Lid sinds

2 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#385 De hunkering

drijft ze onbegrensd door vreemde straten
gezellig druk terras geeft nieuwe hoop
tassen dure spullen vullen gaten
principes doen ze in de uitverkoop

corona hield voor lang de mensen binnen
iedereen verveelde zich daar dood
wie verdraagt nog tijd om te bezinnen
verlangen maakt de kleine dingen groot

jouw handen wil ik steeds onder mijn kleren
voorlopig kan ik dat helaas vergeten
het heerlijk huid-op-huid moet ik ontberen
zolang we anderhalve meter meten

tot mijn verdriet, maar zij is blij
want vreemdgaan is er nu niet bij
 

Lid sinds

12 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Mespunt, alsof je dwars over golfplaten rijdt, zo'n regelmatige cadans. Mooi gerijmd en het leest als een trein. En ook nog eens een leuk verhaal, met een humoristisch eind. Naar mijn idee perfect.

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Mespunt, een mooi gedicht, in die zin graag gelezen. Ik haal er niet de opdracht uit.

jouw handen wil ik onder al mijn kleren --> het woordje al vind ik storend in de zin. Als je vind dat er toch zoveel woorden in deze zin moeten, zou ik eerder zeggen: jouw handen wil ik weer onder mijn kleren. 

Lid sinds

2 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Dat is wel een heel groot compliment Dos, dankjewel.

Bedankt voor je reactie Fief. De commentator staat in Antwerpen in de eerste strofe. Daarna gaan de gedachten los over wat het smachten naar het verbodene met mensen doet en in de derde strofe met de ik-persoon in het bijzonder. Ik weet dat in de opdracht staat dat het een verhaal moet zijn, maar een gedicht vind ik ook een verhaal. Mocht je deze uitleg wat vergezocht vinden dan heb ik daar helemaal niets tegenin te brengen. Ik vond het een moeilijke opdracht en heb uiteindelijk gewoon maar wat plezier gemaakt. Met jouw opmerking over 'al' ben ik het wel eens, maar 'weer' geeft echt een andere betekenis. Ik heb er iets anders van gemaakt en gelijk nog een paar andere kleine aanpassingen gedaan.

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Mespunt, een gedicht is prima als invulling van de opdracht, top gedaan, maar het moest over etenstijd gaan en dat haal ik er niet uit. Corona voert de boventoon. 

steeds is een goede vervanging van al. Helemaal mee eens.

Lid sinds

2 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ik was te laat Fief, dit is nog de vorige opdracht over de coronavluchtelingen in Antwerpen. Over etenstijd moet ik me nog gaan buigen.

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Dan een excuus van mijn kant. Ik heb het nummer voor de titel gewoon niet gezien. Ik kijk uit naar je inzending voor 386.

Lid sinds

2 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi mespunt, 

Steile leercurve wat betreft het dichten, vind ik. Vele malen beter dan je eerste poging hier. Ik vraag me af of je dat zelf ook zo ervaart en voor mij nog interessanter: heb je ook een andere aanpak gehanteerd? 

De kern van dit verhaal lag er m.i. al langer, dus ik vraag me af of je het volgens het advies van Musonius hebt aangepakt. Eerst hoofdlijnen van wat je wil zeggen en dan pas kijken of daar rijmen inzitten. (misschien is die korte samenvatting niet helemaal correct hoor)

Ik heb het zelf geprobeerd, maar ik merk dat als ik dat zo doe, dat ik niet tot de cadans en rijm kom, die jij hier krijgt, dat lukt mij alleen (maar niet per se zo goed als jou hoor) als ik in mijn hoofd rijm, zonder duidelijke zinnen of betekenissen die er op voorhand moeten inzitten. Ma.w. ik ben heel benieuwd hoe je het gedaan hebt!

Lid sinds

2 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Dankjewel Annabe, dat vind ik natuurlijk leuk om te lezen. Zelf heb ik ook het idee dat ik spelenderwijs vooruitgang boek en dat het steeds iets gemakkelijker en beter gaat.

De vraag naar het hoe laat zich lastig in een paar zinnen beantwoorden. Wat helpt is denk ik dat ik de laatste tijd vrij veel theorie gelezen, zoals dit boekmeerdere websites en natuurlijk de opmerkingen van Musonius. Toen ik aan dit gedicht begon nam ik me voor in eerste instantie alles los te laten en weer vanuit mijn gevoel te beginnen. Anders dan bij mijn vorige poging, waarbij ik probeerde om het meteen ‘goed’ te doen. Door het lezen van de theorie snap ik natuurlijk wel iets beter hoe het werkt, waardoor het dichten ‘automatisch’ gemakkelijker gaat. Ik zie ook sneller wat er niet goed gaat en hoe ik dat kan oplossen.

