# 503 Zijde en porselein
Ik zie haar zitten. Niet op de antiekmarkt zelf die elke maandagochtend in de oude stad plaatsvindt, maar net om de hoek. Waar kraampjes staan van mensen die geen handelaren zijn, maar die hun eigen spullen te koop aanbieden. Wetende dat een Fransman niet snel zijn tafelzilver verkoopt, vind ik hier verhalen bij de spullen die uitgestald staan.
Het weer is typisch voor Nice in april, fris qua temperatuur, maar met een helderblauwe lucht. De vrouw zit net buiten de schaduw van haar kraampje, met haar gezicht in de zon. Ze biedt haar antieke bestek, servies en zilveren kandelaren aan. Een scheersetje met kwast en etui, grote ecru tafellakens met kant afgezet. Prenten uit vervlogen tijden. Dit alles verhaalt van een leven, zoals ik het mij bij haar heb voorgesteld.
Ik ken haar, ik kom haar vaak tegen op het Place Garibaldi, waar ik ’s ochtends mijn koffie drink. Een charmante vrouw die in een appartement aan dit plein woont. Altijd keurig in de kleren, opgemaakt en het haar opgestoken. Nu hangt het haar los, zijn de lippen bloot en draagt ze een vale spijkerbroek onder een wit, groot hemd.
Ze ziet niet dat ik haar toeknik, haar ogen zijn dicht. Alsof alles wat om haar heen uitgestald ligt geen waarde meer heeft.
Ik zie hem lopen. Een zonnebril kan zijn dikke wallen niet verbergen. Hij heeft een zwarte vilten hoed diep naar beneden getrokken, zijn kale achterhoofd weerkaatst het zonlicht. De tassen die hij vasthoudt raken net de grond niet. Als hij bij het kraampje aankomt, stalt hij zijn spullen naast die van de vrouw. Eierdopjes, een afbeelding op zijde geschilderd, een strooien hoed, een wandelstok en een Japanse kimono. Het zijn voetnoten bij het verhaal van de vrouw.
Ik ken hem, ook hij loopt het appartement op de Place Garibaldi in en uit. De laatste tijd oogt hij gehaast. Soms klapt de deur hard achter hem dicht. Zijn overhemd is ongestreken, er zit roos op de schouders van zijn colbert.
De vrouw kijkt op als de wandelstok haar porseleinen schaal aantikt. De man heft verontschuldigend zijn handen. Ze knijpt met haar ogen tegen de zon in en zoekt die van hem achter de brillenglazen. Hij brengt zijn armen naar voren en ze loopt in de omhelzing, haar hoofd drukt ze stevig tegen zijn borst. Haar gezicht verbergt hij achter de zwarte hoed.
Ik blijf lang treuzelen bij de uitgestalde koopwaar en zie de tranen vallen.
Hoi Dietward, Een mooi…
Lid sinds
4 jaar 5 maandenRol
Hoi Dietward,
Een mooi verhaal waarin de personages zwijgen en hun omgeving voor hen laten spreken. Ik heb wel wat moeite om in hun eigenlijke persoonlijke verhaal te komen. De meeste woorden gaan nu over de markt en de kraampjes. Op het moment dat je personages elkaar ontmoeten, zijn zij zelf niet echt geïntroduceerd voor mijn gevoel. Je kan aan de hand van hun voorwerpen wel enigszins inschatten wat voor personen het zijn en wat ze hebben meegemaakt, maar hoe dat de individuen aan elkaar verbindt, is mij niet helemaal duidelijk. Daardoor verliest de omhelzing wat van zijn betekenis.
Het verhaal als geheel werkt nog en is nog steeds mooi, maar het was waarschijnlijk nog mooier geweest als er net iets meer expliciete informatie was gegeven over de personages.
Groet,
Nadine
Ik sluit me aan bij Nadine…
Lid sinds
12 jaarRol
Ik sluit me aan bij Nadine. Een mooi verhaal, dat wat meer expliciete info kan gebruiken, maar vooral een mooi verhaal
Dank jullie wel, Nadine en…
Lid sinds
7 maanden 1 weekRol
Dank jullie wel, Nadine en Hadeke. Ik neem de feedback mee voor mijn volgende verhalen.
Wat een bijzonder verhaal…
Lid sinds
8 maanden 3 wekenRol
Wat een bijzonder verhaal. Mooi hoe de nadruk gelegd wordt op: "Fransen verkopen niet zomaar hun zilverwaar.", waardoor mijn interesse direct gewekt wordt. Eens met bovenstaande commentaren. De ik-persoon geeft aan dat hij haar en hem kent (van gezicht?). Direct na zo'n statement kan een korte zin met een extra kenmerk van haar/hem net dat extra beetje info geven.