Wekelijkse schrijfopdrachten #61a, #61b & #62
Wekelijkse schrijfopdracht #61a
‘Ik heb nu toch iemand gezien op Facebook,' begint Maxime terwijl ze haar rood gestifte lippen tuit.
‘O help, bespaar me deze onzin, Heleen en ik hebben het al vaak genoeg aan moeten horen.’ Lara knipoogt naar me.
‘Hij heeft zwart, warrig haar. Hij is bruin van de zon. In zijn rechterwang zit een kuiltje. Zijn baard heeft hij laten staan en zijn blauwe ogen glinsteren op elke foto.’ Maxime staart dromerig voor haar uit. ‘Hij houdt van surfen en hij geeft les aan kinderen, zo verdient hij zijn geld.’
Mijn hart slaat een slag over.
‘Hij is wel Nederlands, hoor, maar hij woont in Griekenland. Elke avond ziet hij de zon ondergaan terwijl hij over het strand loopt.’ Ze neemt een slok van haar thee. ‘Ik voel gewoon dat wij bij elkaar horen.’
‘Ik heb ook iemand ontmoet op Facebook,’ hoor ik mezelf zeggen. ‘Hij klinkt als degene die jij omschrijft.’
Lara glimlacht. ‘En wat is zijn naam?’
‘Marcel.’
Maxime slaat een gilletje. ‘Die van mij heet ook Marcel.’
Lara’s lach vult het huis. ‘Je mag nu wel stoppen, Maxime. Ik denk dat het overtuigend genoeg is.’
‘Hoe bedoelen jullie? Waar zijn jullie mee bezig.’
‘Schat, we zien al weken aan je dat je verliefd bent. Al weken proberen we het uit je te trekken. Je wilde maar niet toegeven. Dus hebben we maar alle mannelijke Facebook vrienden van jou gestalkt. Het duurde niet lang voor we Marcel tegen kwamen.’
Ik zucht. ‘Het is maar wat onschuldig geflirt op internet.’
‘Je kunt hem alleen niet uit je hoofd zetten?’ vraagt Lara.
Ik knik en voel mezelf blozen.
Maxime klapt in haar handen. ‘We hebben de perfecte verrassing voor je.’
Ik kijk haar aan, mijn ogen wijd open gesperd. ‘Hij is toch niet hier, of wel? Ik vermoord je Maxime, ik vermoord je.’
‘Nee, jij gaat daarheen. We hebben de tickets al gekocht. Volgende week vlieg jij naar Griekenland voor een maand.’
Wekelijkse schrijfopdracht #61b
De deur klapt plotseling open. Ik kijk onmiddellijk over mijn schouder. Mijn hart slaat een slag over. Ik kijk naast me en weer naar de deur. Mijn blik wisselt meerdere keren. Mijn hersenen willen niet begrijpen wat hier aan de hand is. De man in de deur komt dreigend op mij af. Ik rol van Marcel af en wikkel mezelf in lakens.
‘Leon, wat doe jij hier met haar? Heleen is van mij.’
‘Marcel, ik ben verbaasd dat je je durft te laten zien.’
‘Dit was niet de afspraak.’
‘Ik heb geen contract ondertekend.’
‘Je weet wat ik bedoel, je weet wat de afspraak was.’
‘Bedoel je dat je me nu niet gaat betalen?’
‘Natuurlijk niet, wat denk je zelf? Je hebt de grens overschreden gore klootzak.’
De gelijkenissen tussen beide mannen is eng. Ik probeer te begrijpen wat hier aan de hand is. Waarom ik met Leon in bed lig, terwijl hij beweerde Marcel te zijn. Waarom Marcel opeens binnen komt lopen.
‘Ik heb gedaan wat ik moest doen. Je gaat me het geld geven.' Leon stapt uit het bed en gaat voor Marcel staan.
‘Of anders?’
‘Volgens mij weet jij heel goed wat er anders gaat gebeuren. Of ben jij de vorige keer al vergeten, toen je ook te laat was met betalen?'
Marcel knikt kort.
‘Goede jongen.’ Tergend langzaam begint Leon zich aan te kleden.
‘Ik walg van je, ik wil je nooit meer zien. Verdwijn uit mijn huis.’
‘Vergeet niet dat ik beschikking heb tot jou leven tot aan het eind van deze dag. En dus ook tot haar. Dat hadden we afgesproken, niet waar?’
‘Ze zal hier niet lang meer blijven.’
‘Dat is dan haar keuze. Al moet ik wel zeggen dat ze behoorlijk tevreden was, tot jij ons moment verstoorde.’
‘Kan iemand mij uitleggen wat hier aan de hand is?’ Ik merk dat mijn stem begint te trillen.
