Koffer nr 158
Hij stond daar deze ochtend. Zo maar aan de kant van de weg. Een kleine bruine vierkante koffer. Het leer laat in laagjes los. Het handvat is gebroken en de zijkanten staan bol. Wie heeft het ding daar neergezet. Wat is daar in verborgen of geborgen. Kennelijk had diegene haast of is verstrooid. Gedaan wat ie moest doen en zonder vertrokken. Ik ga zo even kijken of de eigenaar te achterhalen is.
Je kunt zien dat hij veel gebruikt is. Het gescheurde leer absorbeert het zonlicht, de glimmende rest weerkaatst het. Hij is best zwaar. Ligt ook niet lekker in de hand. Die breuk knijpt je vel af. Ik kan mij niet voorstellen dat je hiermee van ver komt lopen. De geur van het leer is verdrongen door een zoet parfum. Ik wil graag weten wat erin zit, maar die verrekte sloten zijn niet te openen. Hier heb ik een sleutel voor nodig.
Een plastic label op de koffer, bedoeld om adresgegevens in te stoppen, is zoals altijd leeg.
Er straalt vergane glorie van deze koffer af. In gedachten zie ik een statige man met lange jas en hoed langs lopen met de koffer in de hand. Handen verstopt in dunne leren vingerhandschoenen. Onderweg naar een belangrijke ontmoeting of gewoon op vakantie.
Ik wordt steeds nieuwsgieriger naar de inhoud. Hebberiger ook. Even zoeken naar een steen. Kan ik de sloten kapot slaan. Of met een mes de bolling eruit snijden. Dan weet je tenminste of het de moeite waard is om verder te onderzoeken.
Ach schei uit, op deze manier lijk je wel een plunderaar, dief ook. Nee deze manier zal je geen voldaan gevoel geven. Stel dat de inhoud compleet anders is dan gedacht. Misschien crimineel. Nee het ding laten staan, afstand nemen en de politie bellen.
Dag fredr180, Welkom op dit
Lid sinds
10 jaarRol
Beeldend geschreven, je ziet
Lid sinds
7 jaar 5 maandenRol
Schrijfcoach Nel Goudriaan
Lid sinds
7 jaar 2 maandenRol
Ben benieuwd naar je volgende
Lid sinds
7 jaar 2 maandenRol