#17 - Zomerkennis
1.
Het is vandaag echt buitenweer. Een geschikt moment voor een bezoek aan het terras. Omdat ik in een spannend boek zit lijkt me het een goed plan om een terrasje op te zoeken en lekker met een kop koffie verder te lezen in mijn boek.
Aangekomen bij het dichtstbijzijnde terras is er nog maar 1 tafeltje vrij. Die is voor mij! Boek uit mijn tas, leeszonnebril op en een capuutje besteld. Snel zoek ik de bladzijde op waar ik was gebleven en ga verder met lezen. `Hey, dat is lang geleden, tijd niet gezien` hoor ik na ongeveer 10 minuten enthousiast klinken. Verstoord kijk ik op. O nee Anna denk ik, daar heb ik echt geen zin in. Ze pakt een stoel en komt bij me aan tafel zitten. Anna is een nogal dominant persoon die het altijd alleen over zichzelf heeft. Ze zegt alles wat ze denkt en heeft weinig inlevingsvermogen en begrip voor een ander. Ze is een oud collega.
Zonder zich ook maar iets af te vragen roept ze naar de ober. `zou ik ook een koffie kunnen krijgen?`. Pfffff, hoe kom ik hier zo snel mogelijk op een nette manier vanaf, denk ik al balend. Ze begint te praten, over zichzelf uiteraard, ik hoef niks te zeggen ….. dat scheelt. Ik kijk een beetje afwezig en verveeld om me heen, terwijl ik zo nu en dan `ja, joh, ok, hmm` mompel. Deze hint word niet opgevangen want ze blijft zitten ook al is haar kopje leeg. Haar nog een tijdje aangehoord te hebben trek ik de stoute schoenen aan en zeg: `joh, ik vind het leuk je gesproken te hebben, maar ik wil graag verder met mijn boek`. `Ja` zegt Anna, `ik moet ook verder want ik ben onderweg naar een afspraak`. Zonder haar koffie af te rekenen of er iets over te zeggen, staat ze op, zegt goedendag en vervolgd haar weg.
(317 woorden)
2.
Samen met Rieke, een goede vriendin, gaan we een terrasje pakken in het centrum van de stad. Gezellig als altijd kletsen we een eind in de ruimte over van alles en nog wat. Bij gelegenheid is er ook altijd tijd voor een goed en serieus gesprek, deze keer niet. Nadat we zijn neergestreken in 2 heerlijk zittende stoelen, bestellen we ook wat hapjes bij ons glaasje wijn. Er komt een man lachend op ons af . Hij zegt `hoi hoi, hoe is het met jou? `. Een bekend gezicht maar oei, wie is dit, waar ken ik hem van? Met een pokerface begroet ik hem terug. Ik stel Rieke voor in de hoop dat hij zijn naam zegt en er een belletje gaat rinkelen. De begroeting met Rieke levert me niet de informatie op die ik hoopte. Dan het gesprek maar algemeen houden in de hoop dat ik een teken van herkenning krijg. Geen idee in welke richting ik het moet zoeken. Ondanks de voor mij pijnlijke situatie vlot het gesprek tussen ons drieën goed. Rieke heeft niks in de gaten en ze kent hem niet. Had ik maar meteen aan het begin van deze ontmoeting gezegd: `Je hebt een bekend gezicht maar ik kan je niet goed plaatsen`. Ik werd ook een beetje overdonderd waardoor ik dit oversloeg. Nadat hij zei: `weet je nog van die wereldkaart die bovenop meester de Wilde naar beneden viel?` Ahh de basisschool, geen wonder dat ik hem niet 1-2-3 kon plaatsen. Dat is al meer dan 30 jaar geleden. Geen wonder. Opgelucht ga ik verder met het gesprek met ons drieën. Dat hij mij herkende? Nog steeds geen naam die bij deze man hoort schiet me te binnen, dus ik zeg dat ik zijn naam niet meer naar boven kan krijgen. Lachend zegt hij: `dat kan ik me voorstellen na al die jaren`. Henri is de naam.
(314 woorden)
3.
Net uit het museum gekomen strijk ik neer op een terrasje. Voordat ik naar huis ga ik nog een colaatje drinken. Ik kan in verband met het verkeer beter een uurtje later naar huis gaan. Beter hier zitten dan in de file staan, zeker met dit warme weer. Even mensen kijken…..best wel leuk zo nu en dan…… Plotseling valt mijn oog op een tafeltje schuin voor me. Hey daar zitten Tine en Otto. Tine en Otto zijn onze vroegere buren. Een bijzonder en hecht stel. Doordat we kinderen hebben in dezelfde leeftijd, die veel met elkaar speelden vroeger, is er een vriendschap ontstaan.. Er is niet veel contact meer maar het weinige contact wat er is, is altijd heel intens. Mijn ogen schieten vol. Wat mooi om ze zo samen te zien zitten. Otto is namelijk heel ziek geweest. Het was nog maar de vraag of hij het zou overleven. Ik twijfel of ik ze zal storen. Terwijl ik zit te twijfelen ziet Otto mij zitten en hij loopt samen met Tine hand in hand en lachend mijn richting uit. Na een zeer warme begroeting met `de oude buurtjes` gaan we gezellig bij elkaar zitten aan een tafeltje. `Wat fijn om jullie hier zo knus samen te zien` zeg ik ontroerd. Hoe gaat het met jullie?, vraag ik belangstellend. `Best goed` antwoord Tine vrolijk, om vervolgens naar ons gezin te vragen. Natuurlijk wil ik op dit moment liever weten hoe het met ze gaat en neem geen genoegen met `best goed`. Dus moet ik doorvragen en hoop op een duidelijker antwoord. Na mijn vervolgvraag begint Tine te lachen. Nou met `best goed` bedoel ik `heel goed` hoor. Otto is weer helemaal de oude en we zijn doorgegaan waar we gebleven waren. `Wat geweldig om te horen`, antwoord ik met tranen in mijn ogen. Laten we meteen een afspraak maken om bij te kletsen. Bij ons? Prima zegt Tine en we pakken onze agenda`s.
(323 woorden)
Compliment voor jouw lef om
Lid sinds
10 jaar 10 maandenRol
Zo dan, das een hele
Lid sinds
10 jaar 8 maandenRol
Het lijkt me heerlijk om op
Lid sinds
15 jaar 6 maandenRol
Allemaal heel erg bedankt
Lid sinds
10 jaar 4 maandenRol
Je bent nogal actief
Lid sinds
15 jaar 6 maandenRol
Geen gezeur maar goede
Lid sinds
10 jaar 4 maandenRol
@ amec blogs Het is idd de
Lid sinds
10 jaar 8 maandenRol