Niet te vertrouwen # 179
Op een middag ontmoette persoon A en persoon B elkaar op de brink van een dorp in het oosten van het land. Was het toeval, of hadden ze het afgesproken? Persoon A had een tas bij zich, van opvallend rode kleur en het was duidelijk dat er iets zwaars in zat.
' Je bent op tijd.'
De man haalde zijn schouders op. 'Had ik een keus? '
'Je hebt de politie er buiten gehouden, zoals we hadden afgesproken?'
'Natuurlijk, ik wil haar graag terug.'
Er gleed een snelle glimlach over zijn knappe gezicht.'Zit alles erin. Ik waarschuw je..als je me besodemietert.'
'Je mag het natellen,'antwoordde hij rustig.
De man bukte zich en trok de tas naar zich toe zonder zijn ogen van hem af te houden. Zijn hart begon sneller te kloppen toen hij hem open ritste. Ondanks de kou had hij het zweet op zijn voorhoofd staan. Hij floot zachtjes toen hij de bankbiljetten in keurige stapeltjes zag liggen.
'Verdomd, zoveel heb je voor je vrouw over.'
Snel ritste hij de tas weer dicht en tilde hem op.
'Moet je het niet natellen.'
De man grijnsde. 'Als het niet klopt, weet ik je te vinden.'
'En nu jouw gedeelte van de afspraak. Mijn vrouw.'
'Natuurlijk, ik ben een man van mijn woord. Loop maar mee. Ze is hier vlakbij.'
Hij legde een hand op zijn schouder en keek hem strak aan,
'Probeer niets uit te halen. We doen precies zoals is afgesproken. Zo meteen komt ze uit de auto en loopt naar jou toe.'
De man knikte. 'Stel mijn geduld niet langer op de proef. Geloof me, het enigste wat ik wil is Anna veilig terug.'
Tevreden klopte hij hem op de schouder en draaide zich om. 'We staan hier achter op de parkeerplaats. Een rode Mercedes.'
De man versnelde nerveus zijn pas. Hij voelde tranen in zijn ogen prikken als hij er aan dacht wat ze haar aan hadden kunnen doen. Ondanks het vroege uur stonden er al meer auto' s op de parkeerplaats en hier en daar liepen mensen al naar het winkelcentrum. Waarschijnlijk werknemers die op tijd wilden beginnen. Zich niet bewust van wat zich voor hun ogen afspeelde.
Een portier van de Mercedes zwaaide open en een jonge vrouw stapte uit.
Ze was knap om te zien, mooi en kwetsbaar. De man begon te rennen en spreidde zijn armen. Toen ze elkaar op tien meter waren genaderd begon hij te snikken.
Ze glimlachte, stak een hand in de zak van haar jas en trok een pistool eruit. Aan het eind ervan zat een rare bobbel. Ze drukte af en er klonk een plof. De man viel op zijn knieën met een niet begrijpende blik in zijn ogen. Een rode vlek op zijn buik werd steeds groter.
Anna liep naar hem toe en hurkte bij hem neer, het pistool in haar hand.
' Het spijt me dat het zo is gelopen, Fred.'
De man met de tas in zijn hand stond naast haar en legde een arm om haar schouder.
'Ik ben verliefd op hem geworden,' zei ze zacht.' Dit geld is voor ons...dankzij jou kunnen we samen
verder.'
Hij keek haar aan en voelde het leven uit hem wegvloeien.
' Eerlijk gezegd,' zei ze.' Hield ik al heel lang niet meer van je.'
Hij staarde omhoog naar de grijze lucht, Uit een ooghoek zag hij ze samen in de Mercedes stappen en wegrijden.
Ha WIlfred, Leuk verhaal met
Lid sinds
9 jaar 6 maandenRol
Wat een kreng, die mooie
Goede gevonden originele
Lid sinds
7 jaar 8 maandenRol
Ben ik niet helemaal met je
wilfredbreda schreef: Ben ik
Lid sinds
7 jaar 8 maandenRol
Ik sluit me aan bij
Lid sinds
12 jaar 1 maandRol
Ook eens met Marceline en ook
Lid sinds
7 jaar 8 maandenRol
Ik ben het eens met de
Lid sinds
6 jaar 10 maandenRol