Lid sinds

12 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#84 Putluchten

Putluchten Het was 5 augustus 1958, een zonoverstraalde dag in het hartje van Maastricht. Ik ging er geboren worden in een warme, diepe put. Mijn wieg stond in een statig huis, pal tegenover de Sint Servaas. Ik werd die dag verwelkomd door klokkengebeier, zoals alleen met Pasen. Heel ongebruikelijk, maar mijn vader was dan ook koster-organist in die Sint Servaas en had de hulpkoster daartoe opdracht gegeven. Mijn prille jeugd bestond louter uit rijkdom en hemelse vreugde, dankzij die warme put, die alom aanwezig was. Hij vormde geen enkele belemmering voor mijn ontwikkeling, zo leek het. Integendeel, ik werd overladen met blijmoedige aandacht van iedereen die maar iets met de basiliek uit de tijd van Karel de Grote te maken had. Dat waren er heel wat: priesters, nonnen, seminaristen, pelgrims en ook gewone kerkgangers uit de buurt. Ik was dan ook een aardig ventje en speelde veel in de kerk. Het waren de hoogtijdagen van het Rijke Roomse Leven en in die put was ik tot genoegen ondergedompeld. Ik werd er misdienaar en zong toen ik acht was Latijnse liederen in het koor van mijn vader. Zelfs de bijbehorende putlucht van wierook had ik voortdurend in mijn kleren hangen, want, drong de geur er niet in als ik tijdens de hoogmis met een dampend wierookvat stond te zwaaien, dan wel als mijn kloffie opgeborgen lag in de kleerkast waar een doosje met wierookkorrels stond om de motten op afstand te houden. Deze putlucht veranderde van karakter toen ik tien was en werd ontmaagd in de crypte onder het priesterkoor. De knekels van Monulfus en Gondulfus in de grote sarcofaag waren de zwijgende getuigen. Zij en de almachtige vader in de hemel konden dit ontij niet keren. Agnus Dei, qui tollis peccata mundi, miserere nobis ...✻ Nu, vele jaren later, herinner ik me nog steeds de onderscheidende putluchten. ✻ Lam Gods, dat wegneemt de zonden der wereld, ontferm U over ons ...

Lid sinds

12 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Dos, fijn je verhaal te lezen, en wat voor een. Ik werd gegrepen door de zin, ' ik ging er geboren worden in een warme, diep put' ik raakte er door van in de war. Vervolgens werd ik meegenomen in je verhaal en de tragiek in de laatste alinea.

Lid sinds

16 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
Dos, Je vakantie zit er weer op dus :) . Ik heb het niet zo op kerken. Maar wel een knap verhaal. Geschreven alsof je het zo aan mij (ons) vertelt.

Lid sinds

10 jaar 4 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
De beerput is nooit meer te sluiten. :( Goed geschreven. De gevoelens van de HP doordringen me juist door de afstandelijkheid waarop het beschreven is.

Lid sinds

12 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Maddy, Willemina, Marietje en Nel, dank voor jullie reactie. Een geloof, zo dacht ik, kun je ervaren als een put waaruit je moeilijk kunt ontsnappen. Zeker als je er in geboren wordt; etc. Zelf ben ik vanaf mijn vijftiende naar de rand gekropen; niemand die mij tegen hield. Bovenstaand verhaal is 100% fictie, maar het had zomaar waar kunnen zijn.

Lid sinds

15 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Dag Dos, een vreemd verhaal, maar toch graag gelezen door de verschillende details die mooi beschreven zijn. Je vergelijkt het milieu/gezin waarin we geboren worden met een diepe, warme put waaruit we, eenmaal in de puberteit aanbeland, ons omhoog moeten worstelen? Of moet ik eerder aan de put van Plato denken :?

Lid sinds

12 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
Dag Dos, een vreemd verhaal, maar toch graag gelezen door de verschillende details die mooi beschreven zijn. Je vergelijkt het milieu/gezin waarin we geboren worden met een diepe, warme put waaruit we, eenmaal in de puberteit aanbeland, ons omhoog moeten worstelen? Of moet ik eerder aan de put van Plato denken :?
Dag Blavatski, de generaliserende conclusies die je trekt gaan te ver. Ik vergelijk het religieuze milieu waarin voor deze gelegenheid enkel mijn hp geboren wordt met een warme put. Deze hp is niet Dos Wijnhof en lijkt niet op hem. Ook beweer ik nergens dat, eenmaal in de pubertijd gekomen, wij ons omhoog, naar de rand van die put, moeten worstelen. Wat ik in het verhaal een put noem, is voor velen een warm nest. Zelf werd ik in zo’n warm nest geboren, dat wel, en vond het later beter dat aangename holletje te verlaten; overigens zonder rancune. Dank voor je reactie. PS, de put van Plato ken ik niet.