Lid sinds

6 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker

nr 358 nog een laatste woord

 

Laat ze me dood gaan?

 

Sinds vanmorgen voel ik me beroerd. En mijn gezicht was rood en gezwollen. Maar volgens Fieke was dat overdreven. Het wordt steeds erger. ‘Het duurt lang voor de arts komt.’

‘Op zondag is het druk bij de huisartsenpost. Misschien had ik moeten wachten tot morgen en je eigen huisarts kunnen bellen..’ Ze knikt naar me, dan trekt de televisie weer haar aandacht.

‘Kruip in je bed.’

Dat is het enige wat ik wil en ik strompel er naar toe, kruip in het onfrisse bed en met geroezemoes van de straat val ik in slaap.

Lachend staat de vader van Fieke bij mijn bureau in het ziekenhuis. Wat doet hij hier? In de gang staan mijn overleden vader en zus Hetty, ze wenken mij. Ik wil naar ze toe. Collega Mieke houdt me tegen, het wordt een worsteling en ik begin te zweten. Plotseling schiet ik wakker, mijn hemd is weer kletsnat.

Fieke is er op slag. ‘Je shirt is weer nat.’ Ze helpt me een schone aan te doen.

‘Ik geef je twee paracetamols, dan zakt de koorts.’

‘Ik krijg die dingen niet doorgeslikt,’ mompel ik.

‘Ik los ze op in water.’

Ze komt terug, het lijkt een uur te hebben geduurd, liefdevol helpt ze me met drinken. Weer val ik in slaap.

Is het waar? Of hangt de geur van stront in mijn neus omdat ik zo vaak op het toilet zit?

Het is inmiddels donker. Ik draai mijn hoofd naar de wekker. Zie ik het goed? Is het al halftien? Waar blijft die arts? Ik wil opstaan, maar mijn benen werken niet mee. En in mijn armen heb ik nauwelijks kracht om me omhoog te duwen. Waar is Fieke? Ik heb haar nu nodig.

Heeft ze die arts wel gebeld? Wat is er aan de hand? Ik word steeds zwakker. Die paracetamols, zijn dat wel wat ze zegt dat het zijn? Ze heeft me in haar greep.

Ik draai me om en pak een vel bladmuziek van de vloer. Gelukkig ligt er een pen op het nachtkastje.

Ik vind de kracht om het papier op het nachtkastje te leggen en de pen te pakken.

‘Ik ben vergiftigd’ schrijf ik op de achterkant, vooral dat laatste woord kost kracht. De pen valt uit mijn hand en terwijl ik mijn hoofd op het kussen laat zakken, trek ik het papier er onder.

Zachtjes dringt er het geluid van een viool tot me door. Ik ben te slap om me om te draaien. Stuntelig, maar herkenbaar speelt Fieke het einde van de Matheus Passion van Bach.

 

Lid sinds

7 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ria, een 'verward' verhaal, maar dat is de HP dan ook.
zeurtjes:
gebeld -----> bellen (net als wachten)
vergiftigt -----> met een 'd'.

Lid sinds

10 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Dat briefje wordt ws gevonden door Fief en zij laat het verdwijnen natuurlijk.

Dus dat briefje heeft geen zin.

Ms had je er beter een appje naar een goede vriend van kunnen maken en kunnen suggereren naar de hilariteit die dat veroorzaakt zou hebben.

 

Lid sinds

7 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Sorry, Ria, ik ben zelf geen voorstander van het gebruik van afkortingen, maar op dit forum wordt HP zodanig veel gebruikt dat ik dacht dat je zou weten dat het staat voor HoofdPersoon. Ik mis niets in jouw verhaal maar vind dat de hoofdpersoon een erg verwarde indruk geeft.

Lid sinds

4 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Ria, het idee in je verhaal is niet verkeerd, maar je verhaal stroopt her en der. Je gebruikt veel vragende zinnen.  Wel grappig dat ze Fief lezen ipv Fieke. Ik weet nergens van.

Sinds vanmorgen voel ik me beroerd. En mijn gezicht was rood en gezwollen. Maar volgens Fieke was dat overdreven. ---> dit zijn 3 zinnen die bij elkaar horen: ... beroerd en mijn gezicht is rood en gezwollen, maar volgens  ...

het lijkt een uur te hebben geduurd,  --> het leek een uur te duren,

mijn hemd is weer kletsnat. Fieke is er op slag. ‘Je shirt is weer nat.’  -->  dit soort herhalingen stropen het verhaal ook.

