Opdracht #256 – Kampvuur
Ik weet dat ik dit veel te laat post, maar aangezien ik het toch had geschreven, post ik het voor degenen die het nog willen lezen.
--------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------------
Het begon te schemeren, met een hoopje takken in haar armen snelwandelde Elise naar de open plek in het bos. Ze dacht: In het donker alleen achterblijven midden in het bos? Nee bedankt! Even later zag ze de rand van het bos en toen Hannah, die lege bakken bier uit de auto aan het sjouwen was om ze daarna als zitjes rond een nog onbestaand kampvuur te plaatsen. Haar korte gele rok accentueerde de mooie rondingen van haar derrière. De gele franjes onder aan haar rok aaiden haar bovenbenen bij elke stap die ze zette. Dankzij de wind werden haar sleutelbeenderen en ontblootte schouders gestreeld door haar lange bruine haren. Elise realiseerde dat ze stilstond. Ze schudde haar hoofd, het hielp enigszins om zich te focussen. Ze stapte verder naar de bierbakken en begon daar alle verzamelde takken in een kleine tipi-vorm te stapelen.
Het vuur knetterde, de gele vlammen likten aan de hoger gelegen takken, en het getjirp van de krekels vormde een muur van geluid om hen heen. Elise voelde zich niet op haar gemak, ze voelde rondom zich de duisternis staren. Om zichzelf zoveel mogelijk te bedaren, fixeerde ze haar blik volledig op de vlammen en op het lachende gezicht van Hannah die aan de andere kant van het vuur stond.
"Weet je wat de bijnaam is van dit bos?" Hannahs lach leek ontdeugend. Elise vermoedde dat ze het antwoord liever niet zou weten, maar hoe kon ze ooit Hannahs enthousiasme afwijzen. Nee, dat kon ze niet. "Geen idee." Antwoordde ze met een gespeelde interesse.
Hannahs grijns verbreedde toen ze begon te vertellen. "Dit bos heet 'het Stille Bloedzuigerbos'." Als eerste reactie controleerde Elise de voor- en achterkant van haar armen en benen. Ze hoopte vurig dat geen van die enge beesten zich aan haar hadden geklampt. "Wees gerust, er zit niets op jou." Na haar eigen inspectie en met Hannahs bevestiging, relaxte Elise terug een beetje. "Nee, oude legendes over dit bos spreken over een nest vampieren die hier gesetteld waren." Hoewel Elise het nog steeds eng vond, was ze opgelucht dat de mooie brunette de mythische toer op ging, dat was tenminste minder akelig dan reële wezens zoals slangen of beren, of van die gruwelijke verhalen over serie moordenaars. "'Overdag leven ze in duistere hoeken en diepe holen tot de nacht valt. Dan komen ze naar buiten, op zoek naar een warmbloedige prooi." Ze vertelde het verhaal vol passie en intonatie. Zo bewoog zich heen en weer achter de vlammen. Waarschijnlijk wou ze het hele verhaal enger maken door de schaduw en het licht van de vlammen over haar gezicht te laten spelen. Maar Elise vond alleen dat het licht van het vuur haar neusje nog schattiger maakte en haar ogen nog sexier deed lijken. "De legendes waarschuwen iedereen om dit bos te vermijden wanneer de zon ondergaat en waarschuwen voor 'De Tocht van de Stilte'. Er wordt gezegd dat waar deze bloedzuigers rondwandelen door het bos stilte heerst, zelfs de krekels durven niet te tjirpen. Er bestaat zelfs een oud lokaal gedicht om de mensen te waarschuwen." Toen stond Hannah stil, met een soort plechtige serieusheid op haar gelaat.
"Oh kinneke keert weder naar huize
Als ons zonneke slapen gaat
Als 't donker is en geen geruize
Is 't de tijd van 't kwaad
Oh vrouwe lief, maakt u uit de voeten
Als 't lieke van de krekels is vergaan
Wat iere leeft, wilt ge niet ontmoeten
Dan is 't voor u gedaan"
Hannah leek op te gaan in het gedicht, alsof ze het gedicht op een formele bijeenkomst aan het voordragen was. Elise moest erom lachen waardoor Hannah uit haar trance kwam en mee lachte.
De twee bleven daar nog een uurtje praten en lachen. Toen suggereerde Elise dat ze beter zouden vertrekken omdat het al laat was. Ze was nog lang niet moe en alleen zijn met Hannah was hemels, maar toch kon ze de akeligheid van de omgeving niet van zich afzetten. Hannah ging akkoord, ze zetten samen de bierbakken terug in de koffer. "Daar een beetje verder in die emmer staat water. " Hannah wees naar een metalen emmer die een eindje verder stond. "Ga jij daarmee het vuur uitdoen? Ik wil geen bosbrand op mijn geweten. Ik zoek ondertussen naar de autosleutels, ik heb ze bij het aankomen natuurlijk willekeurig in de auto gegooid en ik denk dat ze tussen de zetels zijn beland." Elise keek naar de emmer, ze had niet veel zin om richting het duister te wandelen, maar ze wou Hannah ook niet laten denken dat ze een aansteller was, dus ze liep richting de emmer.
Toen Elise net voor de emmer stond, hoorde ze het geluid van een startende automotor. Blij dat Hannah de sleutels zo snel had gevonden draaide ze zich om, net op tijd om de auto te zien wegrijden. Haar eerste reactie was achter de auto aan te hollen. Toen de auto de open plek verliet en het bos inreed, stopte Elise de achtervolging. Ze wou niet in het pikkedonker het bos inlopen. Wanneer Hannah merkt dat ze niet meer achterkwam, dan zou ze wel moeten terugkeren om haar op te komen halen. De auto was nog steeds hoorbaar maar nergens meer te zien. Elise wou bij het licht blijven, dus ze wandelde boos en vooral ontgoocheld terug naar het kampvuur. Wat voor een grap was dat? Had Hannah dan echt niet gemerkt dat ze zich ongemakkelijk voelde in dit donkere bos? Of had ze dat net wel gemerkt maar was haar humor zo extreem? Bij die laatste gedachte viel er een deel weg van Elises waardering voor Hannah. Ze stond terug aan het vuur, die ondertussen al veel kleiner en minder klaar was geworden. Ze concentreerde zich om het geluid van de automotor te horen, in de hoop dat die gauw terug luider zou worden. Maar het geluid van de auto was weg, het enige wat Elise nog kon horen was het licht geknetter van de laatste kleine vlammetjes die uit de stapel assen kwamen. Wacht! Haar hart sloeg een slag over toen ze realiseerde dat ook het krekelgeluid weg was.
Welkom Arael, Met veel
Lid sinds
16 jaar 5 maandenRol
Leuk verhaal! Ik heb een
Lid sinds
5 jaar 3 maandenRol