Lid sinds

8 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Schrijfopdracht #227 - Zonder bijvoeglijk naamwoorden

3 januari 2019 - 14:03
De lucht was van het soort grijs dat onheil voorspelt. Het was middag maar er was geen zon, geen wolk, enkel grijs. De bergen leken op te gaan in de lucht, als je niet beter wist zou je denken dat je tegen een vlakte aankeek maar in werkelijkheid was het een gebergte dat een ongeziene ruigheid herbergde. Hij zelf stond op een van die bergen. Dood. Dat was het enige wat hij kon bedenken. De weinige bomen die hij zag waren skeletten van lang geleden, groen was er niet, grijs was wat het was. In de verte zag hij de contouren van bergtoppen. Zijn bestemming lag nog vele dagreizen achter die toppen. Achter zich lag een land dat door God verlaten was en voor hem lag een tocht waar zelfs de duivel hem geen gezelschap wou houden. Hij had er over horen vertellen bij de kampvuren. Hij moest uit de valleien blijven, de valleien waar wezens van weleer zich verborgen. Blijf op de kammen hadden ze gezegd, de mist heeft daar geen macht. Hij hees zijn rugzak op zijn rug en zette een eerste stap op het pad dat negen generaties geleden door het volk van de berg uitgehouwen was. Toen was het een streek vol groen en leven, nu heerste een schaduw die het pad langs weerskanten omhelsde. Vastberadenheid overheerste de angst en duwde hem verder het pad af. De mist in.

Lid sinds

8 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
3 januari 2019 - 20:01
Hoi rafvdm. Ik zie dat dit je debuut is hier, welkom. Ik vind de opdracht zelf ook moeilijk, zie toch bijvoeglijke naamwoorden: bijv hier: ongeziene ruigheid: ongeziene. Ben benieuwd of ik het goed begrepen heb, ik kom na de schrijfcoach nog lezen. Ik wens je een inspirerend 2019.

Lid sinds

5 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
5 januari 2019 - 16:59
Ik vind het een geslaagde, sobere tekst die prima bij de opdracht aansluit. De aan- of afwezigheid van bijvoeglijk naamwoorden was geen doel op zich, slechts een middel. En ik zie dat je er inderdaad niet hoofdzakelijk je toevlucht toe hebt gezocht. Meestal zou ik zeggen: varieer wat meer, in plaats van steeds simpelweg 'grijs' te zeggen, maar bij deze tekst past dat natuurlijk juist goed: je wilt het sober en 'kleurloos' houden. Toch heeft de tekst een goede spanning, en die combinatie is zeker niet makkelijk te verwezenlijken. Dan toch nog een paar specifieke punten: 'De lucht was van het soort grijs dat onheil voorspelt.' --> Prachtige zin. En als je ergens een prachtige zin wilt hebben is het wel aan het begin van een tekst. Top. 'De bergen leken op te gaan in de lucht, als je niet beter wist zou je denken dat je tegen een vlakte aankeek maar in werkelijkheid was het een gebergte dat een ongeziene ruigheid herbergde.' --> Deze zin zou ik opsplitsen in wat kleinere stukken: 'De bergen leken op te gaan in de lucht. Als je niet beter wist zou je denken dat je tegen een vlakte aankeek, maar in werkelijkheid was het een gebergte dat een ongeziene ruigheid herbergde.' In drie stukken kan ook nog prima wat mij betreft: 'maar' weglaten en daar dan een nieuwe zin beginnen. Bij handhaving van die 'maar' in ieder geval wel graag een komma ervoor. --> de combinatie van 'gebergte' en 'herbergde' vind ik niet zo mooi. En 'herbergen' vind ik ook net een iets te 'gezellig' woord voor deze tekst. Daar zou ik iets anders voor kiezen. '...groen was er niet, grijs was wat het was' --> dat laatste stukje leest niet zo lekker. Mogelijk alternatief: 'het was een en al grijs'. Net zo sober, maar m.i. toch wat leesbaarder en daardoor pakkender. En je bent dan ook de vraag 'waar verwijst dat '"het'" naar?' voor. 'Achter zich lag een land dat door God verlaten was en voor hem lag een tocht waar zelfs de duivel hem geen gezelschap wou houden.' --> Hier zit toch wel echt een foutje: 'achter zich' moet 'achter hem zijn - bij 'voor hem' klopt het opeens weer wel (je zou wel bijvoorbeeld iets kunnen schrijven als 'Hij had een door God verlaten land achter ZICH gelaten en voor hem lag...' --> Ook mis ik hier een voorzetsel: 'een tocht waarOP zelfs de duivel hem geen gezelschap wou houden' 'Hij had er over horen vertellen bij de kampvuren.' --> 'er over' moet 'erover' zijn. Zie deze superhandige lijst: https://onzetaal.nl/taaladvies/er-voorzetsel-werk… --> 'de kampvuren': bij mij doemt dan automatisch de vraag op welke kampvuren dat dan wel zijn. Dit kan wel gewoon zo natuurlijk als we ervan uitgaan dat deze tekst onderdeel is van een groter geheel en die kampvuren al eerder de revue hebben gepasseerd. 'Hij moest uit de valleien blijven, de valleien waar wezens van weleer zich verborgen.' --> Ook een mooie zin, een gevalletje vrije indirecte rede. Voor wie daar meer over wil lezen kan ik dit artikel in Trouw aanbevelen (er staat nog veel meer boeiends in): https://www.trouw.nl/home/en-ze-lezen-nog-lang-en… 'Hij hees zijn rugzak op zijn rug en zette een eerste stap op het pad dat negen generaties geleden door het volk van de berg uitgehouwen was.' --> Negen generaties geleden, dat is wel erg specifiek. Is dat relevant? '... nu heerste een schaduw die het pad langs weerskanten omhelsde.' --> ook 'omhelzen' vind ik een beetje te gezellig als werkwoord hier, zeker in deze specifieke zin waar je juist een extra contrast met 'leven en groen' wilt neerzetten.

Lid sinds

7 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
9 januari 2019 - 0:10
Hoi rafvdm, welkom op dit forum. Ik vind dat je goed de somberheid en troosteloosheid weergeeft, en ook nog spanning weet op te wekken; gaat dit wel goed aflopen? Een minpuntje is voor mij dat de tekst door gebrek aan witregels of nieuwe regels niet zo lekker leest. Het is zo één groot grijs blok, maar misschien heb je dat wel bewust gedaan om aan te sluiten bij de inhoud?