Stuntelig, maar herkenbaar --> de komma mag hier weg. 

Laatste zeurtje: zet de titel vsn je verhaal in de titelregel. Daar staat nu de titel vd opdracht.

Lid sinds

3 jaar 9 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hallo Ria,

Je hebt een originele insteek gekozen om de verwarring  die bij aankomende vergiftiging komt kijken in je verstelstijl mee te nemen!
Ik mis nog een beetje de reden dat je personage vergiftigd wordt. Vergiftigd worden is redelijk heftig en daar zie ik nu nog geen aanleiding voor terug. Dat zou niet meteen erg uitgebreid hoeven, hoor.  Het zou al genoeg zijn om je personage in die laatste verwarring in enkele woorden of zinnen na te laten gaan wie en waarom dat gedaan wordt. 

Groet, 

Nadine

Lid sinds

7 jaar 6 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Natuurlijk, Ria, zet hem dan boven de huidige tekst en zet bovenaan dat het een herschrijf betreft. Of er nog veel reacties op komen zal de toekomst uitmaken. Succes!

Lid sinds

4 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Ria, dat mag altijd. Het wordt vaker gedaan als we nog met die opdracht bezig zijn. 
Deze is al van drie opdrachten terug. Het nadeel van het plaatsen van herschreven teksten van oude opdrachten is dat de inzendingen van de nieuwe opdracht naar beneden verdwijnen, terwijl iedereen juist met de nieuwe opdracht bezig is en op de feedback voor die verhalen wachten. 
Misschien kun je beter de feedback die je kreeg, gebruiken voor een invulling van de nieuwe opdracht. 

Lid sinds

6 jaar 1 maand

Rol

  • Gewone gebruiker

 

herschreven 

 

Laat ze me dood gaan?

Sinds vanmorgen voel ik me beroerd. En mijn gezicht is rood en gezwollen. Maar volgens Fieke is dat overdreven. Het wordt steeds erger. ‘Het duurt lang voor de arts komt.’

‘Op zondag is het druk bij de huisartsenpost. Misschien had ik moeten wachten tot morgen en je eigen huisarts kunnen bellen.’ Ze knikt naar me, dan trekt de televisie weer haar aandacht.

‘Kruip in je bed.’

Dat is het enige wat ik wil, ik strompel er naar toe en kruip in het onfrisse bed. Met geroezemoes van de straat val ik in slaap.

Lachend staat de vader van Fieke bij mijn bureau in het ziekenhuis. Wat doet hij hier? In de gang staan mijn overleden vader en zus Hetty, ze wenken mij. Ik wil naar ze toe. Collega Mieke houdt me tegen, het wordt een worsteling en ik begin te zweten. Plotseling schiet ik wakker, mijn hemd is weer kletsnat.

Fieke is er op slag. Ze helpt me een schone aan te doen.

‘Ik geef je twee paracetamols, dan zakt de koorts.’

‘Ik krijg die dingen niet doorgeslikt,’ mompel ik.

‘Ik los ze op in water.’

Ze komt terug, het lijkt een uur te duren, liefdevol helpt ze me met drinken. Weer val ik in slaap.

Is het waar? Of hangt de geur van stront in mijn neus omdat ik zo vaak op het toilet zit?

Het is inmiddels donker. Ik draai mijn hoofd naar de wekker. Zie ik het goed? Is het al halftien? Waar blijft die arts? Ik wil opstaan, maar mijn benen werken niet mee. En in mijn armen heb ik nauwelijks kracht om me omhoog te duwen. Waar is Fieke? Ik heb haar nu nodig.

Heeft ze die arts wel gebeld? Wat is er aan de hand? Die paracetamols, dat is heel iets anders. Ze heeft me in haar greep. Waarom? Ging het dan toch om mijn geld? En nu moet ze van me af.

Ik draai me om en pak een vel bladmuziek van de vloer. Gelukkig ligt er een pen op het nachtkastje.

Ik vind de kracht om het papier op het nachtkastje te leggen en de pen te pakken.

‘Ik ben vergiftigd’ schrijf ik op de achterkant, vooral dat laatste woord kost kracht. De pen valt uit mijn hand en terwijl ik mijn hoofd op het kussen laat zakken, trek ik het papier er onder.

Zachtjes dringt er het geluid van een viool tot me door. Ik ben te slap om me om te draaien. Stuntelig maar herkenbaar speelt Fieke het einde van de Matheus Passion van Bach.