Lid sinds

10 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

#354 Oblomovisme

De luifels filteren het zonlicht en hullen de meubels in een tropisch waas. Het groen van de bomen die voor de hele lengte van het huis staan contrasteert met het oranje. Groen en oranje, zijn dat niet de kleuren van de Hongaarse vlag?

Mijn hoofd ligt gerieflijk op een zacht kussen, mijn benen gestrekt, de bank is zacht. Ik sabbel op mijn pen en grijp naar het glas naast mij op een tafeltje. Er staan ook nog een karaf water en een glas wijn. Als ik de moed vind zal ik mij straks van de chaise longue verheffen om een kadetje met paling klaar te maken, dan schenk ik me nog een glas wijn in. Van die vette chardonnay, geen rosé die tegenwoordig iedereen drinkt. Mijn man stelde voor naar het strand te gaan vandaag.

'Het is zulk mooi weer,' zei hij, 'Sta eens op en ga mee.'

'Ik weet niet, ' zei ik.

Wat is het nut vraag ik me af? Dan moet ik opstaan, mijn gerieflijke peignoir verwisselen voor iets strandachtigs. Wat trek ik aan? Een driekwart broek of een short of een luchtig jurkje? Daar moet ik over nadenken. Ik word nu al moe. Stel je voor. Ik heb hem gezegd maar alleen te gaan en vroeg een karaf water en een glas chardonnay naast mij neer te zetten., Hij keek me wat vreemd aan maar deed het zoals altijd. Hij kent me, ik ben niet vooruit te slaan. Ik lig zo lekker op mijn canapé, heerlijk rustig alleen, niemand om mij heen. Op het stand zit iedereen vast weer hutjemutje met bijhorende geuren: zweet, patat met mayonaise en geluiden: krijsende kinderen, keiharde muziek. Wat haat ik die hitte en dat zweet. Zo fijn om hier te liggen en niets te hoeven, nooit iets te hoeven. Het enige dat moet is het broodje paling klaarmaken. Straks komt de buurvrouw die mij een zalmsalade brengt van de plaatselijke viswinkel. Het water loopt me nu al in de mond. Ik veeg mijn mond af met het servetje dat gisteren meekwam met een soortgelijke salade. Het leven is vurrukkelluk!

Een bons en nog een. Tocht! Wat gebeurt er? Ik klap mijn boekje dicht waarin ik aan het schrijven ben en til mijn hoofd op. Gelukkig het is de buurvrouw met de salade.

'Sorry', zegt ze, 'Sorry voor de deur. Ik kon er niets aan doen, alle ramen staan open en hij knalde dicht voor ik hem kon tegenhouden.'

'Geeft niet,' zeg ik loom, 'morgen weer graag. Breng dan maar een tonijnsalade.'

Het licht is veranderd, het oranje lijkt feller, de bomen donkerder groen. Het is middag, straks komt mijn man en zal het weer onrustig worden in huis met gebonk van deuren, gehoest en genies en vragen waarom ik niet van de canapé af kom? Maar ik wil hier altijd blijven liggen, mijn dromen opschrijven. Dat het huis vervuilt interesseert mij niet, ik wil geen gedoe om mij heen. Schoonmaken doen ze 's nachts maar als ik in mijn bed lig en slaap. Ik kan zo heerlijk dromen, die schrijf ik allemaal op in mijn boekje, eens wil ik ze uitgeven. Maar ja, dat geeft weer gedoe. Mijn man zal dat wel willen doen. Straks komt hij, als hij komt, misschien komt hij niet, als hij komt wordt het weer onrustig.

Vermoeid leg ik mijn hoofd terug in het kussen en sluit mijn ogen.

 

 

 

 

Lid sinds

4 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Hoi Julia, lamlendigheid, ik wist niet dat het zo'n mooie naam had. Interessant. 
De opdracht was een fragment uit een dagboek, dat haal ik er hier niet uit. 
De lamlendigheid spat van het verhaal af, soms een beetje te veel naar mijn smaak.

ik ben niet vooruit te slaan. ---> is de uitdrukking niet:  niet vooruit te branden?

Wat gebeurt er.  --->  hier hoort een vraagteken achter.

Straks komt de buurvrouw die mij een zalmsalade brengt van de plaatselijke viswinkel. Het water loopt me nu al in de mond. Ik veeg mijn mond af met het servetje dat gisteren meekwam met een soortgelijke salade. Het leven is vurrukkelluk!  ---> Ik zie het nog niet voor me dat een buurvrouw twee keer een salade komt brengen, er mankeert je verder toch niets? Je bent gewoon lui (sorry, in het verhaal dan). 

die schrijf ik allemaal op in mijn boekje, eens eens wil ik ze uitgeven. ---> een eens te veel

Straks komt hij, als hij komt, misschien komt hij niet, als hij komt wordt het weer onrustig. ---> deze zin alleen al is om onrustig van te worden.

Lid sinds

3 jaar

Rol

  • Gewone gebruiker

Prachtige titel, vlot geschreven, maar het leest inderdaad niet echt als een fragment uit een dagboek (waarschijnlijk is het hp gewoon ook te lamlendig om überhaupt iets neer te pennen, dus in die zin klopt het eigenlijk wel ;-).

Desondanks wel graag gelezen!

Lid sinds

10 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Ha Fief en Tudor,

Lui, inderdaad te lui om iets op te schrijven. De buurvrouw wordt betaald voor haar diensten. Zo stel ik me een dag voor van zalig nietsdoen. Dat schrijf ik dan op in een boekje. Toch een dagboek alleen wat later.

Het is inderdaad vooruit te branden, maar vooruit te slaan vind ik in dit verhaal beter passen dus laat ik het staan.

Dank voor jullie reactie,

Julia

Lid sinds

3 jaar 9 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Een heel herkenbare maar toch totaal andere Oblomov.Soms nog een spoortje van actief denken tussen de indolentie door: niet vooruit te slaan ("krijgen" zou voor mij genoeg zijn), "het leven is vurrukkelijk" (vergt te veel actieve participatie), het intermezzo met de buurvrouw. En ik vraag me af of die laatste zin wel zo nodig is. In het dagboek van Oblomov past eerder een open einde bij het fragment: "als hij komt wordt het weer onrustig".

Lid sinds

5 jaar 11 maanden

Rol

  • Gewone gebruiker

Heerlijk dagboekfragment Juliasybilla, van een dame met luie literaire ambities en gewillig 'personeel' om haar niet te storen in die dromen. Je neemt de lezer mooi mee in die lamlendigheid in die verduisterde huiskamer, waar ze al moe wordt van de vragen die in haar hoofd opkomen, en het vooruitzicht van de thuiskomst van haar man. Ik heb het graag gelezen! 

Een paar suggesties; waarom kijkt haar man haar vreemd aan bij haar vraag om die karaf en de Chardonnay? Hij kent haar natuurlijk, zeg je een zin later, dus waarschijnlijk kijkt hij niet vreemd op bij die vraag. Dat zou ik dus weglaten. En kijk kritisch naar je zinnen, welke woorden zijn overbodig? Je eerste zin bijvoorbeeld, vind ik persoonlijk zo krachtiger; 'De luifels filteren het zonlicht en hullen de meubels in een tropisch waas.' En 'grijp naar het glas dat naast mij op een tafeltje staat,' wordt dan 'grijp naar het glas naast me op het tafeltje,' en hier zeg je twee keer bijna hetzelfde;  'heerlijk rustig alleen, niemand om mij heen.'