Jouw vermoeden dat de basis voor dit gedicht al veel eerder is gelegd is juist. Overigens ben ik wel benieuwd waarom jij dat dacht. Het idee dat de coronamaatregelen het voor overspelige lieden tot barre tijden maken leek me al veel langer een leuk thema om iets mee te doen. Deze opdracht sprak me niet onmiddellijk aan, maar het leek me niet onhaalbaar om dit thema naar de opdracht toe te schrijven en zo vond ik toch wat motivatie. Jammer genoeg stond in de opdracht dat het een verhaal moest zijn, want als clou leek het mij beter bij een gedicht te passen. Daardoor aarzelde ik om te beginnen.

Gedurende de week ontstond in mijn hoofd evengoed de opbouw van het gedicht en schreef ik alvast wat ideeën, beelden en dichtregels op, waarvan ‘verlangen maakt de kleine dingen groot’ er voor mij uitsprong. Deze regel beschrijft voor mij de kern van de coronamoeheid, knoopt mijn thema en de opdracht aan elkaar en ik herkende er gelijk een jambische pentameter in. Toen ik begon zette ik deze regel dan ook centraal.

Daarna ben ik begonnen aan de clou. Twee regels leken me voldoende. Ik keek wat rond op deze website en vond daar min of meer per toeval het Shakespeariaans sonnet met tweeregelige conclusie en besloot dat maar eens te gaan proberen. De laatste regel stond vrij snel. Aan de voorlaatste heb ik later nog geknutseld. Daarna ben ik de rest van het gedicht per strofe gaan uitwerken. Dat er steeds maar twee regels hoefden te rijmen maakte dat iets gemakkelijker dan bij mijn vorige gedicht. Ik gebruikte deels de regels die ik eerder al had genoteerd en probeerde daar dan een bruikbare rijm bij te bedenken. Als dat niet lukte probeerde ik juist eerst iets voor de andere regel te verzinnen en vanaf de andere kant te werken. Zo puzzelde ik wat heen en weer. Daarbij werkte ik wel meteen zoveel mogelijk binnen een jambische structuur, maar de regels die ontstonden waren niet gelijk allemaal even lang. Eerst stoorde me dat niet zo, maar later voelde het toch onaf en heb ik alsnog wijzigingen aangebracht om de structuur van de jambische pentameter zo goed mogelijk te volgen. Eigenlijk deed ik dat vooral omdat ik het een goede oefening vond, maar later bleek het gedicht er ook echt van opgeknapt. Daarmee werd het een bewuste keuze om de pentameters los te laten in de conclusie. Naar mijn idee geeft dat het einde van het gedicht meer vaart en ondersteunt dat het grappige effect van de clou.

Wat ik lastig blijf vinden is bepalen waar ik moet stoppen. Ik zie nog steeds dingen waarvan ik denk dat ze beter kunnen, maar acht mezelf op het moment niet meer zo goed in staat om te zien wat een verbetering is en wat niet. Misschien is dat een kwestie van tijd.

Een lang verhaal, maar ik hoop dat je er iets aan hebt.

Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ha Mespunt, knap gedaan! Vooral de zin: zolang we anderhalve meter meten. Het is goed te zien dat je er veel tijd en energie in hebt gestopt. Ik vind het resultaat heel mooi en heb het graag gelezen.

Lid sinds

2 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Bedankt mespunt voor je heldere uitleg! Dat laat zich inderdaad niet in een paar zinnen samenvatten. Je hebt er serieus werk van gemaakt. Van je gedicht en van je uitleg, wat ik erg apprecieer! Ik wil je vraag waarom ik dat dacht best beantwoorden, maar ik weet niet of dit de juiste plek is daarvoor.

Hoe dan ook, ik heb weer een poging gewaagd voor een gedicht, niet om hier te zetten, maar voor mezelf en het rijm lijk ik er maar moeilijk in te krijgen, misschien moet ik ook maar eens wat theorie lezen (daar moet ik wel voor vechten tegen een interne weerstand.) Ik had nog nooit van een online bib gehoord, vraag me af of wij dat ook hebben in Vlaanderen.