#485 Geef mij nu je pronouns...ik geef je er hoop voor terug
Terwijl ik nog eens rondkijk in de groep besef ik pas hoe jong ze eigenlijk zijn, al die studenten in de dansgroep. Misschien is dit mijn hopeloze poging om weer wat jeugd in mezelf terug te krijgen. Als het voorstelrondje bij mij gekomen is, kijken tien paar ogen me verwachtingsvol aan. Even komt het in me op om ze ter inspiratie mijn hele levensverhaal te vertellen.
'En ja, ik dans dus al weer aardig wat jaren. Dat was het wel zo'n beetje,' eindig ik gejaagd.
Dansjuf Merit, de enige in de zaal die meer bij mijn leeftijd in de buurt komt, knikt. Iets zegt me dat ze niet helemaal tevreden is met het verhaal. Begrijpelijk, het was ook een kille opsomming van feiten als ik mijn curriculum vitae aan het opdreunen was.
'En je pronouns Kimberley? Dat is voor ons wel handig om te weten.'
Meerdere studenten knikken Merit toe.
'Nou....eigenlijk heb ik die niet echt.'
Ergens voel ik opluchting dat ik wist wat het woord betekende, maar het juichen hiervoor blijft uit.
'Je mag een keuze maken,' gaat de dansjuf verder, 'dan weten we hoe we je moeten aanspreken. Zodat we allemaal respectvol met elkaar om kunnen gaan.'
Duimpjes omhoog en vuistjes van de aanhangers. Waarschijnlijk gaan ze zometeen om haar handtekening vragen.
'Ik wil geen keuze maken, ik heb gewoon geen pronouns.'
Vanuit de zaal ernaast klinken stevige dreunen van hiphopmuziek. Ik heb gehoord dat ze daar breakdance oefenen, en dat Merit wat van die passen in onze les wil stoppen om 'er genoeg fysieke uitdaging in te houden'.
'Kimberley, volg je me even.'
In de gang lijkt een aardig aantal graden lager dan in de zaal. IJskoude rillingen lopen vanaf mijn vingertoppen tot mijn onbedekte onderarmen. Het gevoel van die keer dat ik me als veertienjarige bij de oudere, kalende, altijd in een slecht humeur zijnde rector moest melden, is vergelijkbaar.
'Kimberley, lieverd. Ik wil je niet beschadigen, maar dan moet je wel aangeven hoe je aangesproken wil worden. Dat begrijp je toch wel?'
'Ik...voel me niet zo goed op dit moment. Mag ik hier later op terugkomen?'
Het geroezemoes onder de groupies is zelfs met dichte deur te horen. Vanuit de kleedkamers komt een sterke deogeur op die mijn hoofd doet rondtollen. Altijd als ik met het excuusleugen van niet goed voelen aan kom zetten, zorgt mijn lichaam er vervolgens voor dat het geen leugen meer is.
'We gaan verder,' zegt Merit met een strak gezicht en de handen hoog geheven om het fluisteren te doen stoppen.
'Thomas?'
Thomas die naast me zit heeft sprankelende pretoogjes, is atletisch gebouwd en heeft prachtige, halflange, krullende lokken. Het verbaasd me niet dat enkele van de waarschijnlijk amper uit de pubertijd zijnde meisjes, bewonderenswaardig in zijn richting kijken.
'Nou uhm, ik weet niet waar ik moet beginnen,' begint hij. Ik heb het gevoel dat hij vooral mij aankijkt, alsof hij bevestiging zoekt.
'Maar eigenlijk geldt voor mij hetzelfde als voor Kimberley. Ik heb geen pronouns.'
Voor er ook maar een reactie kan komen vanuit de fanbase of Merit, zijn mijn handen al begonnen met klappen. Als een klein kind met ADHD en een chronisch aandachtstekort ram ik ze op elkaar, alsof ik op een pauk sla. Thomas kijkt me even schaapachtig aan en begint dan mee te klappen, precies in hetzelfde ritme. Hij zal wel niet meer als een moederfiguur in me zien. Maar voor mij is dat voor nu even voldoende.
Hoi Virtuosu, Dit is een…
Lid sinds
4 jaar 6 maandenRol
Hoi Virtuosu,
Dit is een verhaal wat een discussie zou kunnen opleveren in de goede zin van het woord. Pronouns zijn tegenwoordig nogal eens onderwerp van discussie in de slechte zin, waarbij vrijwel iedereen -daar mag je wel van uit gaan, denk/hoop ik- het niet per se slecht bedoelt, maar waar we de ander gewoon (nog) niet goed genoeg begrijpen om daar eerlijk en open over te praten. Zowel Kimberly als Merit zijn hier op hun eigen manier goedbedoeld irritant en tegelijkertijd hebben ze allebei een punt. Het is lastig om dat zo te schrijven bij een onderwerp dat zo gevoelig ligt in de maatschappelijke discussie.
Complimenten daarvoor!
Groet,
Nadine