Op het lijf geschreven #68
Auw… de val was pijnlijk! De ketting schuurde langs haar onderbeen en alsof dat nog niet genoeg was, voelde ze de planten prikken aan haar armen en benen.
‘Jeetje, dat was leuk om zien!’
Daar stond hij! De coca-cola man. Hij stond met zijn handen op zijn heupen en de felle zon scheen als een aureool rond zijn hoofd.
Eerlijk gezegd had ze geen flauw idee wat ze moest zeggen, haar hersenen kronkelden zich in ongekende bochten van verwarring en paniek. Maar het ergste was dat ze hem sexy en gevaarlijk vond of gevaarlijk sexy. Ze hapte even naar adem happen.
‘Ook een blikje cola?’ vroeg hij haar grijnzend. ‘Je hebt er zo te zien al een helse rit op zitten.’ Hij dronk nog eens van zijn blikje en stapte naar haar fiets, die nog op de grond lag en zette die tegen een boom.
Daarna greep zijn hand haar bij haar arm en ze kwam overeind.
‘Zo dit zal je deugd doen’ en hij reikte haar een blikje coca-cola.
Ze tilde het lipje omhoog en nam een forse slok. Nog altijd in de war, keek ze naar haar superheld. Ruim een meter vijfentachtig, golvend bruin haar, zuiderse donkere ogen, uitstekende jukbeenderen en het forste lijf van een sportman.
Ze had net een pijnlijke val gemaakt met haar gloednieuwe sportfiets. Haar ongefönde haren zaten vol takjes en haar losse witte t-shirt hing als een gescheurde vod rond haar. Ze voelde een warm, zacht straaltje bloed langs haar onderbeen. Er waren dagen waarbij zij zich al beter had gevoeld.
‘Heb je een naam?’ En dit waren haar eerste woorden die ze kon uitbrengen.
‘Jeff’
‘en jij?’
‘Lucy’ Haar tweede reeks woorden.
‘Ok, Lucy, ik denk dat de wonde op je been de nodige zorg verdient. Mag ik even?’ vroeg hij.
Twee jaar na het incident, staat ze daar terug. Nu was er geen coca-cola man en ze wist niet of ze daar gelukkig moest mee zijn. Haar been was genezen en ze had een litteken, het enige aandenken dat ze aan haar ontmoeting met Jeff, de knappe coca-cola man nog heeft.