[Proeflezers gezocht] Young adult / Scifi / Dystopische fictie
Beste mede-lezers!
Enthousiast over verhalen als Hunger Games, Divergent, Maze Runner, the Selection en andere dystopische science fiction / Young adult verhalen? Dan zullen jullie het misschien leuk vinden om mijn toekomstig boek te proeflezen. Het eerste manuscript is volledig klaar en telt ong. 90.000 woorden. Wel wordt er veel herschreven, dus zal er per keer een hoofdstuk worden verstuurd om te lezen.
Je kunt contact met me opnemen via mijn profiel.
Hieronder zet ik kort een 'omslag tekst' van mijn verhaal neer, zodat je een idee krijgt waar het over gaat en ook een kort fragmentje van het eerste hoofdstuk.
(Ik zou het graag onder 'proeflezen' zetten, maar deze optie is momenteel niet beschikbaar. Dus alvast excuses als dit wellicht niet op het forum hoort. Ook kan ik de verdere regels niet lezen, ik krijg een error pagina tevoorschijn. Sorry!)
Omslag van het boek / waar gaat het verhaal over? (eventuele spoilers!)
Wanneer Jillian (16) erachter wil komen wat voor werk haar moeder 's nachts doet, ontmoet ze de man gehuld in zwart van haar nachtmerries, die haar uiteindelijk ontvoerd. Ze heeft daarna nog maar één doel voor ogen: ontsnappen en terug naar huis keren. Al gauw komt ze erachter dat hij niet de enige is van wie ze moet vluchten... Wat wilde hij die nacht van haar moeder? Waarom heeft hij haar ontvoerd? En wie of wat is 'E.A.S.'?
Kort fragment uit Hoofdstuk [1]
Drukke straten. Harde muziek. Vrolijk gelach. Geluiden waar je niet omheen kon. Toch, te midden van deze waanzin, ontstond er een abrupte omwenteling. De straten waren leeg. De muziek en het gelach waren verdwenen. De hemel, dat eens zo helder scheen, maakte plaats voor een absolute duisternis. Mijn ademhaling ging moeizaam, mijn hoofd begon te bonken en ik was wanhopig op zoek naar een toevlucht. Ik rende door de nu lege straten, keek angstig om me heen. Waar was hij gebleven? Waar was mam?
Ik kwam uit in een open gebied. Een plek waar geen huizen stonden. Alleen kale vlakten, enkele bomen en een groot welkomstbord van de stad.
De man sprong uit het duister tevoorschijn. De man gehuld in zwart. De man waar ik de hele avond voor op de vlucht was. Hij drukte me tegen het bord aan, zette zijn mes op mijn keel, maar zei geen woord.
"Alsjeblieft, laat me leven," smeekte ik herhaaldelijk. "Je kunt al het geld krijgen wat je wilt. Zeg me wat je wilt." Maar het was niet geld waar zijn verlangen naar uitging.
"Ik heb niet veel te bieden, neem wat je wil. Alleen niet mijn leven."
Zijn kap viel over zijn gezicht heen en er viel niets anders te zien dan de lege duisternis waar ik gedwongen werd naar te kijken.
"Ik ben dood meer waard dan levend," waren tenslotte de laatste woorden die ik uitsprak.
Wanhopig hapte ik naar adem. Alsof ik ternauwernood uit het diepe aan de oppervlakte kwam en eindelijk weer mijn longen kon vullen met zuurstof. Mijn lichaam plakte vast aan de lakens en ik ging rechtop in bed zitten. Ik liep naar het raam toe en trok de gordijnen vlug open. Groene, paarse en roze flarden licht stroomden mijn slaapkamer binnen, terwijl de kalmte langzaam terug in mijn lichaam ebde.
"Mam?" riep ik zachtjes, zonder de verwachting een tegenreactie te ontvangen. Ik liep naar haar slaapkamer toe, staarde een poosje naar het lege hoofdkussen en de deken die in de morgen slordig was afgetrapt en besloot daarna weer naar bed te gaan.
Vroeg in de ochtend hoorde ik wat gestommel beneden, de krakende treden van de trap, mijn deur die zachtjes openging en voelde twee dunne lippen zachtjes over mijn wang glijden. Hoewel ik haar graag vertelde over mijn nachtmerries, was ik te moe om erop te reageren, of zelfs maar mijn ogen open te doen en viel ik weer in slaap.