#479 Verschillende Sint Maartens
Lofliedje
Oh die goede Sint Maarten
Het waren bij hem niet alleen woorden, maar ook daden
Hij gaf alles weg, dat is geweldig, goed om even aan te kaarten
Alleen maar goede woorden zijn er voor hem, zeker geen kwade(n)
Bedelliedje
Ik loop hier met mijn lampion
Daar in die straat, daar waar het allemaal begon
Ik belde aan bij een huis en zong mijn lied
Natuurlijk zong ik voor snoep, maar het werd friet
Scheldliedje
Na Halloween, nu weer een ander schijtfeest
Potver, houdt het dan nooit op, dat gebedel aan de deuren
Ze moeten eens een keer oppleuren
Het is wel een keer mooi geweest
Onzinliedje
Sint Maarten, Sint Maarten,
De vrouwen hebben baarden,
Ze komen langs de deuren op hun witte paarden
En zwaaien dan met hun zwaarden
Sint Maarten, Sint Maarten, zie ik dit nu goed?
De vrouwen toveren allemaal iets uit hun hoge hoed
Ze strooien overal snoepgoed
Vandaar die grijns op hun toet
Ik vind de thema's erg leuk…
Lid sinds
12 jaar 1 maandRol
Ik vind de thema's erg leuk. Als ik probeer te zingen lukt me dat niet echt (en de kat springt van de bank 😀). Bij het rijmpaar 'schijtfeest' en 'geweest' is er volgens sprake van een klemtoonwisseling. Ik ben benieuwd wat de dichtcoach ons daarover voor leerzaams kan melden (en dat bedoel ik oprecht).
Nobelprijswinnaar, Ik kon…
Lid sinds
4 jaar 2 maandenRol
Nobelprijswinnaar,
Ik kon een grijnslach niet onderdrukken. De ideeën achter de liedjes zijn goed, dat je bij het scheldliedje de boel omdraait en de vrek de bedelaars laat uitschelden, vind ik een prachtvondst, maar de uitwerkingen zijn zo onbeholpen en knullig dat ze geschreven lijken door een jong kind. Op zich niets mis mee, maar schrijven vóór kinderen is toch wat anders dan schrijven áls een kind.
Naast rijm is ook metrum belangrijk bij het schrijven van vormvaste gedichten. Besteed je hier heen aandacht aan, dan krijg je knittelverzen. Een rijmfout die je vooral bij knittelverzen vaak tegenkomt, is schrikkelrijm (Hadeke zou deze term inmiddels moeten kennen): rijmuitgangen dienen dezelfde beklemtoning te hebben. Als de klemtoon bij één van de rijmparen niet op de rijmklank ligt, maar op de voorafgaande lettergreep, wordt dit beschouwd als lelijk. Voorbeelden van schrikkelrijmen uit jouw bijdrage:
Schrikkelrijm zie je wel vaker in kinder- en volksliedjes. Denk aan Vader was niet thuis, Moeder was niet THUIS / Piep zei de muis in het VOORhuis.
Ook in het volgende sint-maartenliedje zie je schrikkelrijm (KOProl / HONdenDROL), maar dit wordt door de cadans en door de hoofdklemtoon op hond wat verdoezeld, zodat het minder opvalt:
Sinte Maarten mik-mak
Mijn moeder maakt een flik-flak
Mijn vader maakt een koprol
Middenin een hondendrol
Nu is schrikkerijm wel muzikaal op te lossen:
Tover uit de hoge hoed
Snel voor mij wat snoe-hoepgoed
maar fraai is dit niet.
Een andere oplossing is zorgen dat de hoofdklemtonen van beide rijmwoorden baar voren gehaald worden (te zingen op de wijs van Sinterklaas kapoentje):
Tover uit de FEESThoed
Snel voor mij wat SNOEPgoed
Dit fenomeen wordt slap volrijm genoemd. Geen schoonheidsprijs, maar minder hinderlijk. Een mooier redmiddel is dubbelrijm:
Geef ons snel wat snoepgoed
Dan is heel de troep zoet
Tot zover deze les. Morgen de overhoring.
Kijk eens of je mijn vorige opdrachten terug kunt vinden voor uitleg over metrisch schrijven.
De dichtcoach
Hallo Nobel, ik vind…
Lid sinds
3 jaarRol
Hallo Nobel, ik vind vooral je scheldlied leuk. Goed gevonden.
Musonius, wij zingen: Vader was niet thuis, Moeder was niet thuis / Piep zei de muis in het vogelenhuis.
Ja, de vondsten vind ik heel…
Lid sinds
1 jaar 4 maandenRol
Ja, de vondsten vind ik leuk.
Qua metrum struikel ik ook door de teksten. En dat kan toch hier en daar makkelijk opgelost worden.
Maak van...
bijvoorbeeld...
Sint Maarten, Sint Maarten,
De vrouwen hebben baarden,
Ze rijden op hun paarden
En zwaaien met hun zwaarden
Persoonlijk vind ik Maarten-baarden etc. niet zo mooi, maar het zou kunnen...
En dank aan de coach voor het collega, want ik houd wel van die gedetailleerde kennis :)