Lid sinds

15 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid

# 85 Naïviteit

Ik zit heerlijk op een bankje onder de schaduw van een lindeboom. Twee jonge vrouwen komen pratend mijn richting op. De blonde zegt: ‘Zullen we hier even gaan zitten?’ Zitten? Loop alsjeblieft door. Zien jullie niet dat ik aan het schrijven ben? Met een vijandige blik kijk ik naar ze. Ze merken me niet eens op. Af en toe krijg ik een woord van hun conversatie mee. Hun gegiechel leidt me niet meer af en schrijf verder. Facebook is een geweldig forum om met mensen in contact te komen. Morgen zal ik mijn vriend Frank voor het eerst zien. Minstens drie keer per week mailen we. Echt een knappe kerel als ik zijn foto kan geloven. Voor deze ontmoeting heb ik me helemaal in het nieuw gestoken. Tenslotte wil ik zo goed mogelijk voor de dag komen. Ik ga met de trein. Amsterdam is een crime als je een parkeerplaatsje zoekt. Geïnteresseerd kijk ik naar de mensen die voor het terras van “Chez Moi” langslopen. Zijn mooie kop is in mijn hoofd gegrift. Helaas zie ik hem niet verschijnen. Ineens schiet me een mailtje van vorige week te binnen. Franks portefeuille was gerold. Daarin zaten zijn paspoort, zijn rijbewijs en zijn bankpasje. Daarom vroeg hij of ik duizend euro op zijn rekening wilde overmaken. Natuurlijk heb ik dat gedaan. Voor geen geld wil ik mijn vriendje missen. Twee cappuccino’s later word ik ongerust. Wat zal er gebeurd zijn? Uit mijn handtas haal ik mijn mobieltje en bel hem. Stompzinnig kijk ik naar het toestel. Zijn nummer bestaat niet meer. Gefrustreerd sta ik op. Wat heb ik me erin laten luizen. ‘Bedankt voor jullie conversatie, dames. Ik vond het heel interessant.’ Eindelijk zien de vrouwen me. Met open mond kijken ze me aan. ‘Heeft u ons gesprek opgeschreven?’ vraagt de blonde ongelovig. Ik lach, hoewel met moeite. ‘Jazeker. Jullie kunnen het op facebook lezen.’ Gemeen, ik weet het. Dan hadden ze maar niet naast me moeten gaan zitten.

Lid sinds

16 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
Tja, Ik heb moeite jouw verhaal te volgen. Wat hoort bij de twee jonge vrouwen en wat bij hp? Betreft het Facebook gedeelte de conversatie van de twee dames of zit hp te wachten op Frank? Vanaf de derde alinea begin ik toch te denken dat hp zit te wachten op Frank maar erg duidelijk vind ik het niet. komen pratend aangelopen leest een beetje lastig, misschien iets als lopen pratend mijn kant op? Ik ga met de trein (toekomst): eerste ontmoeting met Frank staat nog te gebeuren? Wat zal er gebeurd zijn (nu): hp zit te wachten op Frank? - hoe zit dat dan met die eerste ontmoeting die later plaats zal vinden? Ik bel hem - zijn adres bestaat niet meer - [zijn (of: het) nummer bestaat niet meer.] Ik vind het een leuk hedendaags onderwerp en zeker een mooi verhaal al mag er van mij nog wel een beetje aan geschaafd worden.

Lid sinds

10 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
@Tja, gezien de opdracht heb je er absoluut een ingenieus verhaaltje van gemaakt. Als je van morgen straks maakt en de trein weghaalt, is het dan niet logischer? En hoe kan het dat je van een bankje op een terras zit? Je revanche op de babbelvrouwen is groots te noemen. :D

Lid sinds

8 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Verwarrende opdracht, deze! Ik twijfel eraan of jouw Ik- figuur altijd dezelfde persoon is. Vanaf facebook, tot einde alinea zou ik - verdraaid moeilijk hoor!- denken dat dit het gesprek is tussen de twee dames. De tweede alinea betreft de dame die in Amsterdam zit te wachten op Frank en haar gedachten overloopt, en tot de ontdekking komt dat hij een bedrieger is. Het volledige gesprek genoteerd door de begin Ik. Maar dan zit ik echt met het probleem van de tijden... Ik weet het niet meer :(

Lid sinds

15 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
Ik ook niet. Terwijl ik schrijf vang ik af en toe wat van het gesprek naast me op. De dames hebben het over vrienden en Facebook. Dat brengt mijn hoofdpersoon op een idee. Ik ben met de het laatste woord van de dames begonnen aan een nieuwe zin.

Lid sinds

15 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
Van Facebook tot Bedankt is het verhaal van de hoofdpersoon. Elke zin waarmee ik begin was het laatste woord van de dames. Ik heb me toch keurig aan de opdracht gehouden? Wie verwarring zaait, zal onbegrip oogsten.

Lid sinds

15 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Dag Tja, leuk verhaal. Goed gevonden, hoor! Je wraakneming is grandioos! Het is een eigenaardige en moeilijke schrijfopdracht. Met de schrijfopdracht in mijn achterhoofd, was je tekst goed te volgen, maar het vergde wel enig denkwerk. :o

Lid sinds

9 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Tja, je hebt er een mooi verhaal van gemaakt met een raamwerk eromheen van de situatie op het bankje. Het verhaal is voor mij wel goed te volgen. Ik kon er nog om lachen ook. (Ik heb de opdracht ook geprobeerd, maar het leidt -vind ik- tot geforceerd schrijven.)

Lid sinds

8 jaar 7 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Je hebt de opdracht origineel aangepakt, met een leuk begin en eind. ‘Zitten? Loop alsjeblieft door’ is een mooie gedachte, en ook als een gedachte opgeschreven. Ik kan me meteen in jouw personage (of beschrijf je hier nog jezelf?) inleven, ik zie haar hierdoor voor mij en tegelijkertijd de twee dames ook. Je verhaal rondom Facebook is consistent, maar wel een beetje voorspelbaar. Er zit voor mij dus niet echt een opbouw van spanning in. De zin ‘zijn hoofd staat in mijn hoofd gegrift’ vind ik erg raar en onnatuurlijk overkomen. Vanwege het dubbele gebruik van het woord ‘hoofd’ en het verkeerde gebruik van de uitdrukking. Het is in het geheugen gegrift staan, een cliché. Ik zou je willen aanraden om dit origineler te beschrijven. Waarom heb je de laatste alinea in verleden tijd geschreven? Tegenwoordige tijd vind ik logischer, omdat je ook in tegenwoordige tijd bent begonnen. Ook bij jou heeft deze manier van schrijven wat moois teweeg gebracht in je zinnen, bijvoorbeeld bij ‘Echt een knappe kerel als ik zijn foto kan geloven’ Dat klinkt voor mij spannender dan ‘Hij is een knappe kerel, als ik zijn foto kan geloven’ of ‘Als ik zijn foto kan geloven, dan is hij een knappe kerel’, zoals je het misschien anders zou hebben opgebouwd. Het is zoeken naar die mooie zinnen en analyseren hoe je die hebt opgebouwd. Dan kun je dat in een ander verhaal weer toepassen. Natuurlijk is het lastig om op deze wijze een heel verhaal met alleen maar mooie zinnen neer te pennen, maar het oefent je wel in je zinsopbouwtechniek. Goed gedaan dus.

Lid sinds

15 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
  • Pluslid
Dank voor je reactie. Ik heb bewust twee keer hoofd genoemd en ik heb ook bewust staat genoemd. Ik heb de vt. naar de tt. omgezet. Ach wat, ik zal van hoofd nog kop maken.