#59 - Vrijbrief
Er zit een groot voordeel aan een voorspelbaar leven, en dat is de ruimte die voorspelbaarheid biedt om onvoorspelbaar te zijn. Zoals altijd komt mijn vrouw op maandagmiddag om iets over vier uur thuis. Met een tas vol boodschappen en de laatste roddels die ze bij de kapper heeft opgevangen. De afgelopen uren hebben mij zeeën van tijd geboden om de volgende stap te zetten van mijn meesterlijke plan. Vanaf het moment dat mijn vrouw binnenstapt kwebbelt ze aan een stuk door. Jarenlang heb ik me daaraan gestoord maar inmiddels hoor ik het niet meer. Zeker vandaag niet. Ze moest eens weten! Ik moet op mijn wang bijten om mijn grijns te verbijten als ik denk aan de brief die in de binnenzak van mijn colbertje brandt. Ik had verwacht dat de familie Mol al eerder op de brieven zouden reageren, maar blijkbaar is de ernst nog niet helemaal doorgedrongen. Dan de druk nog maar een beetje opvoeren. Uitbuiters.
Ineens is het erg stil om me heen. Als ik op kijk, kijkt mijn vrouw me vragend aan.
“Hm wat?” vraag ik.
“Of jij vanmiddag nog wat hebt gedaan.”
“Oh, sorry.” Ik haal mijn schouders op. “Nee, beetje gepuzzeld.”
“Wat zonde nou, Dirk. Het is zulk lekker weer.”
“Je hebt gelijk, ik denk dat ik maar even een blokje om ga. Tot zo.” Dit was wel heel makkelijk om onopvallend de deur uit te kunnen. Zo kalm mogelijk, om mijn enthousiasme niet te laten blijken loop ik de deur uit en zet koers in de richting van de brievenbus. Je hebt van die dagen dat alles op zijn plek valt.
Als ik een aantal maanden later trouw naar Opsporing Verzocht zit te kijken, spring ik bijna uit mijn stoel bij de aankondiging van het volgende item. Het zal toch niet… Jawel hoor, die geldlustige familie heeft de politie ingeschakeld en nou is het potdorie op de televisie! Mijn vrouw tuurt gefascineerd over haar leesbril naar het scherm, terwijl haar breinaalden halverwege een steek zijn stilgevallen, als twee gekruiste zwaarden in de aanslag om toe te slaan. Ademloos kijk ik toe terwijl ze mijn activiteiten van de afgelopen maanden uit de doeken doen. Ze maken er veel heisa om. Het valt allemaal toch wel mee? Als ze gewoon gelijk hadden betaald had het al veel eerder kunnen stoppen. Ongemerkt zit ik verkrampt op mijn stoel tot Gerda de stilte weer eens verbreekt.
“Het is toch wat, Dirk. Het zal je gebeuren! Het lijken me juist van die sympathieke mensen. Ze woonden vroeger vlak bij ons, weet je nog?”
“Hm hm.” Ik schraap mijn keel en met moeite slik ik de brok in mijn keel weg. “Ach, ze vragen er zelf om. Als je zoveel geld bezit dan vraag je bijna om problemen.” Met zwetende handen wip ik uit mijn stoel en loop de kamer uit. Een afperser noemen ze me. Schandalig, nu doen ze ineens of ik de boosdoener ben! Dat ze überhaupt zoveel tijd aan die familie besteden. Aandachttrekkerij is het. Gelukkig lijkt die compositietekening voor geen meter. Opgefokt schenk ik twee kopjes koffie in, zonder te merken dat de helft op het aanrecht belandt.
Hoi Tearz, Ik heb genoten van
Lid sinds
9 jaar 6 maandenRol
Een vlot geschreven goed
Lid sinds
10 jaar 10 maandenRol
@Pim en Marietje: Bedankt
Lid sinds
10 jaar 2 maandenRol
Dag Tearz, een boeiend
Lid sinds
16 jaar 5 maandenRol