Do’s en don’ts van een kort verhaal

Korte verhalen raken steeds meer in trek en worden vaak gebruikt als opdrachten voor schrijfwedstrijden. Maar wat moet er nou in een kort verhaal beschreven worden en wat niet?


Do: Houd het kort en krachtig

Het is heel voor de hand liggend, maar zorg ervoor dat je korte verhaal kort en  krachtig is. Je hebt niet veel ruimte, dus zorg ervoor dat alleen de belangrijkste elementen in je verhaal terugkomen.

Do: Creëer maar één hoofdpersoon

Je korte verhaal bevat alleen maar één hoofdpersoon en zo min mogelijk personages. Je verhaal moet dan ook voornamelijk over die ene hoofdpersoon gaan. Meld alleen de belangrijkste eigenschappen van je hoofdpersoon die er toe doen in je verhaal.

Do: Beschrijf één probleem of conflict

Je hoofdpersoon mag niet voor meer dan één probleem komen te staan. Het moet immers binnen 3500 woorden oplosbaar zijn en dat wordt lastig als een hoofdpersoon tig van conflicten moet oplossen. Maak je hoofdpersoon ook niet al te gecompliceerd. Hij moet het conflict vanuit één emotie aangaan en niet allerlei verschillende gevoelens beleven tijdens het verhaal. Zijn emotie mag wel veranderd zijn aan het einde van het verhaal.

Do: Houd het bij één setting

De setting waarin een kort verhaal zich afspeelt, heeft vaak maar één decor. Wederom omdat er zo weinig ruimte is, kun je niet uitweiden naar meerdere plaatsen. Zeker niet als het geen toevoeging is voor het verhaal.

Don’t: Het verhaal zien als een korte roman

Je moet je korte verhaal nooit zien als een ‘verkorte’ versie van je roman, tenzij je alleen één personage als uitganspunt wil nemen en er alleen maar één gebeurtenis gaat plaatsvinden. Kortom een kort verhaal is geen samenvatting van een roman.

Don't: Experimenteren met tijd

Een kort verhaal is niet het juiste genre waarin je kunt experimenteren met tijd. Alles gebeurt er achter elkaar en er komen geen sprongen in de tijd voor. Flashbacks beschrijven mag wel, maar dan moet het wel een toevoeging zijn voor het verhaal en niet een onnodig element dat te veel ruimte in beslag neemt.

Don't: Geen einde schrijven

Elk verhaal heeft een einde, of het nu een open einde heeft of gesloten, het blijft een einde. Zorg er dus voor dat je verhaal niet ergens blijft hangen, maar dat het ook daadwerkelijk op een gegeven moment alle losse einden vastgeknoopt zijn.

Don't: Schrikken door het woordenaantal

Gebruik het woordenaantal als leidraad, maar niet als regel. Je moet geen verhaal schrijven met het idee dat je een woordenaantal hebt en daar dan ook naar moet schikken. Daar wordt je verhaal juist chaotischer door, omdat je bepaalde elementen vergeet te beschrijven. Een kort verhaal met alle belangrijke elementen erin zal uiteindelijk zelf tot een einde komen.