Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

#457 Vriendschap (herziene versie)

 

Herziene versie

Op een bankje in het park staart Joop naar het water in de vijver. De nog frisse wind laat het water rimpelen, de eenden deinen gemoedelijk op en neer.
Zijn gedachten dwalen af naar Arie. Hij woont in hetzelfde tehuis een paar deuren verder van hem en tijdens de coronaperiode zijn ze hechte vrienden geworden. Als hoogbejaarde kwajongens wisten ze de boel af en toe flink op zijn kop te zetten.
Twee weken geleden werd hij opgenomen in het ziekenhuis, hij bleek een forse longontsteking te hebben en was er beroerd aan toe.
Joop schopt tegen een steentje. Je hebt me danig laten schrikken, vriend. De jaren tellen zwaarder dan ik dacht.

Tot zijn opluchting schreef zijn makker eergisteren in een bericht dat het beter met hem gaat en hij over twee dagen weer naar huis mag.
Nu hij Arie tijdelijk niet in levenden lijve kan spreken, is hij blij met zijn mobieltje. Eerder zag hij het nut er niet van in, maar zijn nichtje vond dat haar oom bij moest blijven en deed hem een seniorentoestel cadeau. Zo een met grote toetsen en niet te veel poespas.
Ze wilde hem ook een appelgeval aansmeren, maar vegen over een schermpje is hem een stap te veel; voor het nieuws en het maken van een kruiswoordpuzzel heeft hij de krant. Daarnaast is er niets beters dan een potje schaken of een borrel drinken met zijn maat verderop in de gang. Samen ouwehoeren over het leven, klagen over het eten in het tehuis of een geintje uithalen met de verpleging. De geneugten van het leven op leeftijd.

Joop voelt iets trillen en pakt het mobieltje uit zijn borstzak, een nieuw bericht van Arie: Waar blijf je?
Hij krabt over zijn bol. Wat heeft hij gemist? Hij leest het vorige bericht nog eens door en plots dringt het tot hem door: over twee dagen is vandaag!

Alsof hij nooit weg is geweest, zit Arie in zijn luie stoel voor het raam. Voor hem staan twee borrelglazen tot de rand toe gevuld. Met een brede grijns steekt hij zijn arm uit.
‘Waar bleef je nou? De helft is al verdampt.’
Joop grijpt de uitgestoken hand van Arie stevig vast. ‘Kerel, ik heb je gemist. Je ziet er puik uit. Sorry dat ik niet ...’
‘Nee, joh, ik weet toch dat jij en ziekenhuizen niet samengaan. Kom, ga zitten.’
Joop laat zich zakken in de stoel tegenover Arie en kijkt naar de gevulde glaasjes.
‘Mag je deze wel weer nuttigen?’
‘Waarschijnlijk niet, maar een jaar langer leven is ook duur, nietwaar?’
Zwijgend genieten ze van de eerste slok.
‘Deze keer vergeef ik het je, oude gek. De volgende keer zwaait er wat,’ knipoogt Joop.

 

-----------------------------------------------------

 

Eerste versie

Op een bankje in het park staart Joop naar het water in de vijver. De nog frisse wind blaast laat het water rimpelen, de eenden deinen gemoedelijk op en neer.
Zijn gedachten dwalen af naar zijn vriend Arie. Twee weken geleden werd hij opgenomen in het ziekenhuis, hij bleek een forse longontsteking te hebben en was er beroerd aan toe.
Arie woont in hetzelfde tehuis een paar deuren verder van hem en tijdens de coronaperiode zijn ze hechte vrienden geworden. Als hoogbejaarde kwajongens wisten ze de boel af en toe flink op zijn kop te zetten.
De plotselinge opname van Arie doet hem beseffen dat hun eindigheid wellicht dichterbij is dan hij zich realiseert.

