#272 Aether
Hij, die zichzelf Memento noemt, gaat me voor naar de plek waar ik haar ga terugzien. Ik moet zeggen dat ik sceptisch was, maar mijn hart schreeuwde hem te geloven.
Ik was nog jong toen ik haar leerde kennen maar mijn herinneringen zijn nooit vervaagd. Onze ontmoeting was als uit een film gestolen. Ze stapte met een glimlach van oor tot oor het café binnen waar ik werkte. De sfeer veranderde merkbaar en, het klinkt wat cliché, het leek alsof iedereen op slag vrolijker was.
Ze ging zitten aan het tafeltje in de hoek en ik liep naar haar toe om haar bestelling op te nemen. “Wat mag het zijn voor mevrouw?”
“Ik wacht nog even op mijn date, dank je.”
Die uitspraak maakte me vreemd genoeg neerslachtig en ik knikte.
Het werd druk in het café en mijn focus werd verlegd naar de andere klanten. Ongeveer een uur later, net voor het einde van mijn dienst, zat ze daar nog steeds alleen, ogen terneergeslagen. Met een glas rode wijn op mijn dienblad liep ik naar haar toe.
“Van het huis.”
We raakten aan de praat en al snel zat ze niet meer alleen in cafeetjes.
Ik zie haar nog steeds liggen, vier jaar na onze ontmoeting, roerloos in het appartement waar we woonden. Mijn hart stopte maar gelukkig was ik helder genoeg om direct een ambulance te bellen. Een TIA, op vijfentwintigjarige leeftijd.
In het ziekenhuis aangekomen was ze bij bewustzijn en lichtelijk reactief. Ik heb haar nog kunnen zeggen dat ik van haar hield. Of ze ook besefte wie ik was en wat dat eigenlijk betekende, weet ik tot op de dag van vandaag nog steeds niet.
Ze stief in mijn armen.
Memento stopt voor een doorgang afgeschermd met roodsatijnen gordijnen. Hij kijkt me aan en zegt met een diepe bulderende stem: “Hier is het.” En weg is hij.
Ik schuif één van de gordijnen open en word verwelkomd door een overweldigend fel, wit licht. Ik stap naar binnen in een ruimte waar niets lijkt te zijn.
Een flits en daar staat ze. Alsof de tijd heeft stilgestaan en ik weer twintiger ben. Ze kijkt me aan en ik zie tranen glinsteren in haar ogen. Ze omhelst en kust me. “Ik wil je zo veel vragen”, fluister ik. “Daar hebben we alle tijd voor, mijn liefste”, antwoordt ze.
Ik voel iets op haar rug en voor ik het doorheb vliegen we, de tijd tegemoet.
Mooi beschreven. Samen naar
Lid sinds
5 jaar 8 maandenRol
Hoi Rik, Mooi geschreven: 'We
Lid sinds
7 jaar 8 maandenRol