#415 Vrienden
‘Het is toch niet te geloven?’ Mark slaat zijn handen voor zijn ogen en begint te huilen. Ik schuif de doos tissues naar hem toe en schenk water uit de karaf in een glas.
‘Alsjeblieft,’ zeg ik en zet het glas voor hem neer. Hij snottert en neemt een slok. ‘Haal rustig adem, dat helpt.’ Dit is de eerste keer in dertig jaar dat ik hem zie huilen.
‘Heeft ze… heeft Marieke jou… ik weet dat ik het niet mag vragen, maar…’ zegt Mark met bibberende stem.
‘Of ze mij erover heeft verteld, bedoel je?’ Mark knikt en kijkt mij verwachtingsvol aan. Ik blijf even stil en schud dan zacht mijn hoofd. ‘Het spijt me, je weet dat ik je dat niet mag vertellen.’ Zijn mondhoeken zakken nog wat verder naar beneden. Hij zucht diep.
‘Jij bent de enige met wie ik hierover kan praten. Omdat… nou ja, we zijn al zolang bevriend. En het is je vak.’ Ik knik. Zo vaak hebben we niet gepraat. Bijna nooit eigenlijk. Mark haalt diep adem, verstrengelt zijn vingers en leunt voorover. Schuin omhoog kijkt hij me aan. ‘Dit was niet de eerste keer.’ Mijn adem stokt even.
‘Niet? Hoe weet je dat?’
‘Dat heeft ze mij verteld. Gisteravond. We hadden ruzie.’
‘Oké… heeft ze gezegd met wie? Wanneer?’ Dit moet ik niet vragen, ik kan het niet helpen.
‘Was dat maar waar. Dan had ik het jou niet hoeven vragen.’ Ik knik en sta dan op.
‘Even de karaf vullen,’ zeg ik. Het geeft mij een moment om mijzelf te herpakken en na te denken. ‘Ziezo,’ zeg ik als ik onze glazen opnieuw inschenk. Ik ga zitten en vouw mijn handen onder mijn kin. ‘Mark, wat vervelend voor je. Ik mag je niets vertellen over wat Marieke met mij deelt. Beroepsgeheim. Maar…’ Het hoofd van Mark schiet omhoog. ‘Nou ja, ik bedoel… zo onschuldig was jij vroeger ook niet.’ Hij fronst.
‘Wat heeft dat er nou mee te maken?’
‘Niets, niets, behalve… iedereen slaat wel eens de plank mis, jij ook. Soms mag het verleden blijven rusten. Oude koeien uit de sloot halen helpt niet altijd.’ Mark kijkt mij ongelovig aan en lacht schamper. Ik voel een zweetdruppeltje loskomen bij mijn haargrens en een weg naar beneden zoeken.
‘Meen je dat echt?’ vraagt hij. Ik knik. ‘Jij verdient je brood met andermans oude koeien!’ Abrupt staat hij op en pakt zijn jas. In de deuropening keert hij zich naar mij toe. ‘Mooie vriend ben je,’ zegt hij schamper. Mark verlaat mijn spreekkamer en slaat de deur hard achter zich dicht.
‘Je moet eens weten hoe mooi,’ prevel ik richting de dichte deur terwijl ik het zweet van mijn voorhoofd veeg.
Dag ManMetPen, Bedankt…
Lid sinds
4 jaar 8 maandenRol
Dag ManMetPen,
Bedankt voor je inzending. In je verhaal is de spanning goed te proeven. Ik als lezer wil graag weten hoe het verhaal verder gaat, dus dat doe je erg goed. Ik heb ook een aantal kritiekpunten en tips voor je.
Ten eerste mag je wat mij betreft iets meer beschrijven tussen de dialoogzinnen door. Misschien zijn een aantal dialoogzinnen zelfs wel te vervangen door non-verbale communicatie te gebruiken, en is dit sterker dan het uitspreken van bepaalde zinnen.
Daarnaast vind ik dat je aan de ene kant de therapeut realistisch neerzet, door de therapeut bijvoorbeeld de karaf te laten vullen om even tot zichzelf te komen, maar de zin die daarna komt doet daar dan weer afbreuk aan. Te veel tell voor mijn smaak.
Aan de andere kant vind ik de therapeut ook onrealistisch beschreven. In de laatste passage begint de therapeut kinderachtig gedrag te vertonen, terwijl de hoofdpersoon eerder nog zo op zijn principes stond. Het is niet geloofwaardig dat een therapeut opeens begint over de oude koeien, ook al zijn het (blijkbaar niet erg goede) vrienden.
Ook vind ik dat er erg vaak wordt benadrukt dat er een beroepsgeheim is, terwijl dit met één keer vermelden al voldoende is voor de lezer.
Het einde vind ik verwarrend, ik vraag me af wat hier nou precies gebeurt. Er is veel onderlinge frustratie en woede maar het komt niet tot een echte confrontatie. Dat voelt voor mij als een anticlimax.
Groetjes,
Anna
Hoi ManMetPen, op zich een…
Lid sinds
5 jaar 8 maandenRol
Hoi ManMetPen, op zich een leuk verhaal. De vele dialogen vind ik zelf niet zo fijn lezen, zeker met de labels "zeg ik" erna. Dat iemand het zegt, blijkt wel uit de ah-tekens. Dat hoef je dus niet steeds te noemen. Er wordt ook veel geknikt.
ManMetPen, Venijnig…
Lid sinds
8 jaar 2 maandenRol
ManMetPen,
Venijnig inkijkje in een scheve kromme non-relatie. Het machtsspel schemert er mooi subtiel doorheen.
Het verhaal leest lekkerder wanneer je de conventie volgt voor dialogen: bij een nieuwe spreker (lichaamstaal telt ook) op een nieuwe regel beginnen.
Bijvoorbeeld:
‘Het is toch niet te geloven?’ Mark slaat zijn handen voor zijn ogen en begint te huilen.
Ik schuif de doos tissues naar hem toe en schenk water uit de karaf in een glas. ‘Alsjeblieft,’ zeg ik en zet het glas voor hem neer.
Hij snottert en neemt een slok.
‘Haal rustig adem, dat helpt.’ Dit is de eerste keer in dertig jaar dat ik hem zie huilen.
‘Heeft ze… heeft Marieke jou… ik weet dat ik het niet mag vragen, maar…’ zegt Mark met bibberende stem.
‘Of ze mij erover heeft verteld, bedoel je?’
Mark knikt en kijkt mij verwachtingsvol aan.
Ik blijf even stil en schud dan zacht mijn hoofd. ‘Het spijt me, je weet dat ik je dat niet mag vertellen.’
Zijn mondhoeken zakken nog wat verder naar beneden. Hij zucht diep.
Kleiner bier: zakken is altijd naar beneden.
Dank dank, leuk en…
Lid sinds
3 jaar 11 maandenRol
Dank dank, leuk en inhoudelijk zinnig commentaar! @Kruidnagel, 'lichaamstaal telt ook' is voor mij een nieuwe én een logische. Leuk om aan de hand van tussendoor-schrijfsels nieuwe inzichten op te doen!