Lid sinds

10 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Herkennen/Benoemen van verschillende alters in DIS

5 januari 2015 - 17:19
Ik weet niet of dit de goede plek is voor deze vraag, maar ik moet hem toch ergens kwijt. In het boek dat ik aan het schrijven ben, komt een personage voor met een dissociatieve identiteitsstoornis. Hij heeft twee persoonlijkheden, die (vanzelfsprekend) elkaar afwisselen. Laten we zeggen, Theo en Thea. Het boek schrijf ik vanuit het ik-perspectief van een ander personage. Zij herkent duidelijk wanneer ze met wie te maken heeft. Is het dan geoorloofd om, terwijl het lichaam van Theo is, toch (bijvoorbeeld) te schrijven 'Thea staat in de keuken thee te zetten'? Of is het handiger om steeds de 'basispersoon' te noemen? Ik hoop dat mijn vraag duidelijk is.

Lid sinds

12 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
5 januari 2015 - 17:25
Grappig genoeg ben ik met iets soortgelijks bezig voor een schrijfwedstrijd waarover ik nog twijfel. Het beste/meest realistische is om de persoon geen andere naam te geven. Uit lichaamstaal, woordgebruik, houding, acties en handelingen moet voor de lezer blijken dat een andere identiteit in het lichaam zit. Laat de een roken en de ander hoesten als die zich er ineens bewust van wordt dat ze een sigaret in haar mond heeft.

Lid sinds

18 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
5 januari 2015 - 18:24
Ik zou schrijven dat Theo nu theezet, als Theo dat ook doet. Op dat moment is het lichaam van Theo, en dan maakt het niet uit of hij de "oorspronkelijke bewoner" is of niet, zeker als de persoon buiten het lichaam meteen ziet dat het Theo is. Ik bedoel, als ik Maria - geen DISser - thee laat zetten, schrijf ik dat het Maria is, want zij doet dat. En niet haar huisgenoot Mario.

Lid sinds

12 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
5 januari 2015 - 18:30
Ligt er aan hoe de buitenstaander er tegenaan kijkt. Lijkt mij raar om iemand die hier aan lijdt, te bevestigen in het idee dat hij/zij meerdere personen is. Als je het als buitenstaander uberhaupt al door hebt. Ik ben in mijn leven denk ik drie keer in contact geweest met mensen met een stoornis als dit en je merkt het wel, maar je hebt echt niet door dat het een ander persoon zou zijn. Er is gewoon iets mis.

Lid sinds

11 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
5 januari 2015 - 18:35
Ik denk dat het uitmaakt of de fysieke verschijningsvorm verandert. Als jouw DISser een jurk draagt als ze thea is en een broek als hij theo is, dan kun je t zo benoemen, als het alleen in het hoofd gebeurt, zou ik het bij een persoon houden.

Lid sinds

10 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker
5 januari 2015 - 20:42
Ik heb weinig tot geen kaas gegeten van DIS, dus misschien zeg ik iets heel stoms. Is het niet zo dat wanneer Theo actie onderneemt, Thea in een soort van ruststand is en dus helemaal niks doet? Dat Thea de boel overneemt als ze getriggerd wordt.

Lid sinds

10 jaar 5 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
7 januari 2015 - 0:02
Ja, en als ze getriggert is, dan kan ze dus zomaar een jurk aantrekken en lippenstift op 'haar' gezicht smeren, waardoor omstanders weten dat ze met Thea te maken hebben. Beschrijft het perspectiefpersonage dan: Thea komt aangelopen met een bosje versgeplukte paardenbloemen uit de tuin. Of: Theo komt aangelopen met een bosje versgeplukte paardenbloemen uit de tuin. HP is geen hulpverlener oid, maar een medepatiënte. (en mocht het uitmaken: het is een jeugdafdeling) Ik vroeg me vooral af of hier 'officiële' richtlijnen voor zijn, of dat het maar net is wat het verhaal beter staat ofzo.

Lid sinds

18 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker
7 januari 2015 - 10:02
Ik denk dat DIS iets te zeldzaam is om richtlijnen te hebben :D Ik zou de naam schrijven die het perspectiefpersonage verwacht bij Thea/o. Dus als X denkt dat op dat moment Theo de leiding heeft, Theo schrijven, ook al is het Thea.

Lid sinds

9 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker
15 januari 2015 - 18:32
Ik weet het niet, maar vond het geinig om er even mee te oefenen en er over na te denken. Ik denk dat het natuurlijker is als x degene aanspreekt waarmee ze van doen denkt te hebben. Ik merk dat hij omslaat terwijl hij de thee voor ons inschenkt. Zijn ogen worden donkerder en zijn gelaatsuitdrukking is niet meer van hem. Hij is niet meer die lieve man waar ik zo gek op ben, het is dat kreng. 'Thea, ben jij het?' Waarom vraag ik het eigenlijk nog. Ik weet dat ze het is. Het antwoord zal me niet bevallen.