je Word-document voor je hebt, want de neiging is groot direct te redigeren. Het best is om het lettertype van je tekst te veranderen (het líjkt daardoor op een ander verhaal) en je manuscript te printen of op je eReader te zetten. Daardoor word je gedwongen te lezen in plaats van te redigeren en zie je beter waar het manuscript rammelt.

Don’ts - liever niet doen

1. Rond alles niet te snel af. Je manuscript heeft tijd nodig om te rijpen. Uit enthousiasme (je wilt dat boekcontract natuurlijk enorm graag in handen krijgen) is het begrijpelijk dat je je afgeronde verhaal zo snel mogelijk naar een uitgeverij wilt sturen. Verstandig is dat zelden. Denk je dat je manuscript af is? Laat je werk het liefst nog een poosje liggen. Je personages blijven altijd bij je en de kans zit er dik in dat je een beter idee krijgt voor dat éne hoofdstuk waar je onzeker over was.

2. Regels zijn er om gebroken te worden. Dit klinkt misschien vreemd, maar het allerbelangrijkste blijft het verhaal en waar de plot je naartoe brengt. Als je bijvoorbeeld met meerdere perspectieven werkt, kan het gekunsteld overkomen als je je hoofdpersonen geforceerd om-en-om aan bod laat komen. Heeft persoon X op een bepaald moment meer focus nodig, dan is het prima diegene meerdere hoofdstukken achter elkaar in de spotlights te zetten. Het verhaal moet altijd leidend zijn.

En vooral…

Laat je niet gek maken. Schrijven is vallen en opstaan. Waarschijnlijk heeft iedere auteur onzekerheden gehad en verdraaid, misschien hebben ze die zo nu en dan nog steeds. Dat is normaal. Een boek schrijven kost veel discipline en tijd, dus het is niet leuk om dan afwijzingen te krijgen. Geen zorgen: die krijgen we bijna allemaal. Probeer feedback niet als kritiek maar als hulpmiddel te zien en je zult zien dat je steeds beter wordt.

De 27-jarige Samantha Stroombergen is copywriter bij een multinational en debuteert in 2018 bij Uitgeverij Boekerij met haar thriller De witte kamer. Ze recenseert daarnaast voor Hebban en heeft een boekenblog met twee vriendinnen: readalicious.nl

Techniek

Comments