#251 – De wolf
De kleine pup rolt blij tussen de heidestruiken. De Veluwe wordt wakker en de dauw hangt over het heideveld. Vol verbazing kijkt de pup naar een spinnenweb vol glinsterende pareltjes. Voorzichtig duwt ze haar neus in het web, om de dikke kruisspin te pakken, maar tot haar schrik blijft het web aan haar snoetje hangen. Jankend wrijft ze met haar neus langs het gras, om het kleverige goedje te verwijderen. Maar dan springt haar broertje bovenop haar en ze rollen samen over de grond, waarbij hij speels in haar oren probeert te bijten. Handig wurmt ze zich los en zet het op een hollen, op de staart gezeten door de andere vier.
Het plezier is van korte duur, want moeder wolf vindt het genoeg. Streng maant ze de kleintjes tot kalmte. Ze wil graag op jacht, voor de toeristen het wild verjagen.
“Hup, terug naar het hol en wacht daar stil tot ik terug ben,” blaft ze zachtjes.
Teleurgesteld drentelt de kleine pup achter zijn broertjes en zusjes aan, terug naar het hol tussen de boomwortels. Af en toe blijft ze stilstaand bij een bloemetje, om een vliegje weg te jagen
.
‘En nu opschieten,” blaft moeder haar geërgerd toe. “Als jullie nog konijn willen, moet ik opschieten.”
De roedel jonge wolven duikt het donkere hol in en moeder sluipt weg langs de rand van het heideveld, tot ze niet meer te zien is. De pups kruipen dieper het hol in en nestelen zich dicht tegen elkaar aan om nog even te slapen. Alleen onze kleine pup kan niet slapen. Ongeduldig wacht ze op de terugkomst van haar moeder. Na een poosje klinkt er buiten geritsel. Nieuwsgierig kruipt ze uit het hol, maar geschrokken duikt ze weer terug. Weg van de flitsende camera.
Dag Marion, Leuk verhaal.
Lid sinds
16 jaar 5 maandenRol
Bedankt voor je reactie. Hoe
Lid sinds
6 jaar 4 maandenRol