Lid sinds

13 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#450 De buurvrouw

 

Wekenlang was het me gelukt. Ik wachtte voor het raam tot haar auto van de parkeerplaats reed. Dan pas ging ik de deur uit.

Ik voerde lange gesprekken met mijn psychiater. Niet dat het hielp. Ik bleef doodsbang voor de tandarts én voor mijn buurvrouw. Ondanks de karrenvrachten antipsychotica in mijn lijf. 

Dat van de tandarts was logisch. De smoelensmid uit mijn jeugd was een sadist geweest. Hij deed wortelkanaalbehandelingen daar waar geen konijn een wortel kon vinden.

De buurvrouw voor wie ik een angststoornis had ontwikkeld was een ander geval. Anneke was in de veertig en woonde sinds kort in de flat naast mij. 
Heel even had ik haar van prostitutie verdacht. Ze had immers altijd bezoek. Herenbezoek. 

Maar ze reed in een oude Suzuki Alto en daar kwamen nooit tassen van de Designers Outlet in Roermond uit. Eerder van de Kledingbank of het Leger Des Heils. Ze droeg altijd saaie witte kleding en tijdens Corona liet ze een keer de kofferbak zo lang open staan dat ik er stapels mondkapjes in zag liggen. Ook al wit. Niet logisch dus dat ze een callgirl was.

De rillingen liepen over mijn rug toen er op 3 juli werd aangebeld en ik door de deurspion recht in haar groene ogen keek. "Momentje", riep ik en ik gooide nog snel twee pillen door mijn keel. Toen deed ik open.

"Gefeliciteerd buuf", zei ze. Ik pakte de enveloppe aan maar liet haar niet binnen. "Lekker lenteweertje", probeerde ze nog. Ik mompelde een dankjewel en dat de lente al 2 weken voorbij was en deed de deur dicht.

Dacht ik.

Na nog twee pillen maakte ik de enveloppe open. Er zat een kaart in die als je hem openvouwde een liedje afspeelde. 

"Het is altijd lente in de ogen van de tandartsassistente."

Toen hoorde ik een boormachine en haar gegrinnik....