Opdracht #325 - De uitvaart
The End!
In dezelfde ruimte waar ik uit mijn plaat ging, omdat er koffie met cake geserveerd werd in plaats van de bedoelde borrel, staat de kist. Ze veronderstellen dat de intieme setting in deze ruimte een dito lading afdwingt. Bij jou was de setting niet zoals anno 2020 noodgedwongen besloten, maar zelfverkozen. Je had meer dan vandaag toegestaan kunnen binnenlaten. De animo om jou te herdenken was net als het vermogen van je te houden. Groter dan je ooit voor mogelijk hebt gehouden. Het bleef bij minder dan nu toegestaan. Ingegeven door zowel jouw keuze, als bijpassend taboe.
Mijn verdediging ervan leidde tot onbegrip in mijn omgeving. Hetgeen er wel over werd besproken was voor mij juist onbegrijpelijk. Hoe er achter mijn rug om over werd gepraat nog pijnlijker. Een decennium naar binnen gekeerd verstreek. Hij liet me inzien dat mijn verdediging weliswaar liefdevol naar jou was, maar mezelf in een onzichtbaar gevang had opgesloten. Mijn liefde voor jou ging niet samen met zien wat jouw keuze ook was. Jij die mij in de steek liet. Jij die mij medeplichtig maakte. Jij die mijn onbevangenheid, mijn dromen en mijn vermogen tot liefhebben met je meenam. Jij die mij met schuld achterliet.
Nu zit hij daar. In de rol die ik destijds had. Hij die mij de sleutel tot mijn diepste wezen aanreikte en ook uit mijn leven verdween. Hij koos niet. Althans, niet voor mij. Net als jij. Zijn pijn komt niet voort uit een keuze, maar uit natuurlijk verloop.
Vandaag kies ik. Inmiddels alcoholvrij, dus een heerlijk bakje uit eigen koffiemachine. In mijn eigen bank kijk ik naar de kist op mijn oversized televisiescherm. Ik zie hem.
Ik hoef niet te spreken, ik hoef mijn oerhuil niet binnen te houden, ik hoef mijn plots opkomende neiging tegen de kist aan te trappen niet te onderdrukken, ik hoef me niet groot te houden voor hen die de persoon in de kist liefhadden en wel welkom zijn te herdenken binnen die setting.
Twaalf jaar verder trek ik je ring van mijn vinger, smijt hem naar je foto, trap van me af tot ik pijn voel en jank tot ik onzichtbaar wil blijven.
Als ik mijn ogen opendoe zie ik de foto van mijn man en kind.
Ik zet jouw nummer in mijn huiskamer harder dan ze in ‘jouw koffiekamer’ bij hem doen.
The Doors open!