Tot zijn opluchting schreef zijn makker eergisteren in een bericht dat het beter met hem gaat en dat hij over twee dagen weer naar huis mag.
Nu hij Arie tijdelijk niet in levenden lijve kan spreken, is Joop blij met zijn mobieltje. Eerder zag hij het nut er niet van in, maar zijn nichtje vond dat haar oom bij moest blijven en deed hem een seniorentoestel cadeau. Zo een met grote toetsen en niet te veel poespas.
Ze wilde hem ook een appelgeval aansmeren, maar vegen over een schermpje is hem een stap te veel; voor het nieuws en het maken van een kruiswoordpuzzel heeft hij de krant. Daarnaast is er niets beters dan een potje schaken of een borrel drinken met zijn maat verderop in de gang. Samen ouwehoeren over het leven, klagen over het eten in het tehuis of een geintje uithalen met de verpleging; de geneugten van het leven op leeftijd.

Joop voelt iets trillen en pakt het mobieltje uit zijn borstzak; een nieuw bericht van Arie: Waar blijf je?
Hij krabt over zijn bol. Wat heeft hij gemist? Hij leest het vorige bericht nog eens door en plots dringt het tot hem door: over twee dagen is vandaag!

Alsof hij nooit weg is geweest, zit Arie in zijn luie stoel voor het raam. Voor hem staan twee borrelglazen tot de rand toe gevuld. Met een brede grijns steekt hij zijn arm uit.
‘Waar bleef je nou? De helft is al verdampt.’
Joop grijpt de uitgestoken hand van Arie stevig vast. ‘Kerel, ik heb je gemist. Je ziet er puik uit. Sorry dat ik niet ...’
‘Nee, joh, ik weet toch dat jij en ziekenhuizen niet samengaan. Kom, ga zitten.’
Joop laat zich zakken in de stoel tegenover Arie en kijkt naar de gevulde glaasjes.
‘Mag je deze wel weer nuttigen?’
‘Waarschijnlijk niet, maar een jaar langer leven is ook duur, nietwaar?’
Zwijgend genieten ze van de eerste slok.
‘Zo, dan hoor ik nu graag wat je zoal uitgespookt hebt in mijn afwezigheid.’

 

Lid sinds

4 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker

Dag Fief, 

Bedankt voor je verhaal. Ik vind het een goed geschreven verhaal, chapeau. Een aantal kleine suggesties heb ik nog wel.

Van de zin “De plotselinge… zich realiseert” zou ik een directe gedachte maken. Ik ben benieuwd in wat voor woorden deze gedachte tot uitdrukking komt. Dat geeft kleur aan het personage. 

Ik zou het gebruik van de puntkomma’s heroverwegen. Waar is het echt nodig, waar zou je gebruik kunnen maken van een dubbele punt of een komma? 

Tot slot zou ik nog even kijken naar het einde. Ik vind het een sterk verhaal, eigenlijk zijn alle ingrediënten voor een goede tekst aanwezig. Het einde stelt me toch een beetje teleur. Een verhaal hoeft natuurlijk niet altijd met een plottwist of veel bombarie te eindigen, maar misschien heb je nog andere ideeën voor een goed einde (ik heb het hier alleen over de laatste zin, de passage over het algemeen vind ik wel sterk).

Ik hoop dat je er iets aan hebt!

Lid sinds

3 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Nieuw hoofdstuk voor je feuilleton?
Lekker gemoedelijk verhaaltje, goed geschreven, maar ik mis toch een beetje een fijne uitsmijter. Maar goed, het is een verhaal met een kop en een staart, dus het voldoet zeker aan de opdracht.

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Haha Musonius, wie weet, maar vooralsnog vond ik het gewoon leuk Joop en Arie nog iets te laten doen. Ik ben het helemaal met je eens, de uitsmijter had beter gekund. Het is nu wat het is: een verhaal met een begin, een midden en een einde. Maar, uh ... dat hoort elk verhaal toch te hebben? Het zal de warmte zijn. Hopelijk voor komende week weer eens een opdracht waar we onze tanden in kunnen zetten.