Lid sinds

8 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

#93 - Donderdagmorgen, 2012

Het was een donderdagmorgen, of een woensdag. Misschien, misschien was het wel dinsdag of zelfs maandag. Ze wist het eigenlijk niet zo goed, maar het deed er ook niet toe. Ze was iets eerder wakker dan gewoonlijk, maar kon niet verder slapen dus stapte ze uit bed. Na zich te hebben gewassen en te hebben aangekleed ging ze naar beneden. Hoe laat was het? De klok stond stil, haar vader zou hem dadelijk opnieuw opwinden. Toch hoorde ze wel wat tikken, het was een regelmatig geluid als dat van een klok, alleen wist ze dat de klok het niet kon zijn. Doodstil liep ze door de kamer, nog langzamer dan de tijd kon voorbij kruipen sloop ze door naar de keuken. Het tikken was gestopt. Ze rechtte haar rug en ontspande haar houding, wat een gekke dingen kon ze zich in haar hoofd halen. Het tikken begon weer en alsof ze schrok van een hard geluid dook ze onbewust weer ineen. Ze gaat koffie zetten, misschien overstemt het brommen van het apparaat wel het getik. Het tikken hield niet op, maar horen kon ze het ook niet meer. Ze nam een thermosfles uit het keukenkastje en spoelde deze om. Het koffiezetapparaat is klaar, ze draait de kraan dicht. Geen getik meer. De stilte was oorverdovend. Op de oven las ze de tijd, bijna acht uur, tijd om op de fiets te stappen. De bus was nauwelijks sneller en het was even droog op deze druilerige dag. Het was in 2012, of 2011. Misschien, misschien was het wel 2010 of 2009. Hij wist het eigenlijk niet zo goed, maar het deed er ook niet toe. Met de bus was hij naar de binnenstad gereisd, het was een druilerige dag. Bij de halte aan de Neude stapte hij uit. Hier in de stad zei hij nooit gedag tegen de buschauffeur, er waren te veel mensen en was te weinig persoon. Iedereen ging op in anonimiteit, hij kon er van genieten. Niet alleen wanneer hij zag dat anderen anoniem waren, maar ook om zelf zonder naam of identiteit te leven. Het was nu tien minuten lopen naar de bibliotheek, maar het was even droog dus deze wandeling beviel hem wel. Op de campus besloot hij toch maar in de voorkamer te gaan zitten, dan kon hij de koffie die hij onderweg had gehaald rustig opdrinken. Het was rustig, het nieuwe blok was net begonnen dus nog weinig studenten voelde de drang om op tijd op de universiteit te zijn om nog opdrachten te maken, zich in te lezen of te studeren. Er zaten twee meiden rechts-achterin, iemand op een zitting aan de zijkant en een meisje midden-achterin. Zijn ogen bleven haken toen hij haar zag. Nerveus zat ze in elkaar gebogen. Hij ging zo zitten dat hij haar nog net kon zien, niemand merkte hem op, ook het meisje niet. Af en toe nam het meisje een slok uit de thermoskan die ze zelf had meegenomen. Hij bracht zijn koffie naar zijn mond, terwijl hij bleef staren. De koffie was nog veel te heet, even wachten. Het lezen van de tekst voor het college die hij die middag had wilde niet zo lukken. Telkens dwaalden zijn gedachten af, gevolgd door zijn blik. De jongen zat in haar zichtveld, hij keek naar haar, dat kon ze voelen. Ze keek af en toe ook naar hem, maar dan was hij met zijn gezicht naar beneden gekeerd. Hij las, waarschijnlijk iets ter voorbereiding op een college. Hij schoof zijn stoel naar achteren en stond op. Onbewust maakt ze zich weer kleiner. Hij is het zat, staat op en beweegt zich richting het meisje, ze is in elkaar gedoken alsof ze het bezweken heeft onder het gewicht van de lucht. Al zijn moed raapte hij bij elkaar, zetten nog een paar stappen en stond toen bij haar. Stelde zich voor met een hand en ging zitten. Haar houding bleef terughoudend, maar ze lachte wel. Hij lachte terug. Het was alsof ze elkaar al jaren kenden, maar dat jaar was anders. Ze kenden elkaar niet, niet eens sinds de dag daarvoor of die dag daarvoor. Geen keer eerder hadden zij met elkaar aangeraakt, elkaar gesproken, elkaar gezien. Het was een donderdagmorgen in 2012, ik weet het nog als de dag van gister. Het jaar was nog nieuw, de dag ook. Onbekend was ik over de Boomstraat gelopen, zag ik de mensen ontbijt klaarmaken in hun keukens, liep ik door naar de bus. Stapte ik uit bij de halte Janskerkhof, zodat ik nog geen vijf minuten hoefde te lopen, het was namelijk even droog, maar het was een druilerige dag. Ik was vroeg op de Universiteit en ging op een zitting zitten aan de zijkant van de voorkamer. Er kwam een meisje binnen, ze ging midden-achterin zitten en nam voorzichtig slokjes uit de thermoskan die ze mee had genomen. Iets meer dan vijf minuten later kwam er een jongen binnen die zo ging zitten dat ik geen zicht meer had op het meisje. De jongen keek naar het meisje en leek haar te kennen, na een poosje stond hij op en begroette hij haar met een hand. Ze waren blij om elkaar te zien en lachten naar elkaar, als twee oude bekenden. Ik ging door met typen, mijn schrijfopdracht moest de volgende dag, vrijdag ingeleverd worden.

Lid sinds

8 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
Een verhaal waarin je mooi speelt met perspectief en tijd! Verrassend hoe ik als lezer bij het lezen van een volgende zin ineens bij een ander personage beland. Is het trouwens expres, dat je hier en daar overstapt van de ene naar de andere grammaticale tijd en weer terug? Bijvoorbeeld Ze nam een thermosfles uit het keukenkastje en spoelde deze om. Het koffiezetapparaat is klaar, ze draait de kraan dicht. Geen getik meer. De stilte was oorverdovend.

Lid sinds

8 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
Een verhaal waarin je mooi speelt met perspectief en tijd! Verrassend hoe ik als lezer bij het lezen van een volgende zin ineens bij een ander personage beland. Is het trouwens expres, dat je hier en daar overstapt van de ene naar de andere grammaticale tijd en weer terug? Bijvoorbeeld Ze nam een thermosfles uit het keukenkastje en spoelde deze om. Het koffiezetapparaat is klaar, ze draait de kraan dicht. Geen getik meer. De stilte was oorverdovend.
Hoi MarjanD, Bedankt voor je reactie! Het wisselen van de grammaticale tijd is een wat slordige fout helaas. Ik las het net ook al. Groetjes Nienke