#241 Collecte
Marie zit in haar luie stoel en kijkt naar buiten. Ze ziet de collectant naar haar voordeur lopen en vlug staat ze op. Ze loopt naar de keuken en blijft daar staan.
Francien loopt naar het huis. Net als voorgaande jaren collecteert ze voor de stichting Alzheimer Nederland. Het miezert en ze begint langzaamaan doorweekt te raken. Haar ronde zit er gelukkig bijna op. Nog een paar huizen en dan is ze klaar. Terwijl ze naar de voordeur loopt, ziet ze een vrouw in de huiskamer vlug opstaan. Ze belt aan en wacht geduldig. Ze weet dat er iemand thuis is.
Marie hoort de voordeurbel, maar blijft in de keuken staan. Ze heeft een hekel aan collectanten en hoopt dat deze ook snel weer verdwijnt. Al die goede doelen die maar komen bedelen om geld. Ze betaalt toch zeker niet voor niets belasting. Ze blijft daarom in haar keuken staan en laat zich niet zien. Die collectant denkt dan dat er niemand thuis is en zal zo wel vertrekken.
Francien drukt nogmaals op de bel. Ze weet zeker dat ze iemand in de kamer heeft gezien. Misschien is diegene niet zo snel ter been of is misschien al aan het zoeken naar de portemonnee, dus ze blijft geduldig wachten. Maar er komt niemand naar de deur. Geïrriteerd draait ze om en loopt weer verder. In haar ooghoek ziet ze een beweging in de kamer. Weer zo’n asociaal type, denkt ze. Ze begrijpt er niets van. Dat mensen niet willen doneren, oké. Maar heb dan op zijn minst het fatsoen om de deur open te maken en te zeggen dat je niets wil geven. Dat zou ze jammer vinden, maar het is in ieder geval eerlijk. Zuchtend stopt ze een foldertje van Alzheimer Nederland in de bus en loopt naar het volgende huis. Nog maar een paar huizen te gaan.
Marie ziet de collectant vertrekken en ze gaat weer in haar luie stoel zitten. Op haar telefoon ziet ze dat haar vriendin een berichtje heeft achtergelaten. Het gaat niet zo goed met Gerard, leest ze. Ze besluit om haar even te bellen.
“Hallo Sjan, met Marie. Ik heb je berichtje gezien. Wat is er aan de hand?”
“Oh Marie,” zegt haar vriendin, “het gaat al een tijdje niet zo lekker met Gerard. Hij begint steeds meer dingen te vergeten. Daarom zijn we vanmiddag bij de dokter geweest en die heeft geconstateerd dat Gerard de ziekte van Alzheimer heeft. ”
“Och meid wat verschrikkelijk!” zegt Marie vol medeleven. “Dat ze daar nog niks tegen uitgevonden hebben. Ik snap er niets van. Toevallig was er net nog een collectant aan de deur. Nou ik heb royaal gegeven hoor. Ja je kent me, ik geef altijd gul. Aan iedereen hoor, die aan de deur komt. Ze hebben het allemaal hard nodig.”
“Dat klopt Marie. Wat ben je toch een fijn mens. Wat zou het fijn zijn als tegen deze rotziekte een therapie uitgevonden kan worden. Helaas gaat Gerard daar geen profijt meer van hebben.”
Fief dat is recht in de roos,
Lid sinds
8 jaar 9 maandenRol
O, wat een kreng! Goed
Lid sinds
7 jaar 10 maandenRol
Dank je. Helaas gebeurt het
Lid sinds
5 jaar 8 maandenRol
Fief, … wat lekker
Lid sinds
11 jaar 7 maandenRol
Leuk stukje, inderdaad erg
Lid sinds
10 jaar 1 maandRol
Fief, mooi geschreven!
Lid sinds
10 jaar 7 maandenRol