Lid sinds

9 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

#94 - Tussen leven en dood

12 mei 2016 - 9:48
Slechts meters is ze verwijderd van het strijdperk. Weglopen wil ze niet, kan ze niet. Ze vergeet de klammigheid en focust op de werkelijkheid. Knijpt haar ogen samen. Hij is duidelijk zichtbaar tussen de takken. Een stille, observerende doder. Zijn loomheid verdwijnt bij een beweging onderaan de boom. Het knaagdiertje doet zich tegoed aan één of andere vrucht. Zich van geen kwaad bewust, ziet het haar roerloos staan. Besluit dan dat ze niet gevaarlijk is, want het schrokt luidruchtig verder. Zijn laatste maaltijd. De killer laat zich geruisloos zakken. Een stalen ketting, maar veel breder. Levendiger. Even krachtig, zo niet krachtiger. Meedogenloos. Om te leven moet je eten. Een streep zonlicht doorheen het dikke bladerdak raakt de grond niet eens. De nettekening op de huid is nauwelijks merkbaar tegen de stam. Eénmaal op de grond gaat alles snel. Tanden klemmen zich vast. Paniek. Een meterslange spier schiet omhoog. Vormt lussen. Gespartel. Voorpoten die machteloos klauwen. Het geschubde lichaam verstrakt rond zijn prooi. Trekt dreigend samen. Daar waar het bloed moet stromen, wordt het lijfje afgekneld. Kwestie van seconden. Levensecht. Dood. Ze vergeet bijna dat ze zelf nog leeft en ademt zachtjes uit. De kop zoekt, de mond gaat open. Heel kort ziet ze de oren en de ogen van het kleine, donkerharige slachtoffer. Dan verdwijnen deze. De rest van het lichaam schuift moeiteloos mee naar binnen. Het laatste pootje wordt opgeslokt. Een korte strijd gestreden. Altijd dezelfde overwinnaar. Ze wil een stap zetten maar kan zich niet verroeren. Ze kijkt naar beneden en merkt een haar onbekend dier. Eén van de vele ledematen om haar enkel geslagen. Een heftige ruk, en ze valt tegen de grond aan. Ondanks haar gespartel wordt ze meegesleurd, dieper het woud in. Haar kreet verstomt.

Lid sinds

10 jaar 8 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
13 mei 2016 - 18:41
@marlie, mijn voorkeur zou zijn dat je de laatste alinea weglaat. Het is voor mijn gevoel te veel na het goed geschreven angstwekkende verzwelgen van het knaagdiertje. [ ... ziet het haar roerloos staan.] Hier kom ik niet goed uit. Wie is het, wie is haar. Staat de slang en is ze vrouwelijk na mannelijk te zijn geweest? Dan schrijf je (voor)poot of pootje van het knaagdier. Zoals je lijfje zegt of lichaam. Heeft de slang wel een kop maar een mond i.p.v. een bek? Er is een duidelijke spanning voelbaar in je tekst.

16 mei 2016 - 13:45
Hallo Marlie,
Een streep zonlicht doorheen het dikke bladerdak raakt de grond niet eens. De nettekening op de huid is nauwelijks merkbaar tegen de stam. Eénmaal op de grond gaat alles snel. Tanden klemmen zich vast. Paniek. Een meterslange spier schiet omhoog. Vormt lussen. Gespartel. Voorpoten die machteloos klauwen. Het geschubde lichaam verstrakt rond zijn prooi. Trekt dreigend samen. Daar waar het bloed moet stromen, wordt het lijfje afgekneld. Kwestie van seconden. Levensecht. Dood.
In dit deel komen de vertraging en versnelling prachtig tot hun recht. Eerst nog de mooie beschrijving van de zon en de huid van het dier. Vervolgens in korte zinnen de vaart erin. Mooi gedaan. Schrijfcoach Corrie