Lid sinds

4 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

#317 - Het laatste avondmaal

 

Twijfel heeft hij nooit gekend. Wilde hij als kind een snoepje, dan graaide hij met gestrekte tenen de snoeppot uit de keukenkast. Wilde hij als tiener vechten, dan liep hij het schoolplein op en zocht het sukkeltje uit dat het snelst zou happen op zijn treiterijen. Wilde hij als jongvolwassene even het hoofd leegmaken na een lange geestdodende dag op kantoor, dan pakte hij de naïeve, dromerig meisjes die langs de kant van de highway stonden met een uitstulpende rugzak en een duim in de lucht. Nog geen uurtje later, wanneer hij zijn handen waste onder een koele kraanwaterstraal, voelde hij zich dan weer zo fris als een hoentje. 

Twijfelen is ook een keuze, dat was zijn adagium.

Zometeen komen ze naar mijn keuze vragen, denkt hij terwijl hij op zijn duimnagel kauwt, zittend op een hard matras in een muffe cel. Eigenlijk is het onmenselijk: alles wordt voor je bepaald als de politie je eenmaal in de boeien heeft geslagen. Je slaapplek, je leesvoer, visite. Zelfs wanneer je in de hemel terecht komt - de hel volgens nabestaanden. En dan, de laatste dag van je leven, je hebt je verzoend met alle beperkingen, gaat de routine waarderen, is het BAM, zeg maar wat je wilt eten. Uit alles mag je kiezen. Je hebt decennia niet mogen plassen zonder toestemming, wachtend op het spuitje dat pas komt als men van hogeraf zegt dat jouw tijd gekomen is, en ineens krijg je een carte blanche.

Dame blanche - dat is ook wel lekker. Maar smaakt dat wel bij kaviaar? Wil ik eigenlijk wel kaviaar, of doe ik dat voor de bühne? Wil ik niet liever wat mama vroeger op tafel zette? Nee, dan heb ik een lege maag - mama lag altijd boven met een of andere vent te krikken.

Ik... ik twijfel.

Het besef. De pijn die volgt. Hij barst in huilen uit. Zijn hele leven heeft hij weinig nagedacht, is hij recht op zijn doelen afgegaan, maar op de laatste middag voor zijn dood pleegt hij verraad aan zichzelf.

 

Lid sinds

5 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Wow Martijn, goed verhaal! 
Ik struikel alleen over de eerste zin. Hij heeft nooit lang nagedacht. Ik kan er de vinger niet opleggen, maar ik vind het als openingszin niet sterk. Op de een of andere manier strookt het niet met de zinnen die erna komen. Een van de laatste zinnen zegt het beter: Hij is altijd recht op zijn doel afgegaan. Wellicht is dat een betere openingszin. 
Maar verder heb ik niets te zeuren. Graag gelezen. 

 


 

Lid sinds

12 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
  • Stagiair
  • Redacteur
  • Uitgever

Hallo Martijn, mooi Amerikaans dodencel-verhaal met wat mij betreft een fraaie tegeltjeswijsheid: twijfelen is ook een keuze. Wat betreft de invoelbaarheid met de dader: je introduceert terloops de moeder die 'boven ligt te krikken' als verzachtende omstandigheid. Dat werkt wat mij betreft. Maar vlak daarvoor als het om het eten gaat, 'laat zijn geheugen hem in de steek'. Misschien is het beter als hij dat allemaal juist wel haarscherp weet. Het trauma in zijn geheugen gegrift. 

Lid sinds

4 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Als antwoord op door Fief

Hoi Fief,

Sowieso heb je niets te zeuren, ik ben altijd weer blij met je feedback! Die eerste zin kwam eigenlijk nog ergens anders terug in mijn verhaal, maar op die plek heb ik hem geschrapt. Waarschijnlijk vandaar dat hij er nu naar jouw smaak een beetje bijhangt. Ik kijk er nog eens naar.