Schrijfoefening #22 De rode jurk.

“Bel jij de andere locatie en geef het daar even door okay?” “Ja, zal ik doen”. Ik pak de telefoon en zoek gelijktijdig naar het nummer op het lijstje naast de computer en toets het nummer in. “Polikliniek KNO locatie Nieuwegein, met Sanne, waarmee mag ik u van dienst zijn? “ “Hey Sanne, met Baukje”. “Hey Baukje, jij bent die nieuwe van het Oudenrijn toch?” “Ja, dat klopt, Ik moest even wat doorgeven, maar ehh… Tosca heeft mijn tekst gestolen”. Ik hoor Sanne aan de andere kant van de lijn hard lachen. Gelukkig, denk ik, als ik binnenkort daar moet werken heb ik bij deze al een goede indruk gemaakt. “Je tekst gestolen, en nu?” “Wacht even, dan haal ik het terug. Niet ophangen he? Ik ben echt zo terug”. “Is goed, ik wacht wel even”. “Tosca, ik heb locatie Nieuwegein nu aan de telefoon maar ik weet niet meer wat ik moet zeggen”. “Wie heb je aan de lijn?” “Sanne”. “Je moest zeggen dat de meneer van der Wielen, bij ons al gezien is voor zijn tracheacanule. De dokter heeft al gekeken met een laryngoscoop, maar hij wil advies van de hoofd hals chirurg. Wij hebben hem al op de lijst gezet voor Nieuwegein voor een Tracheotomie”. Zo snel als ik kan schrijf ik de voor mij nog moeilijke termen op een kladbriefje en geef ze door aan Sanne. “De patiënt komt dus nu onze kant op?” “Ja, hij zal direct naar jullie komen. Hij zal er rond lunchtijd zijn verwacht ik. Hij komt samen met een vrouw in een rode jurk met een Burberry tas. Volgens mij gekocht uit die nieuwe winkel bij jullie om de hoek. Echt veel te duur”.