Afbeelding

Ultrakorte verhalen Open deur en Vaderliefde

Foto: Pexels

UKV's van de week: Open deur en Vaderliefde

In de groep Schrijven Magazine: Ultrakorte Verhalen dagen we schrijvers iedere dag uit om een ultrakort verhaal te schrijven: een heel verhaal in maximaal 99 woorden. Zowel voor beginnende als ervaren schrijvers is dit een fijne oefening om kort en krachtig een verhaal te kunnen vertellen. Iedere week zetten we er vijf in de spotlights als aanmoediging en waardering. Deze vijf vielen ons deze week op, vanwege hun originaliteit, verrassende wending, kwaliteit of spraakmakendheid.


Open deur - Froukje Postma

20 juni

“En, heb je al een vriendje?” vraagt mijn tante met een vertrouwelijke glinstering in haar ogen.
Met m’n mond vol oma’s appeltaart kan ik enkel van nee schudden.
“Ook geen leuke jongen op het oog?”
Eindelijk krijg ik de hap doorgeslikt. “Nee, ik ben niet zo geïnteresseerd in jongens. Ik vind...”
“Oh, dat komt dan nog wel, hoor!” onderbreekt tante mij met een knipoog. “Hoe is het verder op school? Welke vakken vind je het leukst?”
Waarom is het toch zo moeilijk? Zo gauw ik de kastdeur voorzichtig open, wordt die weer in mijn gezicht dichtgegooid.

Vaderliefde - Marike van der Raadt

21 juni

Achter in mijn hoofd
Klinkt een prachtig lied
Over een vader
Die zijn dochter beziet
Hij zingt haar mooie woorden toe
Over hoe hun harten
Openvouwden op de dag
Dat hun liefde startte
Liefde die mocht groeien
Tot op dit moment
En nog groter zal zijn
Dan welke liefde ooit gekend
Het lied kent geen woorden
Ik hoor het elke dag
Ik luister ernaar via mijn hart
Een hart dat hij bezag

Regen - Keesjan Roeland

21 juni

‘Hoor het zachte geruis van de regen op de miljoenen blaadjes in de uitgedroogde natuur, die de regen met een zacht ritselend applaus ontvangt. De aarde is dankbaar en nederig.’
Ze staat achter haar schildersezel en luistert aandachtig. Ze is mooi, haar kleding, haar lichaam. Maar vooral haar innerlijk, haar creativiteit maakt me nerveus.
Ze opent haar mond. Ik zie haar tanden. Ze knikt langzaam, alsof haar heel langzaam iets te binnen sluipt. Haar hartvormige lippen bewegen: ‘ja,’ zegt ze, ‘het blauw van de regen gemengd met het geel van de zon, maakt de natuur prachtig groen.’


STRONTVLAGGETJE - Mechtilde Meijer

22 juni

‘Mijn baasje is een hufter m/v. Loopt heel schijnheilig rond met zo’n aanstellerig etuitje aan mijn riem maar als het erop aankomt blijven de geparfumeerde plastic zakjes er gewoon in zitten. Dat stuk vreten is te beroerd om mijn hoopje op te ruimen. Daarom gaan we ook vaak pas in het donker wandelen, als niemand ons ziet. Heel onprettig als je de hele avond al moet maar nog niet mag. Daar erger ik me aan en ik schaam me kapot dat zoiets mijn thuis is. Ik durf het bijna niet te vragen, maar: wie wil mij adopteren?’


TRANEN HEB IK NIET - Asko De Vries Robles

23 juni

Tranen heb ik niet, naakt
en kaalgeschoren,
sta ik daar ...
56015, mijn leven als jood
eindigt hier
In het aanzicht van
de dood
Waar de stemmen weerklinken.
Ontzielde lijven, kriskras door elkaar,
opgehoopt in kuilen -
waar hun nagedachtenis: het hiernamaals zal bevuilen.
Een jood immers is een jood,
dood, het definitieve eind.
De laatste kruimel
of het levende brood?
Niet weten, is het grote vergeten.
“Wir haben es nicht gewusst”
En ook bij mij thuis werd gezwegen,
over, toen en nu.
De donkere wolk echter was voelbaar.