Lid sinds

3 maanden 3 weken

Rol

  • Gewone gebruiker

#490 - Vlinder

Vandaag was een echte kutdag. Ik ben er zo klaar mee. Elke keer hetzelfde liedje. 'We willen geen mannelijke verpleegkundige voor ons kind…’ Echt, alsof gender een verschil maakt. Ja, ik ben een man. En ja, ik ben homo. Maar ik ben ook een fucking goede neonatologieverpleegkundige! Door mijn draadloze oortjes knalt een nummer waar ik altijd energie van krijg. Ik hoop dat het dit keer vooral helpt om van de slechte energie af te komen. Zodra mijn spieren zijn opgewarmd start ik mijn hardloopsessie. Mijn playlist in combinatie met het heerlijke landschap mist zijn uitwerking niet. Na een tweetal kilometer merk ik dat de negatieve gedachten eindelijk plaats maken voor rust in mijn hoofd. Boven de velden aan mijn linkerkant zie ik een vreemd voorwerp. Zou het een drone zijn? De wind drijft het voorwerp steeds meer mijn kant op. Dan herken ik het. Het is een ballon! Een witte ballon. Waar komt die vandaan? De ballon drijft over mijn hoofd en door de weerkaatsing van de zon zie ik nu pas dat er een kaartje aan vastgemaakt zit. De hopeloze romanticus in mij wil natuurlijk weten of er een boodschap op staat… Ik besluit het aardappelveld op te rennen om de ballon te grijpen. Dat is lastiger dan gedacht. Ik moet me erg focussen om overeind te kunnen blijven tussen de hoge aardappelruggen en ook mijn oog op de ballon te houden. Ik zie dat het touwtje met het kaartje eraan verstrikt raakt in een van de struiken. Het mag ook eens meezitten vandaag. Wanneer ik dichterbij kom herken ik het logo dat op het kaartje aan de ballon hangt. 

Shit. 

Kinderoncologie. 

De haartjes op mijn arm staan onmiddellijk rechtop. Ook al is het nog zevenentwintig graden en heb ik net de longen uit mijn lijf gerend.

Met een bang hart draai ik het kaartje om: Ik wil geen sterretje zijn.  Mijn mama is gek op vlinders. Mag ik alsjeblieft terugkeren als vlinder? 

Mijn ademhaling stokt. Tranen prikken achter mijn ogen. Verdomme. Je zet geen kind op de wereld om het te moeten afgeven voordat je zelf gaat.

 

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Julia, welkom op het forum. Ook jij hebt gekozen voor een verhaal met een bericht uit het hiernamaals. Blijkbaar triggert de opdracht tot het schrijven van dergelijke droeve verhalen. 

Waar ik wat op haak bij dit verhaal, is dat je begint met het vooroordeel waarmee de verpleegkundige te maken krijgt. Als lezer verwacht ik daar dan eigenlijk een verhaal over, maar met die informatie doe je verder in het verhaal niets meer. Voor mij voegt het dus niets toe dat je neonatologieverpleegkundige bent. Je zou ook algemeen kunnen beginnen met dat je een rotdag op het werk hebt gehad (ongeacht het beroep) en dat je stoom afblaast door te gaan hardlopen. Op het einde herken je als verpleegkundige wel het logo, maar het dilemma 'We willen geen mannelijke verpleegkundige voor ons kind…’ krijgt geen afronding.  Maar wellicht ben ik de enige die daarover struikelt.

De tekst zelf verdient ook nog aandacht, opmaak is een minstens zo belangrijk onderdeel van het schrijven. Je hebt het nu als één blok geschreven waardoor het niet lekker leest. Met alinea's en zinnen op een volgende regel krijg je een beter overzicht en leest het een stuk beter.
Met de zin met "Door mijn draadloze oortjes ..." bijvoorbeeld, kun je een nieuwe alinea beginnen. 
De witregels op het einde zijn waarschijnlijk het gevolg van een enter. Met shift+enter komt je op de volgende regel, alleen een enter geeft een witregel. 

En ja, ik ben homo. Maar ik ben ook een fucking goede neonatologieverpleegkundige! ---> Maar is hier een voegwoord en daarom hoort er achter homo een komma te staan.

Het is een ballon! Een witte ballon. Waar komt die vandaan? De ballon drijft over mijn hoofd  ---> drie keer ballon kort achter elkaar. De eerste twee zinnen zou je samen kunnen voegen: Het is een witte ballon. De derde keer ballon zou je kunnen veranderen in "het", dat het om een ballon gaat, weet de lezer al.

Wanneer ik dichterbij kom herken ik het logo dat op het kaartje aan de ballon hangt. ---> tussen kom en herken hoort een komma.

De haartjes op mijn arm staan onmiddellijk rechtop. Ook al is het nog zevenentwintig graden en heb ik net de longen uit mijn lijf gerend. ---> van de punt tussen rechtop en Ook zou ik een komma maken. Op de manier waarop het nu staat klopt de tweede zin grammaticaal niet.

Lid sinds

3 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Julia, 

Ik heb moeite met je verhaal omdat het te zwaar toewerkt naar enkele zinnen op het einde. (De laatste en het idee van 'geen sterretje, maar een vlinder'). Je personage lijkt nu in het ziekenhuis te werken om dat kaartje aan de ballon van de oncologieafdeling te kunnen herkennen, want verder komt er weinig over je personage aan bod dat ook iets over hem vertelt als persoon. Nu lezen we dat hij homo is, wat zijn beroep is en dat hij een kutdag heeft, maar dat zegt niets over hém over wie hij is, dat zegt meer iets over een gemiddelde (hetzij zware) dag over zijn leven. 

Ik mis nu karaktertrekken, zijn echte gevoelens over deze dag, in plaats van alleen snel en heftig gevloek. Je doet daarmee een goede poging door hem te laten opmerken waarom die dag zo kut is, maar ironisch genoeg zegt je personage zelf waarom dat niet helemaal werkt: wat heeft gender er mee te maken? 
Het berust inderdaad op een vooroordeel dat nergens op slaat, maar het blijft nu bij die 'observatie' van dat onrecht. Je personage merkt het op, schreeuwt erover en laat het daarbij. Probeer met show don't tell meer te duidelijk te maken wat en hoeveel dat precies met hem doet.  (Ongetwijfeld veel, gezien het onrecht van een idioot vooroordeel) Als je dat doet, leert de lezer het personage echt kennen, wordt er met hem meegeleefd en wordt het verhaal als geheel meer organisch. 

Je hebt een goede, veelbelovende poging gedaan, maar de insteek is wat onhandig. Als je daar even opnieuw naar kijkt, is er veel uit deze tekst te halen! 

Groet, 

Nadine