# 395 Die keer op dat moment
Er staat iets te gebeuren wat uniek, ultiem en zuiver is en alleen uit pure liefde kan ontstaan.
De voortekenen hiertoe begonnen met het aanhoudende, schelle gekraai van een haan waardoor ik ver voor vijf uur vanuit het raampje van mijn barak de zon door de nevel zie breken. De stilte. De prille, knisperende ochtendlucht vult mijn longen als ik de deur opendoe en op de veranda voor me het met lange grashalmen samengebonden tuiltje wilde bloemen zie liggen. Er zit een briefje bij waarop in net handschrift Ani ohev otag staat geschreven ... Het briefje brandt in mijn handen. Ik ken inmiddels genoeg Hebreeuws om te weten dat wat er staat me compleet overvalt. Ik heb nog nooit tegen iemand ik hou van jou gezegd en hier staat het. Zwart op wit.
Momenten als deze krijgen hun diepte doordat ze nooit lang duren. De eerste vrijwilligers komen hun kamer al uit. Daarna gaat het snel. Ik sta op het punt in de aanhanger te stappen die ons elke morgen naar de sinaasappelboomgaard brengt als ik een hand op mijn schouder voel. Ik hoef me niet om te draaien om te weten wie het is. Israël, de cowboy van de kibboets. Een woest aantrekkelijke man met groene ogen en dik blond haar.
‘Ga je mee?’
Ik aarzel. Waar haalt deze man het lef vandaan om mij onder het oog van zo’n vijftien vrijwilligers te vragen met hem mee te gaan?
‘Ik weet niet of ...
‘Dat is geregeld.’
Ik zet de voet die ik op de kar heb gezet op de grond. Een seconde later rijdt de tractor met de aanhangwagen erachter zonder mij weg.
Ik stap naast hem in een grijze jeep die zo een hoofdrol in een documentaire over een safari in Afrika zou kunnen krijgen. De man naast me start de motor. Onder zwaar geronk rijden we langs de open melkkoestal de natuur in.
‘Fijn dat je meegaat.’
Ik zwijg. Ik vind het ook fijn dat ik meega. Naast deze man, in een jeep de natuur inrijden is een droom die uitkomt. Ik heb alleen geen idee waar we naartoe gaan. In de laadbak achter me staan een koelbox en een paar tassen. Die stonden er niet toen ik de vorige keer met hem meeging om de omheining voor de vleeskoeien te inspecteren.
Ik geef me over aan het moment en geniet in stilte van de hobbelige weg, de natuur waarin van alles groeit waar je in de supermarkt veel voor betaald en dat je hier zomaar kunt plukken. En dan bedenk ik opeens dat ik hem niet heb bedankt.
‘Todarrabah, ani ohev prachiem.’
Hij glimlacht.
We stoppen op een totaal verlaten rotsachtige plek vlakbij de zee. Hij haalt de spullen uit de achterbak, legt een groot kleed op de grijze stenen, stookt een vuurtje en zet koffie in een Aladin-kan. Ik voel dat er iets staat te gebeuren dat voldoet aan alles wat ik in de eerste zin heb voorspeld.
Mooi geschreven, Carnelli!…
Lid sinds
4 jaar 6 maandenRol
Mooi geschreven, Carnelli!
Door expliciet en impliciet te omschrijven hoe waardevol of uniek momenten kunnen zijn - als eerste keren of überhaupt- wordt de lezer erg in het verhaal meegenomen. Daardoor maakt het weinig uit hoe het verhaal veder verloopt. Het gaar erom dát het verhaal gebeurt. Dat onderstreept de waarde die je hoofdpersonage uit deze momenten haalt, waardoor daar voorgevoel ook op zijn plaats valt.
Goed gedaan.
Groet,
Nadine
Hebreeuws en al! Goed kort…
Lid sinds
3 jaar 11 maandenRol
Hebreeuws en al! Goed kort verhaal. Mooi hoe je de lus dichtmaakt.
ik denk dat je er nog meer mee kon doen. Maar dat hoeft niet! GG!
Zeer genoten van de visuele…
Lid sinds
2 jaar 10 maandenRol
Zeer genoten van de visuele beschrijving! Ik voél me echt op die plek, in de vroege ochtenduurtjes. Ook heel fijn dat je de Hebreeuwse woorden niet rechtstreeks vertaalt, maar ze indirect verwerkt.
Hallo Tony, goedemorgen!…
Lid sinds
7 jaarRol
Hallo Tony, goedemorgen! Alles kan altijd anders of beter. Voorlopig ben ik blij met je GG! Dank!
Laura N. Wat fijn dat je hebt gezien wat ik beoogde. Dat geeft me naast je compliment een fijn gevoel. Dank!