#66 - Marktdag, wasdag
Het zou bijna dertig graden worden vandaag, dus was Johanna al vroeg naar de markt gegaan. Piet had altijd fruit van goede kwaliteit voor een redelijke prijs.
“Wat mag het vandaag zijn, mevrouwtje?”
“Twee trossen druiven, zonder pit.”
“Zou ik niet doen, mevrouw. Kijk, ik heb ze wel, maar dan hebbe ze geen karakter.” Hij trok de huid onder zijn oog met zijn korte, dikke wijsvinger iets omlaag. “Geen pit, snap-u?”
“Ze zijn voor mijn man. Die verafschuwt pitten.”
“Hij heeft anders wel een wijffie met pit wete te strikken. Beter dan net. Mensenlief, komt me hier net zo’n dame, u weet wel, kouwe kak met zo'n fruitmand op d’r noot,” zei hij, terwijl hij met zijn handen een denkbeeldige sombrero bij de rand vastpakte. “Begint me te ouwenelen dat ze appelen had met wurrempies. Die had ze bij mij gekocht, zei ze. Ik denk, dat is een haarlemmerdijkie. Nou ken ik niet zeggen dat ik al die appelen persoonlijk opwrijf, maar wurrempies, nee, heb ik nooit klachten over gehad.”
“Kom nou maar op met die trossen, kletsmajoor.”
“Werkelijk waar niet. Ik zal niet zeggen dat ik moeders liefste ben, maar belazeren doe ik me klanten nooit. Ik heb ’r subiet d’r geld teruggegeven. Ze wou liever nieuwe appelen, maar ik zei dat ik geen wurrempies meer kon missen."
Johanna lachte hoofdschuddend. Terwijl Piet de trossen in een zak deed, vroeg ze hoe het met de handel ging.
“Buitengewoon. ‘Vrolijk weer geeft vrolijke klanten,’ zei me vader altijd. Kijk, vrolijke klanten geven geld uit. De economie draait als een dolle, dus me troel klaagt niet.”
“Dus als het regent of koud is …”
“Dan is het iets minder buitengewoon.” Hij lachte en reikte de zak aan. “Doe maar twee eurootjes.”
Johanna pakte haar beurs. “Sorry, ik heb alleen maar kleingeld.” Ze telde het bedrag in zijn hand uit.
“Geld is geld. Als ik kieskeurig zou weze, kom ik nooit aan mijn tweede miljoen.”
“Kijk aan.”
“Het eerste is mislukt. Heeft mijn eerste vrouw voor gezorgd. Die gaf het al uit voor ik het had verdiend.”
“Geen type van zuinigheid-met-vlijt?”
“O, vlijtig was ze wel. Praat me d’r niet van. D’r wasmachine maakte overuren. Na elke marktdag had ze het bed van schone lakes voorzien.”
“Een keer per week de lakens verschonen is vrij normaal, hoor.”
Piet knikte. “Dat bedoel-ik maar. Doet mijn huidige vrouw ook.”
Op verzoek van Dos. Scène is
Lid sinds
14 jaarRol
Hoi Leonardo, Een heerlijke
Lid sinds
9 jaar 6 maandenRol
Dag Leonardo, leuke
Lid sinds
16 jaar 5 maandenRol
@Pim - bedankt voor het
Lid sinds
14 jaarRol
Je bent een heel andere kant
Lid sinds
15 jaar 6 maandenRol
Hoi Leonardo Pisano, De
Lid sinds
9 jaar 2 maandenRol
[Het zou bijna dertig graden
Lid sinds
10 jaar 10 maandenRol
@Tja - er zijn wat zaken
Lid sinds
14 jaarRol
Leuke realistische dialoog.
Lid sinds
10 jaar 8 maandenRol
schrijvenmaar schreef: Leuke
Lid sinds
14 jaarRol
hmmm ... ja ik geloof wel dat
Lid sinds
10 jaar 8 maandenRol
@schrijvenmaar: het was een
Lid sinds
14 jaarRol
ik heb geleerd en me vermaakt
Lid sinds
10 jaar 8 maandenRol
Plezierig geschreven
Lid sinds
12 jaar 11 maandenRol
@Dos - dank je. Die duimen
Lid sinds
14 jaarRol
Leonardo Pisano schreef: @Dos
Lid sinds
12 jaar 11 maandenRol