‘Ja hoor, natuurlijk kan ik dat. Marcel hier was te schijterig voor een date met zijn internet liefde. Stel je voor dat jij je anders had voorgedaan dan je werkelijk bent. Daarom heeft hij mij ingehuurd, snap je?’
Ik voel me misselijk worden.
‘Het spijt, Heleen.’
Voor hij nog meer kan zeggen gris ik mijn kleren bij elkaar en ren ik de kamer uit.
Wekelijkse schrijfopdracht #62
De Griekse zon schijnt fel in mijn ogen. Ik knijp ze samen om beter te kunnen kijken. Het helpt amper.
‘Ik ben het Heleen en dit keer ben ik het echt.’
Mijn hoofd schiet de lucht in wanneer ik de stem van Marcel hoor. Ik tuur in het rond. Dit keer wil ik niet verrast worden. Niet zoals de vorige keer toen hij me in bed betrapte met Leon.
‘Ik sta in het midden. Je zou me moeten zien.’
Ik kijk en zie inderdaad een klein iemand staan.
‘Ik ben blij dat je gekomen bent.’
Ik stoot een lach uit. ‘De enige reden waarom ik hier ben is omdat ik morgen uit mijn hotel word gezet.’
‘Je zou toch bij mij logeren voor de komende drie weken.’
‘Ik weet dat mijn vriendinnen dat zo geregeld hebben, maar dat gaat niet meer gebeuren. Want hoe kan ik dan weten dat jij dat bent? Hoe weet ik dan zeker dat ik niet bij een engerd in bed lig? Hoe weet ik dat ik je kan vertrouwen?’
‘Ik heb het echt verpest, nietwaar?’
Ik knik, hoewel hij dat waarschijnlijk niet kan zien.
‘Ik zal je geld geven voor een hotel, ik zal alles doen wat je wilt, als je me nog één kans geeft.’
‘En waarom zou ik dat doen?’
‘Omdat ik niet de kans heb gehad om jou te leren kennen.’
‘Misschien verdien je die kans niet.’
‘Ik heb die kans al verspeeld, of niet?’
‘Je hebt hem inderdaad al gehad. Hoe weet ik dat Leon niet opduikt op onze zogenaamde tweede date?’
‘Misschien helpt het om te weten dat hij weer in Nederland is?’
Ik trek mijn wenkbrauwen op.
‘Ik meen het, Heleen. Geef me alsjeblieft nog één kans en ik laat je met rust. Dan mag je zelf beslissen of we verdergaan. We kunnen toch beter alles eruit halen wat erin zit?’
‘Dat kan ik ook gerust alleen, bedankt Marcel.’
Ik draai me om en wil weglopen.
‘Ik wilde wel zelf gaan. Ik wilde het deze keer zelf doen.’
‘Dus je huurt Leon vaker in?’
‘Soms, als ik op een eerste date ga bijvoorbeeld, of bij een sollicitatiegesprek.’
‘Weet je, Marcel, je bent een slappe zak.’
Ik kan zelfs van bovenaan hem in elkaar zien krimpen.
‘Dan ben ik niet.’
‘Dat ben je wel. Ik heb nog nooit iemand gezien die zo laf is als jij. Om een dubbelganger in te huren bij dingen die zo belangrijk zijn in je persoonlijke leven is enorm slap van je. Ik walg er van. Ik walg ervan dat je me zo kunt bedriegen. Ik kan je nooit meer vertrouwen, begrijp je dat dan niet. Het maakt me niet uit of hij in Nederland is of niet. Iedere keer wanneer ik naar je kijk zal ik denken aan Leon.’
‘Ik snap het,’ fluistert hij. ‘Het is jammer, maar ik snap het.’
‘Vanavond vlieg ik terug.’ Hak ik de knoop door. ‘Het spijt me Marcel. Ik hoop dat je hiervan leert.’ Ik draai me om en loop met opgeheven hoofd weg van Marcel.
Zo, Anne! Vakantie heeft je
Lid sinds
10 jaar 11 maandenRol
Marietje schreef: Zo, Anne!
Lid sinds
10 jaar 10 maandenRol
Dag Anne, inderdaad knap hoe
Lid sinds
16 jaar 6 maandenRol
Blavatski schreef: Dag Anne,
Lid sinds
10 jaar 10 maandenRol
Anne Borneman, Een mooi
Lid sinds
11 jaar 9 maandenRol
Ik heb aan de eerste twee
Lid sinds
15 jaar 7 maandenRol
janpmeijers schreef: Een mooi
Lid sinds
10 jaar 10 maandenRol
Dag Anne, Knap hoe je er een
Lid sinds
10 jaar 1 maandRol
Virtuosuo schreef: Dag
Lid sinds
10 jaar 10 maandenRol
Ha Anne, Top een drieluik.
Lid sinds
9 jaar 7 maandenRol