Lid sinds

9 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#120 Hebbedingetjes

Met nog een vage herinnering aan de onbetwistbare bewijzen op de keukentafel van haar spaarpot roof, liep Mette met een tas vol hebbedingetjes door de verlichte winkelstraat. Hebbedingetjes. Je hebt ze niet echt nodig, maar de aantrekkingskracht van die dingen, ook wel prullaria genoemd, was voor haar niet af te schermen. Wijze raad van: ’Je hebt er nu wel genoeg, waar moet je het allemaal laten’, mocht niet baten. De hebbedingetjes maakten haar ook altijd gelukkig, probeerde ze iedereen altijd te overtuigen, als ze weer thuis kwam met een aangekocht onbeduidend kunstwerkje. Haar geluksgevoel duurde echter nooit zo lang als haar verlangen ernaar kon zijn. ‘Het is vandaag helemaal mijn dag’, had ze tegen de winkelbediende gezegd, terwijl deze de porseleinen beeldjes in zacht papier rolde en daarna in een doosje stopte. ‘Is het een cadeautje?’ ‘Nee, nou ja, wel voor mij zelf,’ zei ze er vlot achteraan. Met de beeldjes in het doosje zonder cadeaupapier, verliet zij de winkel in een opperste stemming. Ze hoorde en voelde, bij iedere winkeldeur die werd geopend, muziek met de warme lucht mee naar buiten stromen. Het miezerde al uren en het gekleurde licht uit de etalages reflecteerde op de natte straat. De plassen, waar het gekleurde licht in leek te dansen, ontweek ze niet, natte voeten krijgen deerde haar niet, vandaag kon alleen maar alles positief zijn. Misschien wel doof en blind geworden door het euforische gevoel dat zich van haar meester had gemaakt, zag ze de jongen die menigeen opzij duwde vanwege zijn grote haast niet aankomen om hem nog te kunnen ontwijken. De confrontatie was hard en bruut bovendien. Haar tas gleed uit haar hand en schoof over het trottoir. Tot overmaat van ramp sprong de tas open en rolden al haar hebben dingetjes eruit. ‘Kijk dan uit’, zei hij nerveus agressief en rende met de zelfde haast of hij achterna werd gezeten weer door. ‘Kijk dan uit…!’ riep ze verontwaardigd, maar hij was al buiten haar stembereik. Verdrietig raapte ze haar gebroken hebbedingetjes op en stopte ze terug in haar tas. Het geluksgevoel was in een keer omgeslagen. De motregen voelde onaangenaam aan. De kleuren dansten niet meer in het nat. Het huilen stond haar nader dan het lachen. Met een tas vol ellende sjokte ze in het donker voort. Altijd wist ze aan haar thuisfront uit te leggen waarom ze een hebben dingetje moest kopen, maar nu was ze zelfs niet in staat om de noodzaak van deze aanwinst in haar tas aan zichzelf te verdedigen. Al kon ze niets aan de aanvaring doen, het enorme bedrag dat aan het gebroken porselein kleefde, bezorgde haar ineens de nodige paniek. Hoe dichter zij bij huis kwam hoe duidelijker haar inzicht werd. ‘Je had het moeten laten staan in de etalage’, sprak een wijze stem in haar hoofd, hetgeen haar innerlijke spanning nogmaals deed oplopen en zij haar stress bijna hoorbaar in haar lijf, als het gebroken porselein in haar tas hoorde klinken.

Lid sinds

7 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Beste Thea, Hebben dingetjes moet 'hebbedingetjes' zijn. Ik vind het erg leuk dat we in je verhaal meemaken hoe en op welk moment het humeur van de hoofdpersoon omslaat. Je noemt alleen wel erg vaak letterlijk wat ze voelt (bijv: haar geluksgevoel). De tekst zou sterker worden als je deze dingen weg kunt laten, en de emotie puur overbrengt door hoe zij de omgeving ervaart. Show, don't tell!