Lid sinds

7 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

# 382 – Vervlogen

Hoe kan iets vluchtigs als geluid, iets luchtigs als muziek, zoveel kracht hebben, en iets zwaars als zijn lichaamspijn moeiteloos verslaan? Als de staande ovatie is weggestorven en hij zijn jas uit de garderobe heeft opgediept, loopt hij langzaam Vredenburg uit. Om hem heen branden de namen van de kroegen en de tapasbars.
'Peter!'
Hij draait zich om en ziet een vrouw die hem recht aankijkt. 'Sorry, maar hoe heet je ook alweer?'
'Ik ben Thera!' Ze lijkt hem zijn botheid niet kwalijk te nemen.
'Wat leuk! Hoe gaat het?' Niet eens raar dat ze hier opduikt, tijdens een concertserie over nota bene de Psalmen. Als kind al had hij zich vaak verwonderd over haar mengelmoes van leerstelligheid en cultuurliefde. 'Heb je tijd voor een drankje?' vraagt hij dan ook.

Meteen is het eigenlijk weer als vanouds, hoewel ze na veertig jaar pas samen in een café zitten. 'Ik dacht vroeger altijd dat de duivel daar woonde,' grapt hij. Hun natuurlijke habitat was destijds de kerk. 'Geloof jij nou nog in God?' gooit hij meteen maar de knuppel in het hoenderhok.
Ze neemt een slok van haar Merlot en denkt na. 'Mijn broer is homo,' zegt ze. 'Hij voelt zich er niet meer thuis, maar ik heb er zoveel liefde ervaren. Jij dan?'
'Ik pas nog net binnen de kaders,' zegt hij. 'Het was altijd een deel van mijn ritme. Maar of er een goede God is... soms geloof ik dat. Er is zo veel moois.'
'Een mosterdzaadje geloof is al genoeg, weet je nog?' Ze glimlacht hem bijna het wereldje binnen en lijkt gerustgesteld.
'Vandaag geloof ik vooral even in muziek,' antwoordt hij.

***

Ze waren naar huis gegaan, zijn huis in de stad en hadden nagekaart tot de zon opkwam en ze samen halfnaakt keken naar de rode strepen in de ochtendlucht, met zijn armen om haar middel en de gekmakende geuren van koffie en brood. Op de achtergrond klonk het Ave Maria van Bach. Het was al bijna Kerst.
'Jij bent echt veranderd,' zei hij toen ze tegen hem aan kroop.
Nog altijd tintelde zijn streling op haar been als ze eraan terugdacht. 'Jij was als kind al zo'n denker,' antwoordde ze. 'Je nam nooit zomaar iets aan. Dat vond ik inspirerend.'
'Dat liet je anders nooit merken,' zei hij.
'Dat laat ik je nú toch merken?'
Pas die ochtend vertelde hij over de slopende ziekte en besloot ze te blijven.

Meer dan duizend keer had ze die dagboekherinneringen geliefkoosd tijdens haar dagelijkse wandelingen over het kerkhof. Eeuwig als muziek is het leven. Ze kust de woorden op zijn grafsteen en huilt om zijn sterfdag.

Lid sinds

3 jaar 3 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ha Kruidnagel, wat een mooi, gevoelig en levendig geschreven verhaal. Het doet me onwillekeurig denken aan mijn versie van een geloofsgesprek en wat je daar over zei. Dit is duidelijk levendiger, het mijne wat meer onderkoeld, met meer ongezegde dingen. Het enige wat ik niet helemaal kan rijmen is, dat het in het begin geschreven is vanuit de man, maar later blijken het de herinneringen van de vrouw te zijn, toch? Kan ze zich dan dingen herinneren die hij dacht? Of begrijp ik het verkeerd?

Lid sinds

7 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi MF, bedankt! Ik snap dat je de link legt met jouw verhaal – dat zette me ook aan het denken. Ik probeer lezertjes helemaal mee te krijgen in Peters leven zoals Thera aan hem terugdenkt, met het risico dat het misschien niet werkt. Mijn verklaring was dat Peter dit verhaal over hun eerste grotemensenontmoeting nog vaak aan haar verteld heeft vanuit zijn standpunt.

Edit: voor de rondte heb ik er een dagboek bijgeschreven.

Lid sinds

3 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoewel ik verhaal erg mooi vind, zowel thematisch als geschreven, herken ik de opdracht er niet in terug.
Duidelijk gaat het weer over conservatief christendom. Homoseksualiteit is in doorsnee protestantse kerken geen probleem. Ik ken ook homoseksuele predikanten.

Lid sinds

7 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Dank je voor het lezen en reageren, en je compliment, Musonius. Een opdracht als deze smeekte wel een beetje om minstens enkele inzendingen over het conservatieve christendom, zoals ik dat zelf ook heb meegekregen en om me heen heb. Pas sinds na mijn studietijd ben ik dat niet meer. Ik worstelde met de opdracht omdat ik toch nog wel in God geloof bij tijd en wijle en praktiseer. Homopredikanten zijn een relatief novum en binnen het historisch christendom natuurlijk zelfs een no go. Godzijdank is dat inmiddels anders, maar ik vermoed sterk dat de meeste homoseksuele gelovigen tegen Bijbelduidingen aanlopen, ook buiten behoudend kerkisme, en zelfs die groep kun je niet zomaar buitenspel parkeren, tot mijn spijt. Tenslotte ben ook ik, hoewel onderzoekend, ook pragmatisch en zal het me niet verbazen als er na de dood gewoon niets verhevens is, inzoverre dat de herinnering van geliefden me erg verheven lijkt. Ik herinner me nog altijd met veel liefde een te jong gestorven vriendin uit zeer religieuze hoek. Ik voel me wel altijd een beetje lopen met mijn geloof, maar mooi is het ook en ik hou er nu eenmaal vaak wel van (zoals ik ook van muziek en de wetenschap en de literatuur en de kerstboom hou).

De opdracht heb ik inderdaad lenig opgevat: ik had geen zin in een klucht, maar zoals ik achteraf zag aan jouw extra verhaal kon het ook serieuzer worden geschreven mét 'kennis' uit het hiernamaals. Ik had denk ik geen zin om een loopje te fantaseren met het romantische hiernamaalsbeeld van mijn ouders enzo. Komt misschien nog wel eens, als de trend zich voortzet.