Lid sinds

1 jaar 10 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Taalstijl

Ik heb vandaag een taaltoets gemaakt, en de uitslag is binnen, maar ik begrijp het niet.

1. Ongeveer 90 procent van de deelnemers vertrok/vertrokken op tijd.

Ik kies: Vertrok (want 90% vertrok)

Docent: Vertrokken

Ik blijf bij mijn punt dat het VERTROK is, en niet vertrokken.

Heb ik gelijk? Er staat geen uitleg bij waarom de docent/nakijker voor vertrokken kiest.

2. Kun jij dit voor mij uitprinten?

De vraag was of deze zin juist of onjuist is.

Ik kies: Onjuist, want het moet zijn: Kun jij dit voor mij printen.

Docent: Juist

Ik heb gegoogled, maar kom er niet uit. Sommige sites geven aan dat uitprinten gewoon mag, andere sites geven weer aan dat het printen moet zijn. Ik weet het niet meer....

3. Het klopt niet helemaal wat u zegt, maar zullen wij het u nog een keer uitleggen.

De vraag was weer of ze zin juist of onjuist is.

Ik kies: Juist, want de zin is prima, lijkt me? 

Docent: Onjuist.

Wat is er hier onjuist aan? De spelling is in orde, lijkt me?

Ik hoop dat iemand dit wil uitleggen, want ik ben nog steeds van mening dat ik deze 3 vragen goed heb beantwoord.

Lid sinds

3 jaar 2 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

1. Dit moet inderdaad 'vertrok' zijn, want het kernwoord van het onderwerp is 'procent' en dat is enkelvoud. Vergelijk 'Een van de deelnemers vertrok' en 'Twee van de deelnemers vertrokken'. Dat 'deelnemers' meervoud is, maakt in dit geval niet uit. 

2. Uitprinten staat in de Van Dale als vormvariant van printen. Het begon echter als contaminatie (foutieve samentrekking) van 'uitdraaien' en 'printen', dus beschouwen sommige taalgebruikers het nog steeds als fout. Jouw antwoord is dus zeker te verdedigen, zeker in formele teksten. 

3. Na het voegwoord 'maar' is de zinsvolgorde zoals in een hoofdzin. De correcte zin is dus: Het klopt niet helemaal wat u zegt, maar wij zullen het u nog een keer uitleggen.