Lid sinds

8 jaar 9 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#119 - Zie ginds

Zie ginds Maassluis, 12 november 2016. Vol verwachting turen duizenden kinderen – geschminkt, verkleed, gespannen – naar de dichte mist boven het kanaal. Daar komt hij straks vandaan. Eindelijk, ze hebben er zolang op moeten wachten. Echter, niet iedereen wil meedelen in de feestvreugde. Er zijn erbij die de afgelopen weken de zwartgekleurde figuren met hun lollige outfits, roodgestifte lippen en kroezige krullen gezien hebben en automatisch terug moesten denken aan dat pijnlijke verleden. Vandaag mobiliseren ze zich. Al vanaf het eerste moment is duidelijk dat de demonstranten zich niet aan de gemaakte afspraken zullen houden. Ze verlaten de door de gemeente aangewezen protestvakken. Om hun boodschap effectief uit te dragen moeten ze gezien en gehoord worden, overal. Eerst hun statement en de onvermijdelijke chaos, dan gelijkheid en geluk voor allen. Het doel heiligt de middelen. De zevenjarige Noor wil dolgraag Sinterklaas zien. Het verlanglijstje waar ze weken aan gewerkt heeft, brandt in haar broekzak. De intocht loopt anders dan ze verwacht. De situatie escaleert. Plots klinkt gefluit, geschreeuw; mensen maken ruzie. Met open mond ziet Noor hoe tientallen paarden orde op zaken proberen te stellen. Hun voetjes gaan niet zachtjes. Niks trippel trappel trippel trap. De inktzwarte beesten steigeren, trappen hun voorste benen dreigend op en neer. De agenten te paard zwaaien met knuppels door de lucht en dragen schilden waarmee ze zich weren tegen de rondvliegende stenen en verfbommen. Noor kan geen kant op. Waarom had ze haar moeders hand niet beter vastgehouden toen ze samen de chaos in de binnenstad probeerden te ontvluchten? Ze bekijkt de menigte, op zoek naar mama’s donkerbruine krullen, maar die zijn er zoveel. De vrouw van wie ze denkt dat het haar moeder is en waar ze opgelucht op af stormt, draait zich om. Het is haar niet. Met de mouw van haar jas veegt Noor de wanhopige tranen van haar wangen. Ze schrikt van de donkerbruine vlekken die de uitgeveegde schmink op haar lichtroze mouwtje achterlaten. Het gevaar komt alsmaar dichterbij. Waar moet ze toch heen? Links zijn de paarden, rechts de woedende mensen, achter haar een reling en de ijskoude gracht. Ze zakt op haar knietjes op de straat en snikt. Hij komt toch niet meer. Als Sinterklaas van deze ellende hoort, maakt de stoomboot sowieso rechtsomkeert. Wat moet hij hier? Hier zijn geen lieve kinderen.

Lid sinds

7 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
GRBras: ik voel de angst van het kind. Een indringend verhaal over een zeer actueel probleem, waarbij mi een deel van de volwassen wereld op zulke momenten de kinderen vergeet. Goed weergegeven, boeide tot de laatste zin. Connie

Lid sinds

11 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
GRBras, De opening is wat vlak/algemeen, zodra het perspectief inzoomt op Noor is het helemaal goed.Blijf wel letten op je woordkeus. Minder is meer omdat bij 'minder' de lezer zelf aanvult Voorbeeld: 'Met de mouw van haar jas veegt Noor de tranen van haar wangen.' ' de wanhoop' denkt de lezer er vanzelf bij

Lid sinds

9 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
Zie ginds Echter, niet iedereen wil meedelen in de feestvreugde. Er zijn erbij die de afgelopen weken de zwartgekleurde figuren met hun lollige outfits, roodgestifte lippen en kroezige krullen gezien hebben en automatisch terug moesten denken aan dat pijnlijke verleden. Vandaag mobiliseren ze zich.
Het bovenstaande stuk zou ik weglaten. Dat vind ik te veel uitleg. Zodra je over demonstranten begint weet de lezer genoeg. Spannend geschreven vanuit de beleving van een kind. Het ego van de volwassene maakt meer kapot dan je lief is.